Woorden met een trema

Woorden met een trema
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Woorden met een trema

Slide 1 - Tekstslide

Welke is juist?
A
Motorolieën
B
Motoroliën

Slide 2 - Quizvraag

Welke is juist?
A
Koloniën
B
Kolonieën

Slide 3 - Quizvraag

Welke is juist?
A
Epidemieën
B
Epidemiën

Slide 4 - Quizvraag

Welke is juist?
A
Melodiën
B
Melodieën

Slide 5 - Quizvraag

Welke is juist?
A
Ideën
B
Ideeën

Slide 6 - Quizvraag

Trema
Twee puntjes op een klinker noem je een trema.

Een trema is bedoeld om duidelijk te maken 
hoe je een woord uitspreekt.

Slide 7 - Tekstslide

Geen trema
Als er geen letterverwarring mogelijk is, zet je geen trema.

financieel
gekopieerd
begroeiing

Slide 8 - Tekstslide

Voorbeelden trema:
  • Azië
  • patiënt
  • geëerd
  • knieën
  • zeeën

Slide 9 - Tekstslide


Trema
Wanneer gebruik je een trema?
A
Als binnen één woord de klinkers botsen
B
bij alle meervoudsvormen
C
als het een samenstelling is

Slide 10 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling?
A
koloniën
B
kolonië
C
kolonien

Slide 11 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling?
A
financien
B
financiën

Slide 12 - Quizvraag