Taal Compleet A2 1.2

• NT2
• MBO
• Studiejaar 2

Taal Compleet A2 1.2

Welke vraag kan ik aan mijn nieuwe buren stellen?

Lesdoel:

We gaan vandaag oefenen met het maken van zinnen.

Boek bladzijde bladzijde 11, 

1.2: 15

We kijken naar de video

Kijk niet in je boek!
Welke zin is goed?

1. Mijn zoon in Den Haag woont.
2. Mijn zoon woont in Den Haag.
3. In Den Haag mijn zoon woont.

Kijk niet in je boek!
Welke zin is goed?

1. Mijn dochter woont in Rotterdam.
2. Mijn dochter in Rotterdam woont.
3. In Rotterdam mijn dochter woont.

Kijk niet in je boek!
Welke zin is goed?

1. Al 56 jaar ik woon in dit huis.
2. In dit huis ik woon al 56 jaar.
3. Ik woon al 56 jaar in dit huis.

Kijk niet in je boek!
Welke zin is goed?

1. Ik woon acht jaar in Nederland.
2. Ik woon in Nederland acht jaar.
3. In Nederland ik woon acht jaar.

Kijk niet in je boek!
Welke zin is goed?

1. Pas twee jaar mijn vrouw woont in Nederland.
2. Mijn vrouw woont in Nederland pas twee jaar.
3. Mijn vrouw woont pas twee jaar in Nederland.

Kijk niet in je boek!
Welke zin is goed?

1. Ik koop een broek in Utrecht morgen.
2. Ik koop in Utrecht een broek morgen.
3. Ik koop morgen een broek in Utrecht.

Kijk niet in je boek!
Welke zin is goed?

1. Ik leer Nederlands op school.
2. Nederlands ik leer op school.
3. Op school ik leer Nederlands.

We maken oefening 16 en kijken samen na.

Daarna doen we oefening 17 met het digibord.

Oefening 20 : 

1- digibord

2 - Je krijgt een kaartje met een vraag. Maak tweetallen en beantwoord elkaars vraag. Wissel daarna van kaartje en zoek iemand anders op.

Oefening 18 en 19 maken.

We kijken samen na.

We gaan zinnen maken.

Wat hebben we vandaag geleerd?

Hoe vond je het gaan?