In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Vermogen
Slide 1 - Woordweb
Slide 2 - Video
Wat is elektrisch vermogen?
De hoeveelheid energie die per seconde wordt omgezet
Symbool: P
Eenheid: Watt (W)
Slide 3 - Tekstslide
Energiegebruik berekenen
energiegebruik = vermogen x tijd
Een lamp van 50W brandt 8 uur. De prijs van 1 kWh is € 0,55.
Bereken de energiekosten.
Slide 4 - Tekstslide
Van welke factoren hangt het vermogen van een elektrisch apparaat af?
A
Stroomsterkte en tijd
B
Vermogen en spanning
C
Spanning en tijd
D
Spanning en stroomsterkte
Slide 5 - Quizvraag
Met welke formule bereken je het vermogen?
A
P = U - I
B
P = U / I
C
P = U x I
D
P = U + I
Slide 6 - Quizvraag
Een stofzuiger van 1400 watt, twee lampen van 40 watt en een magnetron van 700 watt worden aangesloten op dezelfde groep. Hoe groot is de totale vermogen in kW?
A
P = 2180 kW
B
P = 2,140 kW
C
P = 2,180 kW
D
P = 2140 kW
Slide 7 - Quizvraag
Energie = vermogen x tijd. Een wasmachine van 1000W staat 1uur en 30min aan. Bereken het energieverbruik in kWh.
A
Energie = 1000 : 1.5 = 666.7 kWh
B
Energie = 1000 x 1.5 = 1500 kWh
C
Energie = 1 x 1.5 = 1.5 kWh
D
Energie = 1 x 1.30 = 1.3 kWh
Slide 8 - Quizvraag
Een koelkast verbruikt per dag 0.6 kWh. Wat kost het om deze koelkast een heel jaar aan te laten staan. 1 kWh kost €0.25. Kosten = energie x prijs van 1 kWh. (laatste vraag)