Branche verdiepen GGZ, les 4, Schizofrenie,PGS VP22BOL, Susan

Branche verdiepen GGZ
Les 4/5, Schizofrenie
1 / 50
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 50 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Branche verdiepen GGZ
Les 4/5, Schizofrenie

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wat gaan we doen
Schizofrenie
Verslaving
Bemoeizorg

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schizofreniespectrumstoornis en andere psychotische stoornissen

worden gekenmerkt door het ervaren van een of meer van de volgende symptomen:
  • wanen            
  • hallucinaties          
  • gedesorganiseerde spraak 
  • ernstig gedesorganiseerd gedrag 
  • negatieve symptomen

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Psychose Gevoeligheids Syndroom
  • sinds DSM 5, minder stigmatiserend.
  • 1 op de 100 mensen.
  • iets meer mannen dan vrouwen.
  • diagnose gesteld bij mannen tussen 18-25 jr, bij vrouwen 26-45 jaar.
  • erfelijke component, maar hoeft niet.
  • vaker psychose doormaken geeft minder goed functioneren na herstel
  • 10 % van de mensen met schizofrenie pleegt suïcide.
 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Positieve symptomen

Wanen
Hallucinaties
Verwardheid
Negatieve symptomen

Concentratieverlies
Geheugenproblemen
Gebrek aan energie
Nergens zin in hebben
Een leeg gevoel van binnen
Slechter slapen

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hallucinaties

  • akoestische hallucinatie
  • visuele hallucinatie
  • reuk hallucinatie
  • smaak hallucinatie
  • gevoels hallucinatie

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanen
  • paranoïde (= achterdocht) waan
  • grootheidswaan                       
  • schuld- en zondewaan           
  • hypochondrische waan
  • betrekkingswaan
  • erotische betrekkingswaan
  • beïnvloedingswaan

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Psychose Gevoeligheid Syndroom
Welke medicatie en bijwerkingen?

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antipsychotica

Indicatie: Schizofrenie, Schizo-affectieve stoornis, Psychotische depressie,                         BPS, Koorts, na operatie (delier)

Werking: Onderdrukken psychotische verschijnselen, demping dopamine,                          Effect 3 a 4 weken


Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeelden
 Klassieke antipsychotica:       chloorpromazine, haldol, perfenazine, orap,
                                                              zuclopentixol (cisordinol)
Vooral effect op pos. symptomen

Atypische antipsychotica:        risperdal, seroquel (quetiapine), zyprexa,       
                                                               clozapine, abilify
Vooral effect op neg. symptomen

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijwerkingen antipsychotica

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Anxiolytica & Hypnotica
Indicatie: Bestrijden angst (angststoornissen), Paniek (paniekstoornissen), Depressies (omdat 
                    AD pas na 2-4 weken werkt), slaapstoornissen, Sedatie (paniek, angst), Anticonvulsief 
                    (spierverslappend), Intoxicatie, onthouding alcohol, 
Werking: Vermindering activiteit centrale zenuwstelsel
Afhankelijkheid: HOOG  tolerantie, geestelijke afhankelijkheid
Ontwenning : Hartkloppingen, slapeloosheid, angst, prikkelbaarheid, gejaagdheid, spierpijn, 
                             trillerigheid en transpireren

  • Deze middelen zijn voor kortdurend gebruik

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeelden

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijwerkingen anxiolytica en hypnotica

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Psychose Gevoeligheid Syndroom

Welke psycho-therapieën?


Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

behandeling bij psychotische stoornissen



Cognitieve gedragstherapie


Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Psychose Gevoeligheid Syndroom

Welke verpleegkundige begeleiding?


Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

verpleegkundige begeleiding: 
  • Gesprekken: steunend + structurerend.
  • Vertrouwensband.
  • Psycho-educatie = uitleg+informatie
  • Eigen regie/ zelfmanagement bevorderen: crisisplan.
  • Rehabilitatie/ empowerment.
  • Praktische hulp.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen over psychotische stoornissen?

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

oefening
hoe is het om stemmen te horen?

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Joep denkt achtervolgd te worden door de CIA en zegt tegen hulpverlening dat ze zijn gedachten lezen.
A
Joep heeft last van wanen
B
Joep heeft last van hallucinaties
C
Joep heeft stupor
D
Joep heeft last van afasie

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Stelling: Hallucinaties zijn denkbeelden en overtuigingen die niet waar zijn en niet te corrigeren
A
Correct
B
Niet correct

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Mensen met schizofrenie hebben meerdere persoonlijkheden
A
Ja
B
Nee

Slide 26 - Quizvraag

Mensen met schizofrenie hebben geen meerdere persoonlijkheden. Het woord schizofrenie komt uit het Grieks en betekent 'gespleten geest'. Hierdoor verwarren mensen het wel eens met MPS (meervoudige persoonlijkheidsstoornis, tegenwoordig ook wel dissociatieve stoornis genoemd).
Denken dat u een andere en heel belangrijke persoon bent.
A
Paranoïde waan
B
identiteitswaan
C
Betrekkingswaan

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

denken dat u over bijzondere en magische krachten beschikt. Denken dat op via radio of tv boodschappen speciaal voor u worden uitgezonden
A
Betrekkingswaan
B
Paranoïde waan
C
Identiteitswaan

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

denken dat anderen u in de gaten houden of uw gedachten kunnen lezen. denken dat er een complot tegen u is.
A
Betrekkingswaan
B
Paranoïde waan
C
Identiteitswaan

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

welke symptomen zijn positieve symptomen bij iemand met Schizofrenie?
A
hallucinatie
B
waan
C
niet meer zo vrolijk zijn
D
moeilijk uit bed komen

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

welke symptomen zijn negatieve symptomen?
A
hallucinatie
B
waan
C
concentratieproblemen
D
moeilijk uit bed komen

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

 wat observeert en rapporteert de VZ/ VPK?



-->

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De vpk/ vz observeert en rapporteert 
de psychische functies:

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke onderdelen van vpk begeleiding ken je?

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

vpk begeleiding
  • Gesprekken: steunend en structurerend
  • Psycho-educatie
  • Rehabilitatie
  • Outreachend: huisbezoek; werkbezoek
  • Terugvalpreventie: signaleringsplan
  • Herstelondersteunend; zelfmanagement; empowerment
  • Leefstijl; zelfzorg; slaaphygiëne
  • Ontspanningsoefeningen; ademoefeningen
  • Verwijzen/ de weg wijzen

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke (psycho-) therapieën ken je?

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Groepstherapie: Liberman 

Slide 38 - Tekstslide

Groepstherapie bij:
Depressie / depressieve klachten
Angst
ADHD
Somatisch-symptoomstoornissen (SOLK)
Persoonlijkheidsstoornissen
Post traumatisch stressstoornis (PTSS)
Autisme spectrum stoornis (ASS)
De Goldstein Methode 
Interpersoonlijke vaardigheden
Methodiek om sociale vaardigheden aan te leren met de cognitief sociale leertheorie.

ART -> Het ABC van Boosheid en Agressie.
De boosheidcontrole-training leert je om op een positieve manier je emoties te controleren en voor een constructieve oplossing te kiezen.

Cliënten krijgen hierdoor meer autonomie, interne controle en tolerantie voor frustratie.
Op deze manier zijn ze beter opgewassen tegen de eisen die het leven aan hen stelt.


Slide 39 - Tekstslide

Groepstherapie bij:
Depressie / depressieve klachten
Angst
ADHD
Somatisch-symptoomstoornissen (SOLK)
Persoonlijkheidsstoornissen
Post traumatisch stressstoornis (PTSS)
Autisme spectrum stoornis (ASS)
ACT
Acceptatie and Commitment therapie
Acceptatie:
Andere manier om met obstakels om te gaan
Commitment:
Wat vind ik mooi en belangrijk 

- er ontstaat ruimte

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

vormen van psychotherapie
(begrijpen van oorzaken van gedrag)
CGT (cognitieve gedragstherapie)
RET (rationeel emotieve therapie)
Exposure (blootstellen aan angst)
DGT (dialectische gedragstherapie)
MBT (metalisation based therapy)

Systeemtherapie (gezin/ systeem wordt betrokken)
Liberman-methode
Goldstein
EMDR (bij trauma)

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Psychofarmaca
  • Alle medicatie waarbij er sprake is van het beïnvloeden van de psyche

  • Psychofarmaca zijn geen geneesmiddelen: ze onderdrukken bepaalde verschijnselen en hebben geen werking op de oorzaak van problemen.

  • Al deze middelen hebben effect op onze centrale zenuwstelsel.
Voorzichtigheid is dus geboden.

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Groepen psychofarmaca

  1. Anxiolytica en Hypnotica (Tranquilizers)
  2.  Antipsychotica
  3.  Antidepressiva
  4.  Stemmingsstabilisatoren

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Anxiolytica & Hypnotica
Indicatie: Bestrijden angst (angststoornissen), Paniek (paniekstoornissen), Depressies (omdat 
                    AD pas na 2-4 weken werkt), slaapstoornissen, Sedatie (paniek, angst), Anticonvulsief 
                    (spierverslappend), Intoxicatie, onthouding alcohol, 
Werking: Vermindering activiteit centrale zenuwstelsel
Afhankelijkheid: HOOG  tolerantie, geestelijke afhankelijkheid
Ontwenning : Hartkloppingen, slapeloosheid, angst, prikkelbaarheid, gejaagdheid, spierpijn, 
                             trillerigheid en transpireren

  • Deze middelen zijn voor kortdurend gebruik

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antipsychotica

Indicatie: Schizofrenie, Schizo-affectieve stoornis, Psychotische depressie,                         BPS, Koorts, na operatie (delier)

Werking: Onderdrukken psychotische verschijnselen, demping dopamine,                          Effect 3 a 4 weken


Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeelden
 Klassieke antipsychotica:       chloorpromazine, haldol, perfenazine, orap,
                                                              zuclopentixol (cisordinol)
Vooral effect op pos. symptomen

Atypische antipsychotica:        risperdal, seroquel (quetiapine), zyprexa,       
                                                               clozapine, abilify
Vooral effect op neg. symptomen

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijwerkingen antipsychotica

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 50 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies