Les 9 herhaling 1 t/m 5

Donderdag 13 maart
Welkom allemaal
Pak je laptop en leg dicht op je tafel
 

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Donderdag 13 maart
Welkom allemaal
Pak je laptop en leg dicht op je tafel
 

Slide 1 - Tekstslide

Wanneer gebruik je hoofdletters?

Slide 2 - Open vraag

Hoofdletters: wat is de juiste spelling?
A
mevrouw Van Vliet
B
Mevrouw van Vliet
C
mevrouw Van vliet
D
Mevrouw van vliet

Slide 3 - Quizvraag

Hoofdletters
Waar staan de hoofdletters goed?
A
stef Van leeuwen
B
Stef van Leeuwen
C
stef van Leeuwen
D
Stef Van leeuwen

Slide 4 - Quizvraag

Hoofdletter of niet?
A
J. Van der Plas
B
J. Van Der Plas
C
J. van der Plas

Slide 5 - Quizvraag

Hoofdletters en leestekens

Wanneer gebruik je geen hoofdletter?
A
aan het begin van de zin
B
bij namen
C
namen van dagen, maanden, seizoenen en windstreken
D
bij woorden die van aardrijkskundige namen zijn afgeleid

Slide 6 - Quizvraag

Welke leestekens gebruiken we aan het einde van de zin? Vul ze alle 3 in.

Slide 7 - Open vraag

Paleis > meervoud
A
Paleisen
B
Paleizen

Slide 8 - Quizvraag

Gitaarsnaar > meervoud
A
Gitaarsnaren
B
Gitaarsnaaren
C
Gitaarsnaars
D
Gitaarsnaarren

Slide 9 - Quizvraag

Filmster > verkleinwoord

Slide 10 - Open vraag

Meervoud van leeuw
A
leeuwwen
B
leeuwen
C
lieuwen
D
leuwen

Slide 11 - Quizvraag

Wat kan je achter
een verkleinwoord zetten?

Slide 12 - Woordweb

Verkleinwoord van kanarie

Slide 13 - Open vraag

Schrijf op de juiste plek de hoofdletters:
mevrouw van boven

Slide 14 - Open vraag

Welk bijvoeglijk naamwoord is een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord?
A
De lelijke kast
B
De metalen kast
C
De grijze kast
D
De oude kast

Slide 15 - Quizvraag

Hoe schrijf je het bijvoeglijk naamwoord?

Slide 16 - Open vraag

wat zijn bijvoeglijke naamwoorden?
A
de, het , een
B
slimme, mooie, rode
C
fiets, boek, volleybal
D
lopen, werken, denken

Slide 17 - Quizvraag

Wat is het bijvoeglijk naamwoord van plastic?
Hij heeft een ... tas.

Slide 18 - Open vraag

Hoe schrijf je het bijvoeglijk naamwoord?

Slide 19 - Open vraag

Aan de slag
Maak cursus 7 P6 mixopdrachten. Minimale score van 70% per opdracht. Maak zoveel mogelijk opdrachten.

Slide 20 - Tekstslide