Verschil in temperatuur naar geografische breedte (breedteligging) veroorzaakt atmosferische luchtcirculaties
Ontstaanswijze: Lucht wordt rondgepompt door verwarming. Opgewarmde lucht zet uit --> per volume eenheid minder luchtdeeltjes en dus lichter. Hierdoor stijgt de lucht op.
Voorbeeld: heteluchtballon> de verwarmde lucht in de ballon zorgt ervoor dat de ballon op stijgt.
Slide 15 - Tekstslide
Samengevat II
Warme lucht stijgt, koude lucht daalt. Door stroming van gebied met hoge druk naar gebied met lage druk ontstaat luchtcirculatie (windsysteem)...
...met een afwijkende windrichting door het coriolus effect / Wet van Buys Ballot.
Coriolis / Wet van Buys Ballot:
Wind heeft een afwijking op noordelijk halfrond naar rechts, zuidelijk halfrond naar links. Oorzaak: draaiing van de aarde.
Slide 16 - Tekstslide
Korte Pauze
timer
4:00
Slide 17 - Tekstslide
Aan de slag: werk in tweetallen mag
1. Pak werkboek
2. Lees de tekst van H2.2
3. Maken opdrachten werkboek 2.2: opdr 1 t/m 6.
4. HW voor vrijdag
timer
10:00
Slide 18 - Tekstslide
Geleerd
Algemene patroon van luchtstromen binnen de mondiale luchtcirculatie in relatie tot hoge- en lagedrukgebieden
De wet van Buys Ballot;
Beschrijven werking stralingsbalans en het mondiale effect.
Slide 19 - Tekstslide
Reflectie
Schrijf twee dingen op die je deze les hebt geleerd
Slide 20 - Tekstslide
Reflectie II
Waar zou je nog extra uitleg over willen?
Slide 21 - Tekstslide
Volgende les
Luchtstromen deel II (ITCZ en Moesson)
Zeestromen
Portfolio
Slide 22 - Tekstslide
Welkom
Tas op de grond
Telefoon weg
Aantekenschrift en boeken op tafel
timer
3:00
Slide 23 - Tekstslide
Vorige les
Algemene luchtcirculatie
Passaten
Wet van Buys Ballot/Corioliseffect
Slide 24 - Tekstslide
Wat is het corioliseffect?
Slide 25 - Tekstslide
Wat is de wet van Buys Ballot?
Slide 26 - Tekstslide
Hoe ontstaan passaten?
Slide 27 - Tekstslide
Deze les
ITCZ
Moesson
Zeestromen
Slide 28 - Tekstslide
Intertropische Convergentiezone
Slide 29 - Tekstslide
ITCZ
Het lagedrukgebied rondom de evenaar verschuift
dus de windrichting veranderd ook gedurende het jaar (m.n. rondom de evenaar)
Dit heeft invloed op het weer (natte en droge seizoenen)
Zie GB 240B en 240D
Slide 30 - Tekstslide
Zeestromen
Zie GB 224
Zeestromen volgen de overheersende windrichting! (althans aan de oppervlakte)
Warme zeestromen (vanuit een warm gebied
Koude zeestromen (vanuit een koud gebied)
Slide 31 - Tekstslide
Klimaatgebieden
Lucht- en zeestromen zorgen voor verdeling van warmte
I.c.m. klimaatfactoren zorgen ze voor klimaatgebieden
Klimaatgebied: indeling op basis van klimaat en natuurlijke plantengroei