HAVO 4 MVT

HAVO 4 MVT
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

HAVO 4 MVT

Slide 1 - Tekstslide

Training Leesvaardigheid
Allemaal trucjes die je kunnen helpen bij je eindexamen

Slide 2 - Tekstslide

Het 'Eureka' moment
Het Centraal examen vraagt niet alleen om leesvaardigheid

Het vraagt ook om begrip over wat CITO van je wil

Slide 3 - Tekstslide

Het Recept
Ken de signaalwoorden

Ken je woordjes

Ken de vraagsoorten

Oefenen, oefenen, oefenen

Slide 4 - Tekstslide

Signaalwoorden
  • Zorg dat je de signaalwoorden herkent
  • Weet welk verband ze aangeven
  • Weet hoe je ze in een zin gebruikt
  • LEER DE SIGNAALWOORDEN

Slide 5 - Tekstslide

Wat zijn signaalworden?
Signaalwoorden geven een signaal dat er een bepaald verband staat tussen zinsdelen, zinnen of alinea’s. 

Het signaalwoord geeft zelf het verband aan.

Ze maken de tekst coherent (zorgen voor samenhang)

Slide 6 - Tekstslide

Een paar voorbeelden
  • Agreement / Addition / Similarity

  • Opposition / Limitation / Contradiction

  • Examples / Support / Emphasis

  • Conclusion / Summary / Restatement
Indeed, for instance, especially
not to mention, equally, of course
on the contrary, besides, whereas
as shown above, altogether, to sum up

Slide 7 - Tekstslide

Robbert had no reason to take a taxi, (...) his flat was near enough to walk to
A
despite
B
however
C
since
D
such as

Slide 8 - Quizvraag

Welk signaal woord in de tekst geeft een tegenstelling aan?

Slide 9 - Open vraag

Oefenen met signaalwoorden. 
In short
To praise
To criticize
For instance
as well as
Voorbeelden
tegenstelling
gevolg/conclusie
uitbreiding/opsomming
ondersteunen 

Slide 10 - Sleepvraag

Wat hebben we geleerd?
  • Waarom zijn signaalwoorden belangrijk voor je tekstbegrip
  • Hoe kan je ze herkennen


Slide 11 - Tekstslide

You will be a successful reader if you master the following reading ingredients.
(Westhoff, 2012)
Explanation of this slide

Slide 12 - Tekstslide

Lees de antwoordopties niet!
Waarom jij de antwoordopties NIET leest ( uitz. gatenvraag):

Cito bouwt het examen zo op, dat de antwoordopties verwarring zaaien
Hoe?


Slide 13 - Tekstslide

Hoe verwarring zaaien?
1.  Door woorden uit de tekst in meerdere antwoordopties te verwerken
2. Door een antwoordoptie aan te bieden die heel logisch lijkt, maar niet genoemd wordt in de tekst.


Slide 14 - Tekstslide

valkuilen
  1. te veel uit de tekst
  2. te weinig uit de tekst
  3. bijzaak
  4. past niet bij de vraag
  5. tegenovergestelde
  6. open deur
  7. te veel erbij gehaald

Slide 15 - Tekstslide

Veel voorkomende woorden
Üben!

Slide 16 - Tekstslide


Wat betekent: Schlussfolgerung?
A
conclusie
B
vervolg
C
slot
D
besluit

Slide 17 - Quizvraag


Ziel?
A
slot
B
doel
C
schrijver
D
besluit

Slide 18 - Quizvraag

Tonart?
A
verf
B
klei
C
toon
D
soort

Slide 19 - Quizvraag

Zeile?
A
regel
B
doel
C
alinea
D
bedoeling

Slide 20 - Quizvraag

behaupten?
A
vragen
B
schatten
C
antwoorden
D
beweren

Slide 21 - Quizvraag

Verfasser
A
vatenmaker
B
vatten
C
schrijver
D
verteller

Slide 22 - Quizvraag

Tips
1. Lees tekstdeel + markeren : signaalwoorden, dubbele punt, aanhalingstekens

2. Bewijs aanstrepen in tekst + nummer vraag in kantlijn noteren.

3. Reken op 3 minuten per vraag om deze te beantwoorden. Als je dit niet haalt, dan weet je dat je moet oefenen op tempo.

Slide 23 - Tekstslide