VMBO TL 4 Water in NL Hfs.7 paragraaf 3

Hoofdstuk 7
Paragraaf 3:
Watergebruik 
en
waterwinning
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 7
Paragraaf 3:
Watergebruik 
en
waterwinning

Slide 1 - Tekstslide

7.3 Watergebruik en waterwinning
  • Herhaling van de vorige les
  • Deze les, 7.3 watergebruik en waterwinning
  • Huiswerk
  • Verder met het PO

Slide 2 - Tekstslide

Hiernaast zie je 2 wielen, die zijn onstaan/gemaakt door...
A
boeren, zo hebben de koeien te drinken
B
door heftige regenval
C
ontstaan bij een dijkdoorbraak
D
omhoogstromend grondwater

Slide 3 - Quizvraag

Door afwatering zakt de bodem van veenpolders in, dat proces noem je
A
verklinking
B
verstening
C
inklinking
D
instening

Slide 4 - Quizvraag

Waar bevindt zich in deze foto de ringvaart?
A
Voorzijde / onderdaan
B
achterzijde / bovenaan

Slide 5 - Quizvraag

Wat voor een soort polder zie je hiernaast?
A
veenpolder
B
droogmakerij
C
zeepolder
D
landpolder

Slide 6 - Quizvraag

De foto hiernaast laat wat voor een soort polder zien
A
zeepolder
B
veenpolder
C
droogmakerij
D
landpolder

Slide 7 - Quizvraag

7.3 Watergebruik en waterwinning
  1. Watergebruik
  2. Drinkwaterwinning
  3. Water uit de duinen

Zoetwater=niet zout water, het smaakt 
NIET  zoet...
Zoutwater=zout....



Slide 8 - Tekstslide

1.Watergebruik
Er wordt een onderscheid gemaakt tussen:
*drinkwater=water wat je thuis gebruikt
*industrieel watergebruik=drinkwater gebruikt in fabrieken
*proceswater=water waarmee flessen, aardappels etc etc worden schoongemaakt. Ook koelwater is proceswater Hiervoor is geen drinkwater nodig.

Slide 9 - Tekstslide

1.Watergebruik
watervoetafdruk

Slide 10 - Tekstslide

2.Drinkwaterwinning
  1. Uit grondwater
  2. Uit oppervlaktewater
(=beekjes, rivieren etc.)

Slide 11 - Tekstslide

2. Uit grondwater
Regenwater zakt langzaam de grond in (infiltratie)en zakt naar een waterdragende laag. De grond heeft een filterende werking.

Slide 12 - Tekstslide

2.Uit oppervlaktewater
Oppervlaktewater=rivieren, meren (water wat je ziet). Dat water moet men eerst heel goed zuiveren voordat het te gebruiken is als drinkwater

Slide 13 - Tekstslide

3.water uit de duinen
In/onder de duinen is veel zoetwater te vinden. Dat het zoet is heeft ook te maken met de grondsoort: zand. Zand heeft een goede doorlaatbaarheid. (In tegenstelling tot klei)

Slide 14 - Tekstslide

3.Water uit de duien
Zout water is zwaarder dan zoet water. Zoet water drijft dan ook op zoutwater. Dat noemen ze ook wel een zoetwaterzak.
Het zoete water wordt soms aangevuld met oppervlaktewater

Slide 15 - Tekstslide

Huiswerk Hfst.7 par.3
Je maakt de volgende vragen:
1, 3a,4abc,7abc,8,9abc en 10


Slide 16 - Tekstslide