Engels Vooraf, Thema 2 wonen, hoofdstuk 1

• Engels
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

Wonen 

Welke zin past het beste bij de foto?

1. Here is the big hall
2. Here is the living room
3. Here is the big kitchen

Welke zin past het beste bij de foto

1. It is the living room
2. It is the kitchen
3. It is the toilet

Wat zie je op de foto?

Hoe zeg je zolder in het Egels?

1. Bathroom
2. Attic
3. Hall
4. Upstairs

Welk woord past het best bij de foto?

1. Hall
2. Shower
3. Kitchen
4. Bedroom

Hoe schrijf je woonkamer in het Engels?

Hoe schrijf je keuken in het Engels?

Hoe schrijf je slaapkamer in het Engels?

Hoe schrijf je huis in het Engels?

Deze keuken

1. This kitchen
2. That kitchen

Dat huis

1. This house
2. That house

Die slaapkamer

1. This bedroom
2. That bedroom

Deze huiskamer

1. This living room
2. That living room

This is the bathroom

This is the kitchen

This is the bedroom

This is the living room

blz 52

Daarna opdracht 14

kijk mee naar de video

blz 52

Daarna opdracht 14

kijk mee naar de video

Welke zin past het best bij de foto?

1. The book isn't on the table
2. The book is on the table
3. The book is on the couch
4. The book is on the chair

Welke zin past het best bij de foto?

1. This is the couch
2. This is the fridge
3. This is the dishwasher
4. This is the washing machine

Welk woord past het best bij de foto?

1. mum
2. yourself
3. me
4. look

Welke woord past het best bij de foto?

1. Table
2. Couch
3. Jacket
4. Chair

blz 56

opdracht 15 en opdracht 16

Hoe schrijf je bad in het Engels?

Hoe schrijf je kast in het Engels?

Hoe schrijf je wc in het Engels?

Hoe schrijf je wasmachine in het Engels?

Work top

Closet

Chair 

Hatstand

Red

Green

Yellow

Orange

Blue