Formuleren H1 zinnen correct begrenzen

Formuleren
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Formuleren

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
Ik kan:
  • zinnen correct begrenzen.

Slide 2 - Tekstslide

Startopdracht
a Gisteren gingen we zwemmen, hoewel het koud was, vermaakten we ons prima.
b Gisteren gingen we zwemmen, hoewel het koud was, we vermaakten ons prima.
Vraag: Welke komma moet een punt zijn? En wat valt op?

Slide 3 - Tekstslide

Hoe nauwkeurig ben jij in het juist gebruiken van interpunctie, hoofdletters, spelling en formulering?

Slide 4 - Open vraag

Zinnen correct begrenzen
Zinnen beginnen met een hoofdletter en eindigen met een punt. In samengestelde zinnen worden de zinnen meestal van elkaar gescheiden door een komma, een puntkomma of een dubbele punt:

 
  • Wereldrecords kunnen niet steeds opnieuw verbroken worden, want er zit een grens aan de mogelijkheden van het menselijk lichaam.
  • Ik ga graag naar het buitenland op vakantie; ik vind Nederland maar saai.
  • Inwoners van grensgebieden zijn vaak tweetalig: ze communiceren net zo makkelijk in het Duits als in het Nederlands.

Slide 5 - Tekstslide

Je kunt zinnen ook samenvoegen, maar dan moet je een voegwoord gebruiken:
  • De leraar legde de som stap voor stap uit, maar de klas begreep er niets van.
  • Hoewel de leraar de som stap voor stap uitlegde, begreep de klas er niets van.

Slide 6 - Tekstslide

Foutieve begrenzing
Het begrenzen van zinnen kan op twee manieren verkeerd gaan:

Een bijzin die een zinsdeel is in een samengestelde zin, wordt als losse zin geschreven:
*Veel mensen vinden het moeilijk om nee te zeggen. Omdat ze bang zijn een ander te kwetsen.

Twee zelfstandige zinnen (hoofdzinnen) worden ten onrechte samengevoegd:
*Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden verschillende landen door Duitsland bezet, hier kwamen veel mensen tegen in opstand.

Slide 7 - Tekstslide

Ik kijk uit naar de herfstvakantie. Omdat ik dan allemaal leuke dingen ga doen.
A
Juist begrensd
B
Onjuist begrensd

Slide 8 - Quizvraag

Hij houdt van haar. Hoewel ze hem heeft gedumpt.
A
Juist begrensd
B
Onjuist begrensd

Slide 9 - Quizvraag

Ze heeft hem gekwetst, desondanks vindt hij haar leuk.
A
Juist begrensd
B
Onjuist begrensd

Slide 10 - Quizvraag

Ondanks dat het buiten erg regenachtig is, is de temperatuur wel aangenaam.
A
Juist begrensd
B
Onjuist begrensd

Slide 11 - Quizvraag

Van welke foute manier van begrenzen is hier sprake?
Veel mensen vinden het moeilijk om 's ochtends uit hun bed te komen. Omdat ze te laat naar bed zijn gegaan.
A
Een bijzin als losse zin schrijven
B
Onterecht samenvoegen van twee hoofdzinnen

Slide 12 - Quizvraag

Van welke foute manier van begrenzen is hier sprake?
Veel mensen vinden het moeilijk om 's ochtends op te zijn, hierdoor slaan ze het ontbijt vaak over.
A
Een bijzin als losse zin schrijven
B
Onterecht samenvoegen van twee hoofdzinnen

Slide 13 - Quizvraag

Zinnen correct begrenzen
Opdracht 1 (blz. 32)
  1. Geef aan of de volgende zinnen juist of onjuist begrensd zijn. Geef bij de onjuiste begrensde zinnen aan wat er veranderd moet worden.
  2. Schrijf je antwoord in je schrift.
  3. De antwoorden staan verderop in deze LessonUp, controleer je eigen werk.

Slide 14 - Tekstslide

1. Sommige landen worden van andere gescheiden door een zee, rivier, bos of gebergte. Zodat er een natuurlijke landsgrens is.
onjuist

(Er moet na ´gebergte´ een komma in plaats van een punt geplaatst worden)

Slide 15 - Tekstslide

juist 
2. Nederland wordt in het noorden en westen begrensd door de Noordzee. Het heeft dus aan twee kanten een natuurlijke grens.

Slide 16 - Tekstslide

3. De begrenzing tussen Nederland en Duitsland en België is voor een groot deel kunstmatig, ze berust op afspraken. 
onjuist

(Er moet na ´kunstmatig´ een punt in plaats van een komma geplaatst worden)

Slide 17 - Tekstslide

4. Kunstmatige grenzen worden vaak aangegeven door middel van grenspalen of grensstenen, hierdoor kun je zien waar de grens ligt.
onjuist

 (Er moet na ´grensstenen´ een punt in plaats van een komma geplaatst worden)

Slide 18 - Tekstslide

5. Natuurlijke grenzen vormen een betere bescherming tegen indringers, want het kost meer moeite ze te passeren. 
juist

Slide 19 - Tekstslide

onjuist

(Er moet na ´maken´ een punt in plaats van een komma geplaatst worden)
6. Sommige landen met kunstmatige grenzen proberen het indringers wel heel moeilijk te maken, dit doen ze bijvoorbeeld door het bouwen van een muur.

Slide 20 - Tekstslide

Ik kan nu (samengestelde) zinnen correct begrenzen.
A
Ja -> Ik kan aan de slag met de opdrachten.
B
Een beetje -> Ik bekijk de theorie nog eens en ga daarna aan de slag.
C
Nee -> Ik heb nog uitleg nodig.
D
Een beetje -> Ik heb nog uitleg nodig.

Slide 21 - Quizvraag

Huiswerk 
Maken opdracht 2 en 3 van Formuleren H1. 
Huiswerk voor woensdag het 2e uur. 

Slide 22 - Tekstslide