Communicatie PW

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 1,2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Check in 


Als je morgen wakker zou worden als een dier, welk dier zou je dan het liefst willen zijn en wat is de reden dat je juist dit dier kiest?

Slide 2 - Tekstslide

Communicatie

Slide 3 - Woordweb

In je werk communiceer je voortdurend. Je praat met ouders/verzorgers en je luistert naar wat kinderen je vertellen. De ene collega leg je iets uit, met een ander bespreek je je zorgen. Je communiceert niet alleen met woorden, maar ook met gebaren, met oogcontact en je gezichtsuitdrukking. 
Luisteren, babbelen, spreken, lachen, aanmoedigen, vergaderen, redeneren, onderhandelen, discussiëren – als pedagogisch werker ben je er de hele dag druk mee. Goed communiceren zodat je elkaar begrijpt, oftewel effectief communiceren is de belangrijkste voorwaarde voor kwaliteit in je werk. Het is de basis van goed contact, goede begeleiding en goed onderwijs.

Slide 4 - Tekstslide

Communicatie
Een belangrijk uitgangspunt bij communicatie is: je kunt niet niét communiceren. Je communiceert altijd, zelfs als je niks zegt. 
communicatie is het overbrengen van informatie van de ene naar de andere persoon (woorden = verbaal & lichaamstaal = non-verbaal). 

Slide 5 - Tekstslide

Het betrekkingsniveau en het inhoudsniveau
Betrekkingsniveau = de relatie tussen twee personen hoor en zie je terug in het betrekkingsniveau. Manier waarop iets gezegd wordt, wat je erbij voelt of wat het oproept. 
Inhoudsniveau = gaat over de daadwerkelijke inhoud of het onderwerp van een gesprek. 

Slide 6 - Tekstslide

ZBMO-model

Slide 7 - Tekstslide

Storingen tijdens de communicatie
Communiceren klinkt eenvoudig: je brengt een boodschap over en reageert daarop. Toch is het niet altijd zo gemakkelijk. 
Informatie kan vervormen, waardoor de boodschap anders bij je binnenkomt dan hij bedoeld is. Dit noem je ruis. 

Slide 8 - Tekstslide

Interne ruis

Slide 9 - Open vraag

Externe ruis

Slide 10 - Open vraag

Interne ruis 
Als de communicatie wordt verstoord door factoren binnen het communicatieproces. De ruis zit in de boodschap zelf. Er is iets mis met het communicatiekanaal. 

Slide 11 - Tekstslide

Externe ruis 
Als de communicatie wordt verstoord door externe factoren die de ontvanger afleiden. Deze factoren bevinden zich buiten het communicatieproces. Denk bijvoorbeeld aan een lawaaierige omgeving die de ontvanger afleidt. 

Slide 12 - Tekstslide

Psychologische & semantische ruis 

Referentiekader

Aspecten van communicatie (inhoudelijke, expressieve, relationele, appellerende)  

Zones van communicatie (intieme, persoonlijke, sociale, publieke) 

Actief of empathisch luisteren

Samenvatten en parafraseren
Valkuilen tijdens communicatie (halo-effect, horn-effect, interpretatiefout, stereotype, interne attributie, externe attributie, moraliseren, diagnosticeren)

Vragen stellen (open, gesloten, doorvragen, reflecterende vragen, waarom-vraag, suggestieve, dubbele vraag)


Feedback geven en ontvangen
Feedback op communicatieniveau &  metacommunicatieniveau 


Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Check out 

Wat is je belangrijkste inzicht…

Slide 15 - Tekstslide