PTA formuleren

PTA formuleren
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

PTA formuleren

Slide 1 - Tekstslide

Deze les
- Lesdoel
- Uitleg                     congruentie + snelle herhaling grammatica
                                     pleonasme
                                     tautologie
                                     contaminatie
- Oefenen
- Aan de slag

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel
Aan het einde van deze les kun je uitleggen wat een stijlfout is.

Aan het einde van deze les kun je de stijlfouten pleonasme, tautologie en contaminatie herkennen.
Aan het einde van de les herken je een incongruentie

Slide 3 - Tekstslide

Incongruentie

Slide 4 - Tekstslide

(in) congruentie 
Congruentie?     * De persoonsvorm past bij het onderwerp van een zin.
Incongruentie?    * De persoonsvorm en het onderwerp passen niet bij elkaar.

persoonsvorm?
onderwerp? 
lijdend voorwerp?
meewerkend voorwerp?
bijwoordelijke bepaling?


Slide 5 - Tekstslide

Incongruentie 
A. Het onderwerp lijkt meervoud, maar is het niet.
Een aantal leerlingen lopen naar de Albert Heijn.
B. De pv en ow staan erg ver uit elkaar.
Recentelijk werd ontdekt dat de CIA met zijn buitenlandse medewerkers wel degelijk op geheime plaatsen in Europa mensen gevangen hebben gehouden.
C. Er staat een mv aan het begin van de zin en men denkt dat dat het ow is.
Reizigers voor de richting Amersfoort worden vriendelijk verzocht over te stappen in Zwolle.

Slide 6 - Tekstslide

4. incongruentie 
4. Het meewerkend voorwerp wordt ten onrechte voor het onderwerp aangezien. 

Ontleed de volgende zin eens
De kinderen werd gevraagd een boek te lezen in de vakantie. 
wg: werd gevraagd
ow: een boek te lezen

Slide 7 - Tekstslide

Incongruentie

Hoe herken je incongruentie?
1. Zoek de kern van het onderwerp
2. Is de kern ev of mv?
3. Welke ww is de pv en is deze ook ev of juist mv?

Verbeteren: pas de pv aan.

Slide 8 - Tekstslide

Incongruentie
Regel
Verbetering
Voorbeeld
ow is mv, maar wordt als ev aangezien.
pv = mv
*De media schrijft veel onzin over deze bekende Nederlander.
ow lijkt mv, maar kern is ev
pv = ev
* Uit de enquête bleek dat de meerderheid  van de leerlingen tegen frisdrankautomaten waren 
ow en pv ver uit elkaar, daartussen andere getallen
pv aanpassen aan ow
* Het schijnt dat het stadsbestuur de komende jaren binnen de grachten geen nieuwe parkeerplaatsen voor auto’s meer willen aanleggen
mwv wordt ten onrechte aangezien als ow
pv aanpassen aan ow (check wat het ow is)
*Bij het eindpunt van de lijn worden alle passagiers verzocht uit te stappen 

Slide 9 - Tekstslide

Het gros van de Nederlanders zijn volgens de krant blij met het koningshuis.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Is hier sprake van congruentie of incongruentie:

Een aantal mensen komt altijd te laat.
A
congruentie
B
incongruentie

Slide 11 - Quizvraag

Is hier sprake van congruentie of incongruentie?
Het blijkt dat de jeugd in ons land tamelijk veel alcohol drinken.
A
Congruentie
B
Incongruentie

Slide 12 - Quizvraag

Is hier sprake van congruentie of incongruentie?

30 procent van de mensen zijn vaker ziek dan twee keer per jaar.
A
congruentie
B
incongruentie

Slide 13 - Quizvraag

Is hier sprake van congruentie of incongruentie:

Volgens Van Gaal geeft de media een verkeerde weergave van de gebeurtenissen.
A
congruentie
B
incongruentie

Slide 14 - Quizvraag


De juistheid van de cijfers werden in twijfel getrokken door de accountant.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quizvraag


Tachtig procent van de eindexamenleerlingen is geslaagd.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quizvraag

Wat is incongruentie?
A
Een moeilijk woord
B
Een goede afstemming tussen ow en pv
C
Een slechte afstemming tussen ow en pv
D
Een Japans recept

Slide 17 - Quizvraag

Stijlfouten

Slide 18 - Tekstslide

Vul aan:
Een noodtoestand ...

Slide 19 - Open vraag

Vul aan:
De dialoog met iemand...

Slide 20 - Open vraag

Wat betekent: "door de vingers zien"?

Slide 21 - Open vraag

Slide 22 - Video

Pleonasme
Bij een pleonasme wordt een eigenschap van iets dubbel uitgedrukt (een onnodige herhaling).

Een pleonasme bestaat vaak uit een bijvoeglijk naamwoord en een zelfstandig naamwoord (verschillende woordsoorten).
VB: ronde bal, houten boomstam, aanwezige bezoekers, witte sneeuw

Slide 23 - Tekstslide

Tautologie
Een tautologie bestaat uit twee woorden van dezelfde woordsoort die hetzelfde betekenen:

vrolijk en blij
vies en vunzig
voor altijd en eeuwig

Slide 24 - Tekstslide

Stijlfout
Op het moment dat je tautologie of pleonasme niet als stijlfiguur, maar onbewust verkeerd in een tekst verwerkt, spreek je van stijlfouten.

Bovendien moet ik morgen mijn huiswerk ook nog afmaken.
Wat zou het toch fijn zijn als er met Kerst een mooi pak witte sneeuw valt.

Slide 25 - Tekstslide

Contaminatie
Een contaminatie is een verhaspeling van twee woorden of uitdrukkingen. Deze worden door elkaar gebruikt, waardoor een contaminatie ontstaat.

Bijv.
Je moet dat overnieuw doen!
            Je moet dat opnieuw doen. / Je moet dat over doen.
Het apparaat kost duur.
             Iets is duur of iets kost veel. 

Slide 26 - Tekstslide

Hoe onthoud je het verschil?
Hoe kan je deze termen goed onthouden?
Plak er eenvoudig voorbeeld aan vast.
bv.
contaminatie: opnoteren
tautologie: voor altijd en eeuwig
pleonasme: groen gras

Slide 27 - Tekstslide

Welke stijlfout is het?
1. Wij zijn blij en verheugd met de komst van onze dochter.
2. Dat zal vast en zeker een succes zijn!
3. Je moet deze opdracht overnieuw maken.
4. Het gebouw is van grijs beton.
5. Wij moeten de nadelen zorgvuldig intaxeren.
6. Het is niet altijd pais en vree bij ons thuis.
7. Op het werk is een nieuwe vrouwelijke typiste aangenomen.

Slide 28 - Tekstslide

Welke stijlfout is het?
1. Tautologie
2. Tautologie
3. Contaminatie
4. Pleonasme
5. Contaminatie
6. Tautologie
7. Pleonasme

Slide 29 - Tekstslide

Wat ga je doen?
werken in je boekje formuleren en stijl 
10 minuten in stilte

Daarna overleggen met je buur
timer
10:00

Slide 30 - Tekstslide

Aan het einde van de les kun je:


- uitleggen wat congruentie en incongruentie is
- uitleggen welke 3 'gevaren' kunnen leiden tot incongruentie
- incongruentie herkennen
- incongruentie verbeteren
- uitleggen wat een stijlfout is
- de stijlfouten pleonasme, tautologie en contaminatie herkennen

Slide 31 - Tekstslide

Wat is het
Pleonasme en tautologie zijn stijlfiguren: manieren om iets op een bijzondere manier te vertellen.

Doel: extra benadrukken of extra betekenis geven.

Slide 32 - Tekstslide