1.4 De zon als motor: Neerslag

1.4 De zon als motor: neerslag
Deelvraag: Hoe ontstaat neerslag?
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

1.4 De zon als motor: neerslag
Deelvraag: Hoe ontstaat neerslag?

Slide 1 - Tekstslide

4m2-ak2- les 1
1 Controle spullen + afwezigen (5 min)
2 PW H1 op woensdag 28 september
3 Nakijken opdr 4+5 blz 13 werkboek (5 min)
4 Herhaling 1.1 + 1.2 (10 min)
5 Uitleg 1.4 + aantekeningen (25 min) 
6 Maakwerk: opdr 2+3c t/m g +4+5 blz 14+15 werkboek 

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling 1.1+1.2
1 Noem 2 kenmerken van een lagedrukgebied
2 Noem de 5 klimaatfactoren
3 Wat zijn isobaren? 
4 Noem 1 verklaring waarom het bij de Zuidpool koud is. 
5 Wind die van land naar zee waait noem je ook wel....
6 Wat is de schaal van Beaufort? 
7 Hoe ontstaat wind?

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen 1.4
Aan het einde van 1.4 ken/kun je:
  • Het ontstaan van wolken en bijbehorende processen beschrijven en verklaren
  • Soorten neerslag beschrijven en verklaren
  • De waterkringloop beschrijven en verklaren 

Slide 4 - Tekstslide

Begrippen 1.4
Luchtvochtigheid - vochtige lucht -droge lucht 
condenseren - neerslag - verdampen
stijgingsneerslag - frontale neerslag
loefzijde - stuwingsneerslag - lijzijde - regenschaduw
waterkringloop - bevriezen - smelten
afstromen - infiltreren

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Korte kringloop
Neerslag valt meteen weer terug in de zee.
Lange kringloop
Neerslag valt op het land en komt via een omweg ( rivieren en grondwater) weer terug in de zee.
Waterkringloop
De voortdurende verplaatsing van water over de aarde.

De hoeveelheid water op aarde verandert niet!!! 

Slide 8 - Tekstslide

1.4 De zon als motor: Neerslag

Slide 9 - Tekstslide

de waterkringloop

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Hoe ontstaat neerslag?
1 Water verdampt
2 Warme lucht met waterdamp stijgt op en koelt af.
3 Warme lucht kan meer waterdamp bevatten dan koude lucht.
4 Lucht die afkoelt raakt verzadigd. Waterdamp condenseert tot water in kleine druppeltjes (wolken).
5 Als de druppeltjes te groot worden kunnen ze niet meer blijven zweven maar vallen door de zwaartekracht naar beneden: NEERSLAG

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Video

4m2-les 2-wk38
1 Controle spullen + afwezigen (5 min)
2 Examenvraag (5 min)
3 Nakijken opdr 1+2 blz 14 in je werkboek. (10 min)
4 Uitleg 1.4 deel B (10 min)
5 Maakwerk opdr 3+5+6ab+7 v.a. blz 14 werkboek. 

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Link

1.4 De zon als motor: Neerslag
Soorten neerslag
- Stijgingsneerslag 

- Frontale neerslag 

- Stuwingsneerslag 

Slide 18 - Tekstslide

Ontstaan van neerslag
Ontstaan neerslag
Neerslag ontstaat als lucht opstijgt:
  • Hoe hoger je komt hoe kouder het wordt.
  • Koude lucht kan minder waterdamp bevatten dan warme lucht.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

schooltv.nl
"Verschillende soorten regen"
klik snel door!

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

1 De kaart van bron 1 gaat over de verschillen in luchtdruk in Europa.
Bij welke letter in bron 1 was de windsnelheid op 10 september 2013 het hoogst?
A
bij letter P
B
bij letter Q
C
bij letter R
D
bij letter S

Slide 25 - Quizvraag

Maakwerk:
1. Blz 14 in je werkboek
2 Maak opdr 3+5+6ab+7

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

3 Twee leerlingen doen een uitspraak over luchtdruk.
Uitspraak 1: hoe dichter de isobaren bij elkaar liggen, hoe zwakker de wind is die daar waait.
Uitspraak 2: in hogedrukgebieden stijgt de lucht op en is de kans op neerslag groot.
Wat is juist?
A
1 is juist
B
2 is juist
C
beide zijn juist
D
beide zijn onjuist

Slide 28 - Quizvraag

Slide 29 - Link