Wanneer eten we duurzaam?

Wanneer eten we duurzaam?
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens en samenlevingSecundair onderwijs

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Wanneer eten we duurzaam?

Slide 1 - Tekstslide

Duurzaam


Lang durend, weinig aan slijtage of bederf onderhevig, het milieu weinig belastend: duurzame energiebronnen wind, zon, waterkracht, enz.; duurzaam produceren.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Wat serveren ze wel in
hun restaurant?

Slide 4 - Woordweb

Wat serveren ze niet in
hun restaurant?

Slide 5 - Woordweb

Waarom kopen ze geen
meubels bij IKEA?

Slide 6 - Woordweb

Waarom willen ze niet werken
met vlees en advocado's?

Slide 7 - Woordweb

Duurzame voeding voldoet 
aan 6 voorwaarden.

Slide 8 - Tekstslide

Benoem de 6 voorwaarden
voor duurzame voeding.

Slide 9 - Woordweb

Duurzame voeding voldoet 
aan 6 voorwaarden.

Slide 10 - Tekstslide

Wat is biologische voeding?

Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Link

Wanneer krijgt een product
het fairtradelabel?

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Video

Word Belgetariër!
Welke appelmerken hebben ze
toen gepromoot?
A
Jonagold, Morgana, Kanzi, Belgica
B
Granny Smith, Pink Lady, Jazz, Royal Gala

Slide 15 - Quizvraag

Waarom werden Jonagold, Morgana, Kanzi en Belgica gepromoot en de andere merken niet?

Slide 16 - Open vraag

Welk logo is hier een beetje 'de vreemde eend in de bijt'?
A
Flandria
B
Streekproduct
C
Ik koop Belgisch
D
Lekker van bij ons.

Slide 17 - Quizvraag

Waarom past 'ik koop Beligsch' niet in het rijtje?

Slide 18 - Open vraag

Seizoensgebonden producten
Zoek de maand waarin je verjaart. Overloop de kolom in stilte. Van welke groenten en vruchten kan je in 'jouw' maand genieten? Noteer op pg. 43

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Link

Zoek in de groentekalender op of je onderstaande vruchten nog mag eten als je verantwoord en duurzaam wil consumeren.

Slide 21 - Tekstslide

Zoek in de groentekalender op of je onderstaande vruchten nog mag eten als je verantwoord en duurzaam wil consumeren.
Dit zijn vruchten die in zuidelijke landen worden geteeld. Je mag die ter afwisseling eten, bij voorkeur in de wintermaanden.

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Link

Zoek op de website info over
'the big four'.
Wat zijn de 4 kernwoorden?

Slide 25 - Woordweb

Slide 26 - Tekstslide

Algemene tips om minder
plastic te gebruiken.

Slide 27 - Woordweb

Tips om minder plastic te
gebruiken in de winkel.

Slide 28 - Woordweb

Tips om minder plastic te
gebruiken in de keuken.

Slide 29 - Woordweb

Tips om minder plastic te
gebruiken in de badkamer.

Slide 30 - Woordweb

Hamburger vs. vegaburger

Slide 31 - Tekstslide

1 kg rundsvlees: 19 kg plantaardig voedsel en 30 kilo co2 uitstoot.
1 hamburger: 1540 liter water en algemeen boskapping en veel mest.
1 kg sojavlees: 1 kg plantaardig voedsel en 2 kilo co2 uitstoot.
1 sojaburger: 160 liter water en algemeen geen boskapping en geen mest.

Slide 32 - Tekstslide

Ben jij pro vlees eten of contra?

Of ben jij eerder een flexitariër?

Slide 33 - Tekstslide

Argumenten
pro vlees eten

Slide 34 - Woordweb

Argumenten
contra vlees eten

Slide 35 - Woordweb

Argumenten 
pro vlees eten:

- lekker
- bron van eiwitten, vitamines en mineralen

Argumenten 
contra vlees eten:

- dierenleed
- dierenmishandeling en slachthuizen
- belastend voor het milieu
- veel verzadigde vetten en zouten
- slecht voor cholesterol

Slide 36 - Tekstslide

Wat is je bijgebleven
over duurzame voeding?

Slide 37 - Woordweb