Wondverzorging

Wondverzorging Les 1
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerpleegkundeMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Wondverzorging Les 1

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen:
De student kan de functies van de huid benoemen. 
De student kan verschillende soorten en oorzaken wond benoemen. 
De student kan de verpleegtechnische handeling 'verzorgen van een wond' zelfstandig uitvoeren volgens protocol. 

Slide 2 - Tekstslide

Wat voor wonden heb je al gezien / verzorgd?

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Video

Wat is een wond?

Slide 5 - Open vraag

Een wond is een verbreking van continuïteit van weefsel veroorzaakt door trauma of een pathologische aandoening. 
Oorzaken:
  • Mechanisch door scherp geweld; schaafwond, snijwond, schotwond, beet. 
  • Mechanisch door stomp geweld; hematoom, contusie, fractuur.
  • Chemisch; zuren, traangas, vloeibare brandstoffen.
  • Thermisch; bevriezing of verbranding.
  • Elektrisch; blikseminslag.
  • Stralingswonden; radiotherapie
  • Circulatiestoornissen; decubitus, ulcus cruris, diabetische voet. 
  • Oncologische wonden; huidcarcinoom, huidmetastasen.
  • Infectie wonden; bacterie, virussen, schimmels, gisten of parasieten. 

Slide 6 - Tekstslide

Warning!

Slide 7 - Tekstslide

Verschillende wonden:
Open botbreuk

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

De rode wond

Slide 20 - Tekstslide

Wat is kenmerkend voor een rode wond?

Slide 21 - Woordweb

Kenmerkend:
Kleur: De wond heeft een rode of roze kleur door de verhoogde bloedtoevoer, wat duidt op een actieve genezing.

Vochtigheid: De wond is vaak vochtig en kan een beetje vloeistof afscheiden.

Pijn: De patiënt ervaart pijn, maar dit is meestal beheersbaar.

Diepte: Een rode wond kan variëren van oppervlakkig tot licht diep, maar de wondranden zijn meestal niet necrotisch of geïnfecteerd

Slide 22 - Tekstslide

Decubitus gradatie 1 & 2

Graad 1: intacte huid, verkleuring van de huid. eventueel met warmte en oedeem. Gebied is pijnlijk, stijf, hard in vergelijking met aangrenzend weefsel.

Graad 2: gedeeltelijk verlies van de lederlaag (dermis). Roze wondbodem zonder wondbeslag. Eventueel nog blaarvorming of helder wondvocht. 

Slide 23 - Tekstslide

Decubitus gradatie 3 & 4

Graad 3: Verlies van de volledige huidlaag; bot, pezen en spieren nog NIET zichtbaar.

Graad 4: Verlies van weefsellaag; bot, pezen en spieren zijn zichtbaar. 

Slide 24 - Tekstslide

Wond rapportage
In 2003 werd het TIME-model ontwikkeld ter verbetering van de wondgenezing.  

Een normale wondgenezing verloopt volgens 4 fasen: heamostatis, inflammatie, herstel en remodellering met als resultaat een litteken van het herstelde weefsel. 

TIME-model
T = Tissue (weefsel).
I = Inflammatie (ontsteking).
M = Moisture (wond vocht/balans)
E = Edge (rand)




Slide 25 - Tekstslide

Toepassen TIME Model?
Tissue; hoe ziet de wond eruit? (lengte, breedte, diepte, kleur?)

Infectie; is er sprake van een infectie? (roodheid, warmte, riekt de wond?)

Moisture; is de wond droog, vochtig of nat?

Edge; hoe zien de wondranden eruit? verweekt, droog, glad, rimpelig?


Slide 26 - Tekstslide

Voorbeeld classificatie volgens TIME-model

T: Decubitus categorie 4 op de hiel, 90% zwarte necrotische korst, 10% vochtige necrose
I: Ja, erysipelas (waarvoor antibiotica)
M: Droog
E: Deels rosé, deels livide wondranden, hyperkeratos.

Behandeling: chirurgische verwijdering necrotische weefsel. Start Novuxolzalf 1x per dag, vette gazen en absorberend verband.
* Novuxol breekt necrotisch weefsel af.  
Bron: startwondverzorging.nl

Slide 27 - Tekstslide

Wat te doen bij een rode wond?
Pas goede handhygiëne toe. 

Beoordeeld de wond; roodheid, zwelling, warm aanvoelen, pijn?

Behandel de wond:
* indien nat dep de wond droog met schone gazen.
Bedek de wond met schoon verband / pleister. 

Controleer dagelijks de wond. 

Slide 28 - Tekstslide

TIME-model bij rode wond

Tissue; hoe ziet de wond eruit? (lengte, breedte, diepte, kleur?)
Infectie; is er sprake van een infectie? (roodheid, warmte, riekt de wond?)
Moisture; is de wond droog, vochtig of nat?
Edge; hoe zien de wondranden eruit? verweekt, droog, glad, rimpelig?



Slide 29 - Tekstslide

Verbetering wondconditie
  • Goede pijnmedicatie.
  • Goede voedingsintake; diëtiste inschakelen en eiwit inname stimuleren. 
  • Inschakelen wondverpleegkundige en wekelijkse wondinspectie. 
  • Goede wondbehandeling volgens wondbeleid.
  • Werk schoon, niet steriel. 
  • Let op: regelmatig op incontinentie. 
  • Voorlichting geven over wondconditie.
  • Aandacht voor psychische aspect indien wond riekt. 
  • Voorlichting over beweging / wisselligging. 

Slide 30 - Tekstslide

Rapportage volgens ALTIS-methode
Gebruik bij gesprekken met de zorgvrager en of mantelzorger over huidletsel de ALTIS-methode (Aard, Lokalisatie, Tijdsduur, Intensiteit en Samenhang). Deze methode helpt je om de informatie uit het gesprek steeds op dezelfde manier vast te leggen. 
  • Waar zit het huidletsel? 
  • Welke klachten benoemt de zorgvrager en hoe ervaart de cliënt die klachten? 
  •  Wanneer is het huidletsel ontstaan? 
  • Heeft de cliënt dit al eerder gehad? Wordt het huidletsel erger? 
  • Hoe ernstig zijn de klachten van de cliënt?
  •  Welke invloed hebben de klachten op het leven van de cliënt?
  •  Welke andere risicofactoren of ziektegeschiedenis spelen er mee?

Slide 31 - Tekstslide

Welke vpk-aandachtspunten zijn belangrijk bij wondverzorging?

Slide 32 - Open vraag

Antwoord
  1. Observatie en rapportage via het TIME model.
  2. Goede pijnbestrijding
  3. Wondconsulent of verpleegkundig specialist inschakelen
  4. Goede voedingstoestand: diëtist inschakelen.
  5. Beweging stimuleren.
  6. Aandacht voor psychosociale aspecten: stinken, angst, onzekerheid, sociaal isolement etc.

Slide 33 - Tekstslide