Quiz groep Yasmin - want/omdat & formeel/informeel

Vandaag ga ik naar de bibliotheek, want
A
ik een boek lenen wil.
B
in de ochtend is er een interessante activiteit.
C
ik wilt een boek lenen.
D
ik niet wil thuis blijven.
1 / 10
volgende
Slide 1: Quizvraag
NT2MBOStudiejaar 1

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Vandaag ga ik naar de bibliotheek, want
A
ik een boek lenen wil.
B
in de ochtend is er een interessante activiteit.
C
ik wilt een boek lenen.
D
ik niet wil thuis blijven.

Slide 1 - Quizvraag

Mijn zus komt vanavond op televisie, omdat...
A
ze een verhaal gaat vertellen
B
ze wil niet op de radio spreken.
C
ze een prijs heeft met haar partner gewonnen.
D
ze is een politicus.

Slide 2 - Quizvraag

In de kiosk waren de kranten uitverkocht, ......?........ er was een ramp gebeurd.
A
daarom
B
omdat
C
want
D
toch

Slide 3 - Quizvraag

Mijn vader mailt me nooit, omdat hij niet kan internetten.
Wat is de persoonsvorm (2x) in deze zin?

Slide 4 - Open vraag

Wij gaan niet naar de film, want we vinden de hoofdrolspeler niet leuk.
Wat is het onderwerp (2x) in deze zin?

Slide 5 - Open vraag

Wij hebben een abonnement op de krant, omdat we iedere dag de krant willen ontvangen.
Wat is 'de rest' (2x) in deze zin?

Slide 6 - Open vraag

Beste Margot,
Hoe gaat het met je? Wil je binnenkort een keertje afspreken?
Groeten, Aysa
A
Dit is een formele mail.
B
Het is allebei: formeel & informeel
C
Dit is een informele mail.

Slide 7 - Quizvraag

....... Graag wil ik u binnenkort bellen. Ik heb een klacht over de woning.......
A
Dit is een formele tekst.
B
Deze tekst is zowel informeel als formeel.
C
Dit is een informele tekst.

Slide 8 - Quizvraag

Hoi Mart, kun je me vaandag belen? Ik wil je graag spreken over komend weekend. Grotjes, Sylvia
Wat is goed gespeld?
A
vandaag
B
belen
C
weekend
D
grotjes

Slide 9 - Quizvraag

........(1) mevrouw van Straten,
Graag hoor ik ..... (2) mening over de bibliotheek in onze buurt. We willen een nieuw bibliotheekcafe starten. Wat vindt .... (3) daarvan?
..........(4), meneer Konings

Slide 10 - Open vraag