Hindoeïsme

Hindoeïsme
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
LEFMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Hindoeïsme

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning
- Leerdoelen
- Uitleg
- Verwerkingsopdracht Hindoeïstische goden

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
- Je breidt je kennis uit over het Hindoeïsme 
- Je kunt na de uitleg in je eigen woorden omschrijven wat het Hindoeïsme inhoudt
- Je onderzoekt een Hindoeïstische god en kunt hier uitleg over geven.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hindoeïsme

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Boeken en verhalen

Slide 5 - Tekstslide

Als je op het woord veda's klikt ga je naar een filmpje op npo.nl waarin in 25 minuten uitleg gegeven wordt over de veda's, hij kan langdradig zijn, de eerste 8 minuten geven een goed beeld.

Vedisch Sanskriet
De Veda’s zijn geschreven in Vedisch Sanskriet. Dit betekent het Sanskriet van de preklassieke periode. Hierin is de grammatica nog niet volledig gestandaardiseerd. Dit werd ongeveer 2000 jaar geleden gedaan door de grammaticus Panini, waarmee het tijdperk van het Klassiek Sanskriet wordt ingeluid.

De vier Vedische geschriften
Veda’s komt van de stam “
vid”, wat kennis betekent. (verwant met het Nederlandse “weten”). De Veda’s worden door de meeste historici geschat op 1000 tot 3000 VC. Esoterische bronnen plaatsen ze in veel oudere tijden.
Iedereen is het hier wel over eens dat de geschreven Veda’s de neerslag vormen van een veel oudere orale traditie.

De vier Veda’s zijn:
De Rig Veda
De Sama Veda
De Yajur Veda
De Atharva Veda

De Rig Veda
Deze bestaat voornamelijk uit hymnen, maar ook uit ritualen voor offers, begrafenissen, enz. Hierin vindt men ook de verering van Soma, Agni en dergelijke. We vinden hierin ook een zeer mooie, symbolische scheppingsmythe.

De Sama Veda
Deze bestaat uit sacrale gezangen. Een aantal zaken van de Sama Veda is uit de Rig Veda getrokken, maar omgezet om te zingen. Er zijn zelfs technische toelichtingen vermeld over de manier waarop ze moeten worden gezongen.

De Yajur Veda
De Yajur Veda geeft het rituaal. Letterlijk betekent deze naam: “de wetenschap van de offers” (yajus = offer en veda = kennis). Hier vinden we ook toelichtingen over getallen, zelfs zeer grote getallen en het concept oneindigheid. We kennen twee Yajur Veda’s:
De Witte Yajur Veda
De Witte Yajur Veda, of Shukla Yajur Veda geeft de mantra’s
De Zwarte Yajur Veda
De Zwarte Yajur Veda of Krishna Yajur Veda geeft de aanroepingen.

De Atharva Veda
De Atharva Veda geeft sacrale aanroepingen. Deze gaan van heilige hymnen tot magische bezweringen, o.m. voor genezingen, maar ook om lang te leven, vijanden af te weren, de liefde te vinden en voor rijkdom. Er is een zekere gelijkenis met de middeleeuwse grimoires uit Europa.


Goden:
Brahma
Shiva
Vishnu
Ganesh
Belangrijke personen

Slide 6 - Tekstslide

Brahma: Wordt vaak afgebeeld als een bebaarde man met 4 hoofden. Hij staat voor de scheppende en dragende kracht in de wereld.

Shiva: Wordt vaak dansend afgebeeld met een trommel of drietand in een van zijn vier handen. Shiva staat voor dood en vernietiging maar staat ook bekend om regeneratieve krachten.

Vishnu: Wordt vaak afgebeeld met een blauwe huid, heel veel sierraden en bloemen om hem heen.
Vishnu is de onderhoudende god, is vredelievend en staat voor orde, rechtvaardigheid en waarheid.

Gezamenlijk worden de goden; Shiva, Brahma en Vishnu wel gezien als een drie-eenheid die de Trimurti wordt genoemd.

Ganesh: Is de zoon van Shiva en Parvati en wordt altijd afgebeeld met een olifantenhoofd. Ganesha is de god van succes, kennis en voorspoed. Om deze reden is hij een van de populairste hindoegoden.

Mahatma Gandhi:


Stromingen

Slide 7 - Tekstslide

Er zijn binnen het hindoeïsme veel verschillende stromingen te benoemen. Bijna allemaal verschillen de stromingen omdat ze een andere god als basis zien. In het filmpje wordt de uitleg over de basis van het hindoeïsme gegeven. 
Over de 4 hoofdstromingen staat hieronder meer informatie.

Vaak staan westerlingen versteld over de verschillende stromingen binnen het Hindoeïsme, toch vormt dat voor het Hindoeïsme zelf geen probleem. Zoals er verschillende temperamenten en stadia van ontwikkeling zijn zo zijn er ook verschillende wegen naar SatChitAnanda Para Brahman.
Het woord stromingen is eigenlijk niet het juiste woord. Dit zijn geen stromingen in de strikte zin van het woord want zijn maken deel uit van het Hindoeïsme op zich. Het zijn dus geen afscheuringen.

Er zijn 3 grote stromingen ook al er de laatste tijd 4 worden vernoemd namelijk:
-de Vaishnavas
-de Saivas
- de Saktas
- de Smatra’s
De Vaishnavas aanbidden Vishnu, de Saivas aanbidden Shiva en de Saktas aanbidden Devi.
De Smarta’s daarover later meer. Binnen deze stromingen op zich zijn dan nog eens verschillende groeperingen.
Binnen de Vaishnavas zijn er 4 grote groepen namelijk:
1.de Sampradayins, gesticht door Sri Ramanuja, dit is de oudste
   De Ramandis, gesticht door Sri Ramanda, deze maakt deel uit van de groep van Ramanuja.
2.De Vallabacharins, gesticht door Sri Vallabha
3. De Nimbarkas, gesticht door Sri Nimbarka
4. de Madvas, gesticht door Sri Madva.

Ook de in het westen bekende Hare Krishna beweging is een groep vanuit de Vishnu aanbidders. Zij volgen vooral de leer van Sri Gauranga of beter bekend als Sri Chaitanya Mahaprabhu.
Binnen de Saivas zijn er de volgende groepen:
1.De Saiva Brahmina van het zuiden, dit zijn Smarta’s, hieronder horen de
   Vadamas, de Birhatcharnam, de Vathimars, de Ashthtasasram, de Chaliya
   en de Gurukhal.
2.De Saiva Brahmins van Bengal
3. De Saiva Brahmins van Karnataka
4. De Teluga Smarta’s
5. De Lingyatas
Zij allen aanbidden Shiva, Brahman ( God ) in zijn aspect van vernietiger en vernieuwer.
Binnen de Sakti’s zijn er de volgende groepen:
1.De Dakhsins
2. De Vanis
3. De Kanchelyas
4. De kararis
Zij aanbidden Devi of de Goddelijke Moeder. Dit is Brahman in zijn aspect van Goddelijke Genade, Liefde en Schoonheid.

Smarta of Smartism is een de stroming die minder oud zou zijn als de andere. De Smarta’s benadrukken de universaliteit van het Hindoeïsme. Ze zijn volledig non- sektarisch. (Het woord sekte is hier bedoeld voor spirituele groepering en niet de negatieve omschrijving ervan).Vele Hindoes zullen zich niet tot de Smarta’s rekenen ook al ze het volgens de omschrijving wel zijn. Vele Smarta’s zijn volgelingen van de Advaita Vedanta. Maar niet elke Smarta is een volgeling van de Advaita Vedanta en niet elke volgeling van de Advaita Vedanta is een Smatra. Toch staat in sommige omschrijvingen dat Advaita Vedanta bijna synoniem met de Smarta traditie. Sri Adi Sankaracharya werd geboren in een Smarta familie. Toch zijn de meeste Meesters vanuit de Smarta traditie Advaita Vedantins. Ze zijn volgelingen van de Advaita Vedanta. De Smarta’s verklaren dat alle aspecten van Brahman zoals Vishnu, Shiva, Brahma, Ganesha, Surya, durga en/of Skanda gelijkwaardig zijn. Zij aanbieden en doen Puja voor deze goden ( aspecten) in plaats van zoals bij sommige die b.v. enkel Vishnu uitkiezen. Oorspronkelijk waren de Smarta Brahmins, Brahmins die ondermeer beïnvloed waren door de Karma Khanda. Maar omdat later de Advaita Vedanta ook de leer werd van de meeste Smarta’s worden beiden nu vaak met elkaar gelinkt. Toch is het niet correct om te zeggen dat de Advaita Vedanta de leer is van de Smarta’s.
Gebouwen
Tempel - Mandir

Slide 8 - Tekstslide

Mandir
Een Mandir is een tempel of gebedshuis van de Hindoes. Het woord ‘Mandir’, bestaat uit twee woorden, te weten ‘man’ (geest) en ‘dir’ (rust). Een mandir is dus een plaats voor aanbidding en spiritualiteit, waar de geest tot rust kan komen. Naar het Hindoeïsme wordt door haar aanhangers overigens zelf gerefereerd als ‘Sanatan Dharma’. ‘Sanatan’ betekent ‘eeuwig’ en voor het woord ‘Dharma’ bestaat er in Westerse talen geen simpele vertaling die een juiste invulling geeft van zo een breed begrip. ‘Dharma’ zou het beste omschreven kunnen worden als ‘al het goede’, ‘een levenswijze’ of ‘gedragscode’.
Voorwerpen
Bindi
Koe

Slide 9 - Tekstslide

Wat is die rode stip?
Veel hindoes dragen een stip op hun voorhoofd. Dat heet een bindi. Het woord is Hindi voor ‘druppel’ of ‘stip’. Elke hindoe geeft zijn eigen betekenis aan de stip. Sommigen geloven dat het bescherming geeft. Anderen dat het helpt om meer inzicht te krijgen in jezelf. De bindi wordt ook wel tika of tikala genoemd.
Bindi
Priesters maken een bindi op het voorhoofd van de gelovige na het bidden of bezoek aan een tempel. Het is een mengsel van rijst, water en gekleurd poeder. Bij sommige hindoegroepen krijgen getrouwde mensen een rode stip. De kleur van het huwelijk is namelijk rood. Ongetrouwden krijgen een gele of oranje bindi of tikala. Maar je kunt ook zelf een bindi op je voorhoofd maken en de kleur kiezen. Er zijn ook zelfklevende bindi’s die je kant en klaar kunt opplakken en die hebben alle kleuren van de regenboog. Zelfs niet-hindoes dragen soms een bindi, gewoon als versiering.
Derde oog
De bindi of tikala wordt door sommige hindoes gezien als een extra ‘oog’: het derde oog. Dit is een symbolisch oog dat naar binnen is gericht zodat je je eigen gedrag en gedachten kunt bekijken. Er zijn ook hindoes die geloven dat dit ‘oog’ hun contact met de goden is en dat ze zo een kijkje in de godenwereld kunnen nemen.

Heilige koe
Hindoes eten geen rundvlees omdat de koe een heilig dier is. Daarom zijn er zelfs speciale tempels voor dit dier waar gelovigen offers brengen aan beelden van koeien. Een van de redenen dat koeien heilig zijn, is omdat hindoes geloven dat de oermoeder wel eens de vorm van een koe aanneemt. Koeien zijn ook belangrijk vanwege hun melk en mest. Koeienpoep wordt bijvoorbeeld vaak gebruikt als brandstof om huizen mee te verwarmen. Sommige hindoes drinken zelfs hun urine omdat ze geloven dat het werkt als een medicijn.
Symbolen
Ohm
Swastika
Shri
Lotus

Slide 10 - Tekstslide

Ohm ॐ
Dit symbool staat voor volmaaktheid. Tevens staat het voor de schepping van het heelal, die door de oerenergie gemaakt is. Het staat ook hiermee ook voor Brahma, Vishnu en Shiva.
Deze klank wordt uitgesproken aan het begin van mantra’s, gebeden, ceremonies en lezingen uit heilige boeken.

Shri श्री
Shri is een soort eretitel en geeft iets heiligs aan. Een aantal goden dragen deze titel, zoals Ganesha. Het staat symbool voor welvaart en welzijn.

Swastika 卐
In Europa is dit symbool beter bekend als het hakenkruis. Echter heeft dit symbool al eeuwenlang een andere betekenis. In het Hindoeïsme staat de swastika symbool voor voorspoed en geluk.

Lotus
De lotus staat symbool voor schoonheid en onthechtheid. Schoonheid, doordat deze bloem ondanks haar ligging in het water, niet vies of nat zal worden. Onthechtheid, daarmee staat zij symbool voor verlossing door onthechting van aardse zaken. De lotus staat ook symbool voor Vishnu. 
Rituelen


  • Geboorte        
  • Huwelijk         
  • Dood                

Slide 11 - Tekstslide

Het hindoeïsme heeft 16 rituelen waarvan er 11 te maken hebben met de geboorte van een kind.

De geboorte: 
Als twee mensen besluiten een kind te krijgen moeten ze eerst de priester raadplegen over het tijdstip van de bevruchting. Dat heeft te maken met goede karma.

Tijdens de zwangerschap moet de moeder allerlei heilige teksten lezen zodat de baby kan worden beschermd. Een ander ritueeltje is tijdens de achtste maand van de zwangerschap, rijst aan Vishnu offeren, Vishnu is een van de belangrijkste goden. Als ze dat deden zou de kracht van Vishnu aan het kind worden overgedragen.

Tijdens de geboorte wordt de navelstreng altijd door de vader doorgeknipt. Na de geboorte bidt er een priester voor de gezondheid en welzijn voor de moeder en het kind.

De zesde dag na de geboorte vieren de vrouwen -alleen maar vrouwen- een feest, chatti. De gedachte hierachter is dat Bhavani, de schenkster van het leven, komt om de lalaata rekha op het voorhoofd van het kind te schrijven. Ook komt op deze dag het hulpje van de priester, de nau, het huis schoonmaken. Hij doet dan dingen zoals dweilen en stofzuigen. Daarna knipt hij de teennagels van de moeder waarna zij dan in bad gaat.

Het tijdstip van de geboorte moeten heel stipt worden vastgelegd. Aan de hand van dat tijdstip kan de priester zeggen hoeveel lettergrepen er in de naam van het kind moeten komen. De lettergrepen zijn verbonden met met de goden en natuurkrachten.
Wanneer er een naam aan de baby wordt gegeven wordt de baby voor het eerst vertoond aan andere mensen. De moeder en de baby krijgen dan beide nieuwe kleren aangetrokken die worden gekocht door de grootouders van moederskant. Als die er niet zijn door de broer en eventueel door de neef of tante. ‘s Middags worden er zeven gerechten met zuivere ingrediënten geserveerd. Na zes uur ‘s avonds maakt de oma van het kind een diya aan, een lampje gemaakt van watten en een vlam in een aarden of metalen kommetje. Daar hoort deze mantra, een combi van heilige lettergrepen, bij;
‘’ agnirjyotirjyotiragnih svāhā. sūryo jyotirjyotih sūryah svāhā agnirvarco jyotirvarcah svāhā.
sūryo varco jyotirvarcah svāhā.
jyotih sūryah sūryo jyotih svāhā.’’
Ondertussen zitten de moeder op de grond met het kind op schoot. Voor haar wordt een bord met de zeven gerechten neergezet en zeven diya’s. De moeder bedekt de ogen van het kind voor zichtsproblemen.
Ook hebben de ouders van de moeder gezorg voor zoete lekkernijen, mithaai, die dan worden geofferd aan Bhagavaan in de vorm van naivedya. Een zus van de vader het kind zorgt voor steenkool, kaajal, wat dan op de moeder en het kind word aangebracht tussen de wenkbrauwen. De ruimte tussen de wenkbrauwen staat voor het derde oog wat dan ook wel chakra wordt genoemd. Bij het zetten van de kaajal hoort ook weer een mantra.
Vervolgens brengen ze een stip aan tussen de wenkbrauwen, vibhuti. Hierna binden ze een beschermkoord om de pols van het kind. Soms krijgt het kind een talisman om die hij/zij dan de rest van zijn leven draagt.

Na deze rituelen wordt er een thaali voor de moeder geplaatst. De aanwezige vrouwen spreken dan hun wensen uit voor de moeder en het kind. Dit doen ze terwijl ze rijst met durva in hun hand hebben. Ze lopen dan rechtsom om de moeder heen en laten dan de rijst met durva in de thaali vallen. Hierna begint het feest pas echt.

De volgende ochtend kijken de moeder en het kind naar de zonsopgang. Dat is ook het moment waarop de vader het kind officieel voor het eerst mag zien.

Het huwelijk
Wiwah, dat is de Hindoestaanse benaming voor de plechtigheden rond de huwelijksceremonie. De letterlijke vertaling is wegdragen en het herinnert aan het gebruik van in India waarbij de bruid door de bruidegom wordt weggevoerd in een versierde draagstoel.
Een jongen en een meisje, een man en een vrouw, mogen zich pas verloven wanneer de families ermee instemmen. De datum van de verloving wordt bepaald door de familie van de jongen. De verloving wordt bevestigt door de vader van het meisje met een ritueel geschenk aan de jongen. De Hindoestaanse benaming voor verloving is Barchekki.
Na de verloving vind er een Tilak plaats in het huis van de jongen. Alles wordt dan nog een officieel bevestigd aan de hand van een offering. Na deze ceremonie komt de vader van de dochter die de aanstaande schoonzoon geld, zoetigheden en fruit. Dat fruit is altijd een kokosnoot want dat is het teken van vruchtbaarheid. Hierna brengt hij een ronde vlek aan van gekleurd poeder bij zijn aanstaande schoonzoon. Dat is een teken van de kroonprins.
Twee dagen voor het huwelijk vindt er een feestelijke gebeurtenis plaats waarbij vrouwen een beetje aarde opgraven op een schone plaats bij de huizen van de bruidegom en de bruid, Matkorwa. Van die aarde wordt later een vuurpot gemaakt voor een huwselijksritueel.
De dag voor het huwelijk heet Bhattwan. Op deze dag wordt er een offering gehouden waarbij de pandit duidelijk maakt welke verplichtingen de man en de vrouw op zich nemen met het huwelijk. Hierna wordt er door de vrouwelijke familieleden rijst of padi gepoft, lawa, wat bij de huwelijksceremonie wordt gebruikt.
De huwelijksdag zelf heet de Sahdie. Familie en vrienden worden uitgenodigd in het huis van bruidegom voor het Baraat, de bruidsstoet.
De bruidegom wordt gekleed in een kleurig gewaad. Hierna moet hij met andere ongehuwde jongens voor de laatste keer rijstebrij eten. Dan drukt de moeder van de bruidegom haar zoon tegen haar borst aan alsof ze hem borstvoeding gaat geven.
Eenmaal in de trouwzaal wordt de bruidegom verwelkomt door de vrouwen en krijgt hij een speciale plaats toegewezen, Parchan. Er worden dan brandende oliepitjes op een op een koperen schaal geplaatst en die wordt dan boven het hoofd van de bruidegom rondgedraaid. De bedoeling van de Parchan is om de bruidegom beter te leren kennen.
De bruid neemt plaats bij de pandit onder de Maro. Ze uit daar haar dank en gooit daarbij offeranden in het heilige vuur. Hierna nodigt zij haar bruidegom uit om bij haar te komen. Ze hangt dan een bloemenkrans om hem heen en ze biedt hem het speciale huwelijksbankje aan. Vervolgens zijn er nog wat rituelen over het afsmeken van gezondheid en voorspoed in het leven. Dan komen haar ouders de Maro in die de bruidegom geschenken geven.
Dan volgt het Hangadin, een ritueel waarbij de vader van de bruid de bruidegom vraagt zijn dochter te aanvaarden. Als de bruidegom haar aanvaard, bieden de ouders van de bruid hem geschenken aan.
Hierop volgt de offerdienst. Nadat ze de geloften hebben afgelegd die bij dat ritueel horen, wordt het huwelijk aan de gasten bekend gemaakt. Als teken dat ze met elkaar zijn getrouwd wordt het uiteinde van de schoudersjaal van de bruidegom aan de sari van de bruid geknoopt. Ondertussen spreek de pandit spreken uit die geluk moeten brengen.
De poolster en de zon moeten hier getuigen van zijn dus zetten de bruid en de bruidegom zeven stappen, de Sathpadi, richting de poolster en de zon, noordoostelijke richting. De bruidegom legt zijn hand op haar voorhoofd om haar zijn zegen te geven. Bij sommige ceremoniën brengt de bruidegom aan het einde rood poeder aan in het haar van de bruidegom als teken dat ze zijn getrouwd, Sindhoer.
Tot slot mogen de gasten geroosterde rijstkorrels of bloemen over hun heen gooien.

De dood
De dood word door de hindoes niet als vervelend ervaren, het is niet het einde, het is juist een nieuw begin. De meeste hindoes zullen altijd voor crematie kiezen omdat ze geloven dat dit de snelste manier is om terug te keren in een nieuw lichaam, ze geloven dus ook in reïncarnatie. Het lichaam is voor hindoes ook maar iets tijdelijks.
Ze geloven dus in reïncarnatie wat wil zeggen dat hun ziel, na overlijden, in een nieuw lichaam komt. Hoe je terugkomt is afhankelijk van de manier waarop je hebt geleefd. Sommigen geloven dat je ook als dier kunt terugkomen.
Als er een man is overleden word hij traditioneel opgebaard in een speciale doek, wat tegenwoordig gewoon een pak zal zijn. Een overleden vrouw krijgt een sari aan. Ondertussen bidden de familie en vrienden van de overledene met een priester. Dan krijgen ze een aardewerken schoteltje met boter, een dia, aangestoken. Na dat proces gaan ze naar het huis van de overledene waar de dia wordt aangestoken. Ook wordt er een bokaal met water neergezet. Zodra dat is gebeurt bidden ze weer en worden er gebeden opgelezen uit de Ramayana, een omvangrijk epos.
Op de dag van de crematie scheert de zoon van de overledene zijn haar af. Als de overledene geen zoon heeft zal dit gewoon een man uit familie zijn. Andere mannen zullen zich dan weer voor het eerst scheren.
In het crematorium maakt de priester, bij een plechtigheid, vijf balletjes (pindhs) van honing, melk, boter, rijstmeel, suiker en sesamzaad. Het aantal, vijf, staat voor de vijf elementen; water, vuur, lucht, aarde en ether. Vervolgens worden die balletjes in doeken gedaan en worden ze geofferd door ze in de kist te leggen. Een bij het hoofd, een bij iedere hand, een bij de buik en een bij de voeten. Terwijl de nabestaanden zingen leggen ze nog bloemen, rijstkorrels en geurige stoffen in de kist. Daarna wordt de kist door de mannen uit de familie het crematorium naar binnen getild. Onderweg stoppen ze vijf keer om de kist even neer te zetten.
Eenmaal binnen maken ze de kist weer open en word het versierd met bloemenkransen. Dan houd de priester een preek waarbij de zoon ondertussen met de brandende dia vijf keer rond de kist loopt. Hij raakt telkens met de brandende dia de mond van de overledene aan, de doodskus. Nadat ze wat gezamenlijke gebeden uitspreken word het lichaam gecremeerd.
De traditionele manier van uitstrooien is uitstrooien boven stromend water. Hierna leeft de familie heel sober en eten zij vegetarisch. Ze houden dan elke dag een offerdienst waarbij ze tien rijstballetjes offeren om voor de ziel van de overledene een menselijk lichaam af te smeken, zodat hij/zij niet als een dier terugkomt.

Dit waren de drie belangrijkste sociale gebeurtenissen met rituelen. Hieronder volgen nog 2 rituelen/gewoontes.

De Heilige koe
Binnen het hindoeïsme worden alle levende wezens als heilig gezien, ook dieren dus. Dieren zijn niet gemaakt om op te eten. Een dier is gewoon een levend wezen en die verdiend het niet om geslacht te worden en te worden gegeten. Er zijn wel hindoes die vlees eten, maar die eten dan geen rundvlees. De koe staat namelijk centraal in het hindoeïsme, zij is heilig. Er zijn een aantal redenen waarom dat zo is. Koeien worden overigens niet aanbeden, wel gerespecteerd, geëerd en geadoreerd. De gedachte is namelijk dat de koe ons meer geeft dan wij haar geven.
In een van de Hindoegeschriften, de Agnipoeran, staat dat de koe een zuiver en zegenrijk dier is. Het is een verdienstelijke daad om een koe te verzorgen, eten en drinken te geven en te baden. Wanneer je een koe voedsel en drinken geeft, krijg je bevrijding. Wanneer je een koe aanraakt en verzorgt, word je bevrijdt van al je zonden. Ook geloven ze dat als er een koe dichtbij staat dat dan de hele omgeving zuiver wordt.
Bijna elk product van een koe wordt door de mens gebruikt, een voorbeeld is mest. Mest word natuurlijk gebruikt voor het mesten maar het word ook veel gebruikt als brandstof, om mee te koken,om huizen warm mee te houden en het wordt gebruikt als isolatie bij huizen tegen warmte of kou. Ook wordt mest gebruikt voor genezing. Melk overigens ook.
De koe zorg uiteraard ook voor melk waar ook weer verschillende soorten zuivelproducten van kunnen worden gemaakt. In landen waar de koe niet centraal staat zijn er nog meer delen van de koe die kunnen worden geconsumeerd.
Naast de producten die wij dankzij de koe kunnen verkrijgen en produceren is de koe ook verbonden aan goddelijke figuren. Neem bijvoorbeeld Krishna, hij was een koeherder. Zo heb je nog moeder Parvati, zij reed koe Andy. Koeien waren voor beide belangrijk waardoor ze door volgelingen ook al belangrijk werden beschouwd.
Rond de 16e eeuw was vegetarisme heel belangrijk. Alle soorten melkproducten waren toen van belang want zo kwamen hindoes aan hun voedingstoffen. Ook deden ze toen veel vuuroffers aan de hand van Ghi, geklaarde boter gemaakt van melk.
Toentertijd aten Indiase soldaten nog wel rundvlees, daardoor kreeg je in sommige streken een gebrek aan melkproducten. Dat leidde tot een bijeenkomst van geleerden en pandits. Ze benadrukte toen hoe erg ze de koe nodig hadden omdat ze zonder (melkproducten) niet zouden overleven. Vanaf dat moment zagen de mensen de koe al heilig.

Geneeskunde
Als je ziek bent in India heb je twee keuzes; je kunt of naar een normale dokter gaan of naar een aryuvedische dokter gaan. Aryuveda is een hele oude wijze van geneeskunde en is eigenlijk geen echte geneeskunde. Aryuveda is de kennis van het leven. Alles wat leeft bestaat uit aarde, lucht, water, vuur en ruimte. Gezond zijn is een evenwichtige samenstelling van deze elementen hebben. Wanneer ze niet in evenwicht zijn, ben je ziek.
Aryuveda is eigenlijk een herstelkunde. Ziektes worden niet behandeld of genezen, maar onevenwicht wordt hersteld. Dat doen ze door iets toe te voegen of door iets te verwijderen. De dokter controleert eerst je tong en de manier waarop je bloed stroomt. Op basis daarvan gaat hij toevoegen of verwijderen.
Wat voegen ze dan toe? Medicijnen, maar alleen op natuurlijke basis. Denk daarbij aan bloemen, wortels, schillen, hoorns en zelfs urine zolang alles maar vers is. Ze malen dan alle nodige ingrediënten in een vijzel en daar wprden vervolgens crèmes en oliën van gemaakt of pillen van gerold die in de zon moeten drogen. Sommige ingrediënten zijn heel schaars omdat sommige planten en dieren bijna zijn uitgestorven. Vroeger waren er zelfs medicijnen van gemalen goud en zilver. Die werden dan toegediend bij koningen en prinsen.
Al deze kennis is honderden jaren lang van vader op zoon overgedragen. Er bestaan echter geen boeken over aryuveda om uit te leren maar je kunt er gek genoeg wel gewoon voor studeren.
Het verschil met de geneeskunde zoals wij het kennen is dat aryuvedische dokters altijd naar het geheel kijken, dat heet holistische geneeskunde wat helemaal in het teken is van een evenwichtig geheel.
Er zijn twee soorten oliebehandelingen. Je kunt met olie worden gemasseerd maar er is ook de druppeltechniek. Dan wordt er warme olie met allerlei ingrediënten op je voorhoofd gedruppeld. Dit gebeurt in een slingerende beweging tussen je wenkbrauwen zodat je lichaam de ingrediënten in de olie zo goed mogelijk kunt opnemen.
Om het evenwicht te herstellen kun je natuurlijk ook iets verwijderen. Dat is het systeem zuiveren. Er bestaan daar zelfs overgeefsessies voor. Maar om te verwijderen worden er vaak bloedzuiger gebruikt om al het slechte bloed op te zuigen. Zodra de bloedzuigers 'vol' zitten verwijdert de verpleegster ze en laat ze het bloed 'uitspugen' zodat hij weer opnieuw zijn werk kan doen.
Feestdagen
Mahashivratri
Holi
Rama Navami
Raksha bandhan
Divali
Navaratri en Dussehra

Slide 12 - Tekstslide

Mahashivratri
Mahashivratri betekent letterlijk de Grote Nacht van Shiva. Mahashivratri vindt plaats op de 14de dag van de donkere helft van magha. De maand magha zit bij onze jaartelling tussen de maand januari en februari. Op deze dag eren de Hindoes het beeld van Shiva. De hele dag wordt dan niets gegeten en er mogen geen volledige maaltijden gegeten worden. Daarom eten de Hindoes dan alleen fruit, noten en melkbonbons. De meeste Hindoes eten ook nog eens niet op elke maandag ter verering van Shiva.

Holi
Op de vollemaansdag van phalgun (februari/maart) wordt de graanoogst in India gevierd. Men denkt op deze dag aan een verhaal over de Prins Prahlad, die de god Vishnu vereerde. Zijn vader wilde niet dat de prins dee god vereerde vereerde. Maar iedere keer als de prins in gevaar kwam door zijn vader beschermde deze god hem. De zus van de koning besloot toen een duivel Holika om hulp te vragen. Hij liet de prins in een brand terechtkomen, om hem te doden. Maar Vishnu zorgde ervoor dat niet de prins dood ging maar de duivel Holika. Daarom wordt dit vrolijk feest Holi genoemd. 

Rama Navami
Op de 9de dag van de heldere helft van chaitra (maart/april) wordt de geboorte van de god Rama herdacht. Van tevoren worden er 8 dagen gevast (niet gegeten) en leest men uit het boek Ramayana, waarin de verhalen over Rama geschreven staan.

Raksha Bandhan
Op de vollemaansdag van Shravan (juli/augustus) wordt in het noorden het begin van het landbouwjaar gevierd en in het westen is het een nationale feestdag. In veel families vieren ze Raksha Bandhan als een zussendag. De bedoeling van deze dag is het versterken van de band tussen broers en zussen. De zus geeft de broer op het voorhoofd een merkteken en bindt hem vervolgens een armband (rakhi), dit is een zijden koord om zijn pols. Deze rakhi staat symbool voor de bescherming tegen het kwaad en voor de versterking van de band tussen broers en zussen. Dan zegt de zus tegen de broer: dat al je wensen uit mogen komen. Dan geeft ze hem de zegen en een melkbonbon. De broer geeft hierna een cadeautje aan zijn zus en belooft haar dat hij haar het hele leven lang zal beschermen.

Navaratri en Dussehra
Navaratri en Dussehra vinden plaats de eerste 10 dagen van de heldere helft van de maand Ashvina. Op dit feest wordt de vrouwelijke Godheid Durga, de partner van Shiva vereert. Durga is de vernietiger van slechte karma. De 9 dagen waarop Navaratri plaatsvindt worden verschillende dingen gedaan. Zo wordt er veel gedanst. De nachten worden met veel lawaai gevierd en zijn vrolijk door de kleding en de sieraden die de mensen dragen. Door deel te nemen aan het feest kunnen zij de energie krijgen die het kwaad overwinnen. Op de dag na Navaratri, Dussehra wordt het beeld van Durga in de rivier de Ganges gedompeld. Ook wordt er een grote afbeelding van de demon Ravana in brand gestoken om de overwinning van Durga op de demonen te vieren.

Divali
Divali begint in de herfst op de 13de dag van de donkere helft van Aswin (september/oktober)
Divali bestaat uit 4 dagen.
Op de 1ste dag en de 2de dag wordt de grote schoonmaak gehouden en wordt het huis versierd met slingers van bloemen en worden overal olielampen aangestoken. Men wil hiermee laten zien dat het goede het kwade overwint en dat het licht kan winnen van het donker. Ook wordt op deze dag de terugkomst van Sita en Rama in India gevierd.
Op de 3de dag wordt de godin Lakshmi aanbeden. Het hele huis en erf wordt dan weer met olielampen verlicht en men laat meestal de deuren openstaan zodat de Godin Lakshmi binnen kan komen en het gezin kan zegenen.
Op de 4de dag geeft de man de vrouw een kado en dragen de kinderen nieuwe kleren. Het is een dag van een nieuw begin.
kalender

Slide 13 - Tekstslide

De hindoes hebben een andere jaartelling. Deze jaartelling heet de hindoeistische jaartelling.
Het hindoeistische jaar is een maanjaar.
Iedere maand heeft 29 of 30 dagen, het jaar is ingedeeld in 12 maanden.
Een jaar heeft 354 dagen.
Een maanjaar is dus ongeveer 11 dagen korter dan een zonnejaar.
De maand die normaal gesproken in het najaar moet vallen zou dan na een tijd in de winter vallen. Om dit probleem op te lossen is er 7 keer in de 19 jaar een extra, dertiende, schrikkelmaand.
Opdracht
Ga naar Peppels voor de verwerkingsopdracht

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies