werkwoorden -ir

Les verbes en -IR (réguliers)
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Les verbes en -IR (réguliers)

Slide 1 - Tekstslide

Regelmatige w.w. 3 groepen
   1. w.w. eindigen op - er (parler/ écouter/ danser)
2. w.w. eindigen op - ir (finir/ choisir/ réussir)
3. w.w. eindigen op - re (vendre/ attendre)

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Welke 2 stappen moet je maken om een werkwoord op "ir" te vervoegen?

Slide 4 - Open vraag

Elle (finir - présent)
A
finis
B
finir
C
finit
D
fins

Slide 5 - Quizvraag

finir
Maintenant on ... l'exercice.
A
finir
B
finis
C
finit
D
finissons

Slide 6 - Quizvraag

Finir : Nous ...
A
Finnons
B
Finissez
C
Finissons
D
Finissent

Slide 7 - Quizvraag

Finir : Ils ...
A
finit
B
finissons
C
finissez
D
finissent

Slide 8 - Quizvraag

Finir : Je ...
A
finit
B
finis
C
fins
D
fint

Slide 9 - Quizvraag

Vous................ votre travail
A
finez
B
finiez
C
finisez
D
finissez

Slide 10 - Quizvraag

Het werkwoord finir in de tegenwoordige tijd. Combineer de juiste vormen.
Je
Tu
Il/Elle/On
Nous

Vous
Ils/Elles
Tekst
finis
finissent
finit
finissez
finissons
finis

Slide 11 - Sleepvraag

Slide 12 - Tekstslide

Werkwoorden op -ir in de p.c.
                                       Stappenplan
  • Kies juiste vorm van hulp w.w. avoir 
  • Het volt deelw. : finir: haal "i" eraf = fini 
  • Bijv. Nous avons fini

Slide 13 - Tekstslide

vormen van finir

Slide 14 - Woordweb

rougir = blozen
Vertaal: ik bloos

Slide 15 - Open vraag

jij bloost

Slide 16 - Open vraag

hij bloost

Slide 17 - Open vraag

zij bloost

Slide 18 - Open vraag

men bloost

Slide 19 - Open vraag

we blozen

Slide 20 - Open vraag

jullie blozen

Slide 21 - Open vraag

zij blozen

Slide 22 - Open vraag

ik heb gebloosd = j'ai rougi
Vertaal: jij hebt gebloosd

Slide 23 - Open vraag


hij heeft gebloosd

Slide 24 - Open vraag


zij heeft gebloosd

Slide 25 - Open vraag


men heeft gebloosd

Slide 26 - Open vraag


wij hebben gebloosd

Slide 27 - Open vraag


jullie hebben gebloosd

Slide 28 - Open vraag


zij hebben gebloosd

Slide 29 - Open vraag