ke4 beginsituatie Les 2

Wat is fysieke training?
A
Meedoen aan sportlessen defensie
B
Meedoen aan militair sport kampioenschap
C
Activiteiten die bijdragen aan taak specifieke fitheid
1 / 11
volgende
Slide 1: Quizvraag
MBO

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Wat is fysieke training?
A
Meedoen aan sportlessen defensie
B
Meedoen aan militair sport kampioenschap
C
Activiteiten die bijdragen aan taak specifieke fitheid

Slide 1 - Quizvraag

Wat is een doel van de warming-up
A
Blessures voorkomen
B
Complexe oefeningen leren

Slide 2 - Quizvraag

Wat is GEEN doel van de warming up?
A
10% sterker worden doordat je lichaam warm is
B
Hart sneller laten pompen waardoor bloed beter circuleert
C
In de sfeer van de les / training komen
D
Competitief bezig zijn

Slide 3 - Quizvraag

Wat is geen onderdeel van een warming up
A
Zwaar trainen
B
Algemene warming-up
C
Specifieke warming-up
D
Core en balans oefeningen

Slide 4 - Quizvraag

In plaats van een actieve warming-up kun je een mentale warming-up doen.
A
juist
B
onjuist

Slide 5 - Quizvraag

Wat is Lichamelijke opvoeding
A
Meedoen aan sportlessen defensie
B
Meedoen aan militair sport kampioenschap
C
Activiteiten die bijdragen aan taak specifieke fitheid

Slide 6 - Quizvraag

Wat zijn grondvormen van bewegen?
A
Een ligsleuf graven
B
Bewegingen zoals, lopen, kruipen, vangen, slaan
C
Grond van loopgraaf verplaatsen

Slide 7 - Quizvraag

Tijdens de cooling-down.....
A
daalt de hartslag, stijgt de bloeddruk
B
stijgt de hartslag, daalt de bloeddruk
C
daalt de hartslag, daalt de bloeddruk
D
stijgt de hartslag, stijgt de bloeddruk

Slide 8 - Quizvraag

De cooling-down....
A
gaat hetzelfde als de warming-up
B
is een omgekeerde warming-up

Slide 9 - Quizvraag

Henk ziet dat Jan heel erg goed presteert bij de wielerwedstrijden. Henk vraagt aan Jan: "mag ik jouw trainingsschema hebben?"

Leg uit waarom dit niet werkt.
A
Omdat Jan heel erg goed is in wielrennen en Henk niet
B
Geen lichaam is gelijk, wat voor Jan werkt hoeft niet goed te werken voor Henk
C
Omdat Jan toch nooit kan trainen op de tijden van Henk
D
Alle antwoorden zijn onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Blessurepreventie is:
A
Het voorkomen van blessures
B
Het gezonde lichaam gezond houden
C
Blessure die er is behandelen
D
Zorgen dat je een blessure krijgt

Slide 11 - Quizvraag