HC2 Duitsland - Weimar en de nazi's

Duitsland
De Republiek van Weimar en de nazi's
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Duitsland
De Republiek van Weimar en de nazi's

Slide 1 - Tekstslide

Doelen
Aan het einde van deze week kun je:
- uitleggen aan welke bedreigingen de Republiek van Weimar blootstond;
- uitleggen hoe de VS en Duitsland beter werden van het Dawesplan;
- uitleggen hoe de nazi's profiteerden van de economische crisis van 1929;
- tien kenmerken van het fascisme noemen;
- twee verschillen tussen fascisme en nazisme toelichten.

Slide 2 - Tekstslide


Verklaring verlies WOI

Slide 3 - Tekstslide

Hyperinflatie in Duitsland, 1923-1924

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Het 
Dawesplan 
(1924)

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Welke van de onderstaande begrippen is GEEN kenmerk van fascisme?
A
Aandacht voor minderheden
B
Het leidersbeginsel
C
Nationalisme
D
Verheerlijking van de daad

Slide 11 - Quizvraag

Het fascisme ontstond in:
A
Nederland
B
Duitsland
C
Italië
D
Frankrijk

Slide 12 - Quizvraag

Kies het beste antwoord.
Duitsland tussen 1919 en 1933 noemen we ook
A
De Duitse Republiek
B
Duitsland
C
De Republiek van Weimar
D
De Republiek van Berlijn

Slide 13 - Quizvraag

Kies het beste antwoord:
Duitsland tussen 1925 en 1929
A
verkeerde in een economische crisis.
B
verkeerde in een politieke crisis.
C
had last van de opkomst van Hitlers partij.
D
had een periode van economische en culturele bloei.

Slide 14 - Quizvraag

Fascisme

Slide 15 - Woordweb



Kenmerken fascisme en nazisme

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Doelen
Aan het einde van de les kun je:
- uitleggen aan welke bedreigingen de Republiek van Weimar blootstond;
- uitleggen hoe de VS en Duitsland beter werden van het Dawesplan;
- uitleggen hoe de nazi's profiteerden van de economische crisis van 1929;
- tien kenmerken van het fascisme noemen;
- twee verschillen tussen fascisme en nazisme toelichten.

Slide 18 - Tekstslide

Dit heb ik geleerd deze les:

Slide 19 - Open vraag