Prepositions time and place

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

What are we going to do today?
- Who is here?
- Studying/reading
- Prepositions
- Exercises
- End of lesson

Slide 2 - Tekstslide

Write me words!
A E T R
K P L O
I M S N
H U D F

Slide 3 - Tekstslide

timer
10:00
Study CH3: words under C and stone 2

Slide 4 - Tekstslide

"For today,

Do exercises 13, 14A, 17, 20 in CH3"

Slide 5 - Tekstslide

Please go to page 149

Slide 6 - Tekstslide

Prepositions
Prepositions zijn voorzetsels. 

Wie weet wat voorzetsels zijn?

Slide 7 - Tekstslide

Prepositions of time and place
Right! Voorzetsels noemen we ook wel de 'kast woorden'.

We gaan het nu hebben over de voorzetsels die te maken hebben met wanneer of waar iets gebeurd ('time and place')

In het Nederlands hebben we bijvoorbeeld sinds en tot

Slide 8 - Tekstslide

Prepositions of time
- Geeft aan wanneer iets gebeurd
'on': dagen en datums/data
I have a game on Saturday
In: maanden, jaren, seizoenen en specifieke delen van de dag
I woke up in the afternoon
At: tijden en feestdagen
I saw my aunt at Christmas

Slide 9 - Tekstslide

Prepositions of place
- Geeft aan waar iets gebeurd
On: openbaar vervoer en iets ligt ergens bovenop
My phone is on the table
In: plekken in de natuur, landen en als iets ergens in is
He took photos in the cathedral
At: specifeke locaties, huisnummers en (namen van) gebouwen
I am at the station

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Do exercise 26 and 27 (ook C!)
timer
1:00

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Goodbye!
For the next lesson,
- Do exercises 26 and 27 (ook C!)
- Study the words under A and C

Slide 16 - Tekstslide

Watching: Extreme sports

Slide 17 - Tekstslide

What are we going to do?
Watching and listening

Slide 18 - Tekstslide

9

Slide 19 - Video

00:53
Where are the jumpers located?
A
Lauterbrunnen
B
Oberland
C
Zurich
D
Niesen

Slide 20 - Quizvraag

01:26
Why did the jumpers use a helicopter?

Slide 21 - Open vraag

02:32
How do the jumpers describe the amount of terrain?
A
Never ending
B
Infinate
C
Endless
D
On going

Slide 22 - Quizvraag

03:14
Which jumper didn't go in the 2nd jump ?
A
Mike
B
Andy
C
Dave
D
Scottie

Slide 23 - Quizvraag

04:49
What is Walenstadt's nickname

Slide 24 - Open vraag

05:17
Dave jumped here for a movie in the past.
A
True
B
False

Slide 25 - Quizvraag

05:53
When did Uli die?
A
2005
B
2006
C
2009
D
2008

Slide 26 - Quizvraag

07:47
How many feet can you drop( answer in numbers, like this 5-6)?

Slide 27 - Open vraag

10:39
Where is the Red Bull team going next?

Slide 28 - Open vraag