BS 6 aanpassingen bij planten

Basisstof 6: 

Aanpassingen bij planten
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Basisstof 6: 

Aanpassingen bij planten

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Je weet wat voor aanpassingen planten hebben voor een droge, vochtige, lichte of donkere omgeving

Je weet wat voor aanpassingen planten hebben bij bepaalde temperaturen

Slide 2 - Tekstslide

welke aanpassing ken jij al bij planten?

Slide 3 - Woordweb

Droge omgeving

Slide 4 - Tekstslide

Cactus, welke aanpassingen?

Slide 5 - Tekstslide

Vochtige omgeving,
welke aanpassingen?

Slide 6 - Tekstslide

Licht, welke aanpassingen?

Slide 7 - Tekstslide

Klimplanten

Slide 8 - Tekstslide

De planten in een open veld zijn meestal zonplanten.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Is dit een zonplant of schaduwplant?
A
Zonplant, want grote bladeren.
B
Zonplant, want veel gaten.
C
Schaduwplant, want grote balderen.
D
Schaduwplant, want veel gaten.

Slide 10 - Quizvraag

Is een cactus een zonplant of schaduwplant?
A
Zonplant
B
Schaduwplant

Slide 11 - Quizvraag

Welke planten groeien het best op de grond van het bos?
A
zonplanten
B
Schaduwplanten

Slide 12 - Quizvraag

Is een voorjaarsbloeier een zonplant of schaduwplant?
A
Zonplant
B
Schaduwplant

Slide 13 - Quizvraag

Klimplanten klimmen omhoog naar het licht
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quizvraag

Klimplanten klimmen tegen andere planten op. Welke abiotische factor willen ze hiermee krijgen?
A
Water
B
Licht
C
Temperatuur
D
Wind

Slide 15 - Quizvraag

Rozetvormende planten 

Slide 16 - Tekstslide

Rozetvormende planten zijn:
A
Eenjarige planten
B
Tweejarige planten

Slide 17 - Quizvraag

Sommige planten hebben luchtkanalen in hun stengels. Welke planten zijn dit?
A
cactussen
B
landplanten met grote, dunne bladeren
C
landplanten met kleine, dikke bladeren
D
waterplanten

Slide 18 - Quizvraag

Waarom hebben de bladeren van een cactus de vorm van een stekel?
A
Zodat de plant minder vocht verdampt
B
Tegen koude nachten in de woestijn

Slide 19 - Quizvraag

Wat is zijn aanpassingen bij planten om uitdroging te voorkomen?
(twee antwoorden zijn goed)
A
Grote, platte bladeren
B
Kleine, dikke bladeren
C
een klein wortelstelsel
D
een groot wortelstelsel

Slide 20 - Quizvraag

Een plant in een droog gebied heeft vaak
A
Een groot wortelstelsel
B
Een klein wortelstelsel

Slide 21 - Quizvraag

Waarom bloeien sommige schaduwplanten in het voorjaar?
A
Omdat het dan lekker warm is
B
Omdat de bomen nog niet vol blaadjes zitten waardoor er nog genoeg zon is
C
Iedere plant bloeit in het voorjaar

Slide 22 - Quizvraag

Wat is zijn aanpassingen bij planten om uitdroging te voorkomen?
A
Grote, platte bladeren
B
Kleine, dikke bladeren
C
een klein wortelstelsel
D
een groot wortelstelsel

Slide 23 - Quizvraag

Bij paardenbloemen sterven bovengrondse delen af in de winter.
Waar is dit een voorbeeld van?
A
aanpassing van plant aan het licht
B
aanpassing van plant aan de temperatuur
C
aanpassing van plant aan water

Slide 24 - Quizvraag

In een vochtig milieu hebben planten
A
grote bladeren, klein wortelstelsel
B
kleine dikke bladeren, een groot wortelstelsel

Slide 25 - Quizvraag

Schaduwplanten hebben:
A
dikke bladeren
B
bladeren met een waslaag
C
dunne bladeren

Slide 26 - Quizvraag

Een waterlelie zit met zijn wortels in de bodem vast
A
juist
B
onjuist

Slide 27 - Quizvraag

Wat is zijn aanpassingen bij planten om uitdroging te voorkomen?
(twee antwoorden zijn goed)
A
Grote, platte bladeren
B
Kleine, dikke bladeren
C
een klein wortelstelsel
D
een groot wortelstelsel

Slide 28 - Quizvraag

In een vochtig milieu hebben planten
A
grote bladeren, klein wortelstelsel
B
kleine dikke bladeren, een groot wortelstelsel

Slide 29 - Quizvraag

Wat is een ander woord voor milieu
A
organismen
B
vervuiling
C
leefomgeving

Slide 30 - Quizvraag

Wat is het verschil
tussen een hechtwortel
en een rank
Tip blz 93

Slide 31 - Woordweb

Waarom bloeien sommige schaduwplanten in het voorjaar?
A
omdat het dan lekker warm is
B
Omdat de bomen nog niet vol blaadjes zitten waardoor er nog genoeg zon is
C
Iedere plant bloeit in het voorjaar

Slide 32 - Quizvraag

Wat is zijn aanpassingen bij planten om uitdroging te voorkomen?
A
Grote, platte bladeren
B
Kleine, dikke bladeren
C
een klein wortelstelsel
D
een groot wortelstelsel

Slide 33 - Quizvraag

Bij paardenbloemen sterven bovengrondse delen af in de winter.
Waar is dit een voorbeeld van?
A
aanpassing van plant aan het licht
B
aanpassing van plant aan de temperatuur
C
aanpassing van plant aan water

Slide 34 - Quizvraag

Wat ga je doen?
maak opdracht 1 t/m 7

Slide 35 - Tekstslide