Rijm

1 / 14
volgende
Slide 1: Video
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 5

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Wat is rijm?

Slide 2 - Open vraag

Rijm - indeling naar soort (1)
Volrijm: de beklemtoonde klinker en de daarop volgende medeklinker rijmen op elkaar.
  • wond - hond                           (mannelijk of staand rijm)
  • wonde - ronde                       (vrouwelijk rijm)
  • wonderen - donderen        (glijdend rijm) 

Halfrijm
: klinkerrijm en medeklinkerrijm.

Slide 3 - Tekstslide

Rijm - indeling naar soort (1)
Halfrijm: óf alleen de klinkers óf alleen de medeklinkers rijmen op elkaar.
  • Klinkerrijm en assonantie                 
         
  • Medeklinkerrijm en consonantie        

Slide 4 - Tekstslide

Rijm - indeling naar soort (1)
Rime riche (volrijm): De rijmende woorden (inclusief de laatste beklemtoonde klinker) eindigen en klinken hetzelfde:.

  • hing – ding
  • roken – doken   
  • noot - nood 

Slide 5 - Tekstslide

Rijm - indeling naar plaats (2)
Eindrijm 
---------------------------loop
--------------------------koop

Middenrijm
----------loop----------------
----------koop---------------


   

Slide 6 - Tekstslide

Rijm - indeling naar plaats (2)

Binnenrijm 
--------loop----------koop--

Overlooprijm
--------------------------loopS
koop-------------------------



   

Slide 7 - Tekstslide

Rijm - indeling rijmschema (3)
In de meeste gedichten is het eindrijm geordend in een bepaald rijmschema. De belangrijkste zijn:  
  • Slagrijm: AAAA
  • Gepaard rijm: AABB
  • Gekruist rijm : ABAB
  • Omarmend rijm: ABBA
!Let op: gebruik voor elke nieuwe rijmklank een nieuwe letter!


Slide 8 - Tekstslide

Woningloze

Lees het gedicht Woningloze van J. Slauerhoff.

Maak de opdrachten op de volgende slides. Tip: gebruik je aantekeningen, de syllabus of Laagland (p.46).

Slide 9 - Tekstslide

Wat is het volledige rijmschema van het gedicht Woningloze van J. Slauerhoff?

Slide 10 - Open vraag

Benoem minimaal twee alliteraties in het gedicht Woningloze van J. Slauerhoff.

Slide 11 - Open vraag

Waarom is alliteratie altijd medeklinkerrijm, maar is medeklinkerrijm niet altijd alliteratie?

Slide 12 - Open vraag

Benoem alle vormen van klinkerrijm (assonantie) en medeklinkerrijm (aconsonantie) in de tweede strofe van het gedicht Woningloze.

Slide 13 - Open vraag

Waar wil je meer uitleg over?

Slide 14 - Woordweb