2BCD 4.4 Seks enzo

Goedemiddag!
Vandaag:

*Bespreken werkblad de man
* Uitleg 4.4 Seks enzo
* Opdrachten maken
*stellingen

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Goedemiddag!
Vandaag:

*Bespreken werkblad de man
* Uitleg 4.4 Seks enzo
* Opdrachten maken
*stellingen

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Geslachtskenmerken die ontstaan in de puberteit zijn ...
A
primaire geslachtskenmerken
B
secundaire geslachtskenmerken

Slide 3 - Quizvraag

Wanneer is een vrouw vruchtbaar?
A
Tijdens de menstruatie
B
tijdens de ovulatie
C
Vlak na de menstruatie
D
Vlak voor de menstruatie

Slide 4 - Quizvraag

In de afbeelding is het voortplantingsstelsel van een gesteriliseerde man schematisch getekend. Is deze man nog instaat nog een orgasme te krijgen?
A
Nee, deze man kan geen orgasme krijgen.
B
Ja, maar bij een orgasme vindt geen lozing van zaadvocht plaats.
C
Ja, maar bij een orgasme bevat het zaadvocht geen zaadcellen.

Slide 5 - Quizvraag

Leerdoelen basisstof 4.4 Seks enzo


1. Je kunt omschrijven wat er onder seksualiteit wordt verstaan

2. Je kunt benoemen hoe gender en seksuele oriëntatie kunnen verschillen

3. Je kunt benoemen hoe je wensen en grenzen kunt bewaken en respecteren in een seksuele relatie

Slide 6 - Tekstslide

Biologisch 'nut' van seksualiteit

Zorgen dat je soort voortbestaat, 
door nakomelingen 
op de wereld te zetten

Slide 7 - Tekstslide

Seksualiteit

Geslachtsgemeenschap én zelfbevrediging horen bij seksualiteit.

Onder seksualiteit vallen alle gedachten, gevoelens en handelingen die te maken hebben met lust of opwinding.

verschillende functies : lustbeleving, intimiteit en voortplanting


Slide 8 - Tekstslide

Intimiteit
Seksualiteit kan een rol spelen bij intimiteit of het onderhouden van een liefdesrelatie.

Je wilt laten blijken dat je iemand leuk vindt of van iemand houdt.

Slide 9 - Tekstslide

Geslachtsgemeenschap

Slide 10 - Tekstslide

Seksuele oriëntatie
Seksuele voorkeur of seksuele oriëntatie zegt iets over op wie je verliefd wordt. 

heteroseksueel = andere geslacht
homoseksueel = hetzelfde geslacht

Ongeveer 1 op de 15 mensen is homoseksueel of biseksueel.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Link

Wensen en grenzen
In een seksuele relatie zijn er dingen waarvan je hoopt dat ze gaan gebeuren. Dat zijn je wensen.

Er zijn ook dingen die je niet wilt of die je niet fijn vindt, dit zijn je grenzen.

Veel jongeren kennen hun eigen grenzen nog niet goed, tijdens je eerste seksuele relaties kan je ontdekken wat je grenzen en wensen zijn.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Link

Ongewenst gedrag
 - Seksueel overschrijdend gedrag
- Ongewenste intimiteiten 
- Seksueel geweld 

Slide 17 - Tekstslide

Opdrachten bij deze basisstof (4.4):
Huiswerk:
             Kader: B4 maken opdracht 1 t/m 10
            

Basis: B4 maken opdracht 1 t/m 10

klaar? kijk video "communicatie tijdens de seks"
link op Itslearning in LVF


Slide 18 - Tekstslide

Stellingen

Laat elkaar uitspreken
Iedereen heeft recht op een eigen mening
Hand opsteken = de beurt krijgen

Slide 19 - Tekstslide

Stelling 1
Het is heel normaal dat personen openlijk uitkomen voor hun homoseksualiteit, dat doen heteroseksuelen toch ook.
A
Eens (zitten)
B
Oneens (staan)

Slide 20 - Quizvraag

Stelling 2
Als een jongen een meisje trakteert op een avondje uit is het redelijk dat de jongen als tegenprestatie een zoen van het meisje mag verwachten.
A
Eens (zitten)
B
Oneens (staan)

Slide 21 - Quizvraag

Stelling 3
Als iemand dronken is, kan hij/zij nog steeds grenzen aangeven
A
Eens (zitten)
B
Oneens (staan)

Slide 22 - Quizvraag

Stelling 4
Na de training doucht jullie team altijd samen. één persoon vertelt dat hij/zij eigenlijk homo/lesbisch is. Douche je nog steeds samen met het team?
A
ja (zitten)
B
nee (staan)

Slide 23 - Quizvraag

Stelling 5

Je kunt best naaktfoto’s versturen.
A
Eens (zitten)
B
Oneens (staan)

Slide 24 - Quizvraag

Stelling 6
het verschilt per persoon wanneer deze toe is aan het hebben van seks
A
Eens (zitten)
B
Oneens (staan)

Slide 25 - Quizvraag

Slide 26 - Tekstslide