Quiz (11-11)
1 / 31
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
medio kilo de
un litro y medio de
una bolsa de
una botella de
un paquete de
cien gramos de
una lata de
Slide 2 - Sleepvraag
Slide 3 - Tekstslide
¿...................cuesta?
Slide 4 - Open vraag
¿...............desea?
Slide 5 - Open vraag
.....................un kilo de tomates, por favor.
Slide 6 - Open vraag
Slide 7 - Tekstslide
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
Aquí tiene.
¿Cómo los quiere?
Adiós
Son 5 euros con 40.
Sí, dos kilos de patatas. Eso es todo. ¿Cuánto es?
Muy bien. ¿Algo más?
Muchas gracias, adiós.
No muy verdes.
Buenos días, quería un kilo de tomates por favor.
Slide 8 - Sleepvraag
Slide 9 - Tekstslide
querer, yo
Slide 10 - Open vraag
preferir, ellos
Slide 11 - Open vraag
cerrar, nosotros
Slide 12 - Open vraag
Slide 13 - Tekstslide
* ¿Dónde está una botella de agua?
- _____tengo aquí.
- _____tengo aquí.
Slide 14 - Open vraag
* ¿Compras tú un paquete de café ?
- Sí, _____compro yo.
- Sí, _____compro yo.
Slide 15 - Open vraag
Slide 16 - Tekstslide
pedir, yo
Slide 17 - Open vraag
servir, Juan
Slide 18 - Open vraag
Slide 19 - Tekstslide
A mí ……………………….(gustar) el teatro.
Slide 20 - Open vraag
A él ………………….. (encantar) las hamburguesas.
Slide 21 - Open vraag
A Carmen y a mí no ………………… (gustar) el fútbol.
Slide 22 - Open vraag
Slide 23 - Tekstslide
¿Qué tal el pollo?
Zeg in het Spaans: "De kip is heel lekker."
Zeg in het Spaans: "De kip is heel lekker."
Slide 24 - Open vraag
¿Qué tal la merluza a la romana?
Zeg in het Spaans : "De gefrituurde heekfilet is een beetje zout."
Zeg in het Spaans : "De gefrituurde heekfilet is een beetje zout."
Slide 25 - Open vraag
¿Qué tal la sopa?
Zeg in het Spaans : "De soep is te flauw."
Zeg in het Spaans : "De soep is te flauw."
Slide 26 - Open vraag
Slide 27 - Tekstslide
la rodilla
la mano
los pies
el dedo
el pecho
el brazo
la cabeza
la espalda
la pierna
el cuello
la tripa
Slide 28 - Sleepvraag
Maak de juiste keuze:
* (A mí) me...………... la rodilla.
* (A mí) me...………... la rodilla.
A
dolo
B
duele
C
duelo
D
duelen
Slide 29 - Quizvraag
Vul de juiste vorm in:
A ellos......................... (doler) el cuello.
A ellos......................... (doler) el cuello.
Slide 30 - Open vraag
Vul de juiste vorm in:
A mí y Jorge......................... (doler) los pies.
A mí y Jorge......................... (doler) los pies.
