Wolvenles

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
WolvenkundeBeroepsopleiding

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Welke afstand kan een wolf gedurende één nacht afleggen?
A
10 kilometer
B
25 kilometer
C
60 kilometer
D
100 kilometer

Slide 2 - Quizvraag

Sinds 2017 zijn er weer wolven in Nederland. Wanneer ging de laatste wolf dood?
A
1870
B
1900
C
1930
D
1950

Slide 3 - Quizvraag

Wat moet je doen als je een wolf tegen komt?
A
Wegrennen
B
Je klein maken
C
Naar de wolf toerennen
D
Blijven staan

Slide 4 - Quizvraag

Hoe wordt een familiegroep wolven genoemd?
A
Kudde
B
Troep
C
Roedel
D
School

Slide 5 - Quizvraag

Een wolvenfamilie bestaat gemiddeld uit ........ wolven.
A
2-4
B
5-11
C
20 - 30
D
40-50

Slide 6 - Quizvraag

De Australische dingo is een wolf
A
ja
B
nee

Slide 7 - Quizvraag

Hoe heetten de twee jongens die Rome stichtten?

Slide 8 - Open vraag

In welk sprookje komt geen wolf voor?
A
B
C
D

Slide 9 - Quizvraag

Hoeveel vlees eet een wolf per dag?

Hoeveel vlees eet een wolf per dag?



A
250-750 gram
B
1-2 kilo
C
3-4 kilo
D
6-8 kilo

Slide 10 - Quizvraag

Hoe oud wordt een wolf gemiddeld?
A
6 jaar
B
8 jaar
C
10 jaar
D
12 jaar

Slide 11 - Quizvraag

Hoe hard kan een wolf rennen?
A
10 km/uur
B
25 km/uur
C
50 km/uur
D
70 km/uur

Slide 12 - Quizvraag

Wie is de baas in een roedel?
A
Alfavrouwtje
B
Omegavroutje
C
Alfa mannetje
D
Bètamannetje

Slide 13 - Quizvraag

Een wolf ende .i. lam goedertieren
quamen drinken tere rivieren.
Si ghinghen drinken in .ij. steden.
Die wolf dranc boven, dlam beneden.
Doe seide die wolf: “Du bevuulst mi al
dwater dat ic drinken sal!”
“Ay, here”, sprac dlam, “wat segdi?
Dwater comt van u te mi!”
“Ja,” seide die wolf, “vloecstu mi toe!?”
Dlam antworde: “Here, in doe!”
“Du doest!”, sprac hi, “Dus dede dijn vader
wilen eer ende dijn gheslachte algader.”

Dlam sprac: “In was doe niet gheboren.
Twi soudicker af hebben toren?”
“Noch,” seide die wolf, “horic di spreken.
Ic wane wel, ic saels mi wreken!”
Die wolf sloech te sticken ende scoert
dlam, nochtan hads niet verboert.
Dus vint .i. quaet man occusoen
als hi den goeden quaet wille doen.


Vertaald uit het Latijn

Slide 14 - Tekstslide