Vormgeving: ruimte



BEELDASPECT RUIMTE
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
Beeldende vormingMiddelbare schoolvmbo b, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les



BEELDASPECT RUIMTE

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je herkennen, uitleggen en toepassen welke verschillende ruimtesuggestie er zijn.  

Slide 2 - Tekstslide

Horizon (ooghoogtelijn)
Waar de horizon staat op papier, ligt aan de plaats van de beschouwer. (de ooghoogte van de kijker).
Kikvors
Vogelvlucht
Normaal

Slide 3 - Tekstslide

Voorbeelden van horizon. De horizon is altijd op ooghoogte!! 

Slide 4 - Tekstslide

 Ruimtesuggestie
Er zijn verschillende manieren om in een tekening of schilderij ruimte uit te beelden. Door bepaalde trucjes toe te passen lijkt het dan net alsof er ruimte in je werk zit. Dit noem je ruimtesuggestie.



Slide 5 - Tekstslide

Ruimtesuggestie
Ruimtesuggestie is een speciale kunstvorm. Bij deze kunstvorm tekenen/schilderend de kunstenaar zo, dat er diepte te zien is in het kunstwerk. Een ruimtesuggestie laat dus extra diepte in het schilderij zien vaak op een plat vak.

Slide 6 - Tekstslide

Manieren om ruimtesuggestie te krijgen: 
1 hoger plaatsen
2 overlapping
3 afsnijding
4 lijnperspectief
5 kleurperspectief
6 plans
7 coulissewerking
8 atmosferisch perspectief
9 repoussoir-effect
10 verkorting
11 close-up
12 vervaging
13 scherpte-diepte
14 groot voor-klein achter

Slide 7 - Tekstslide

 1 Hoger plaatsing 
Door de vormen (die ver weg zijn) steeds hoger te plaatsen lijkt het ruimtelijk 

Slide 8 - Tekstslide

2 Overlapping

Slide 9 - Tekstslide

3 afsnijding

Slide 10 - Tekstslide

Lijnperspectief 1 punts
Lijnperspectief 2 punts

Slide 11 - Tekstslide

5 Kleurperspectief 
Bij kleurperspectief = ruimte suggestie door gebruik te maken van de eigenschappen van kleuren. Rode kleuren dringen zich bijv. op de voorgrond, terwijl blauw naar achteren wijkt.

Slide 12 - Tekstslide

6 Plans
De ruimte wordt in lagen opgedeeld. De schilder maakt gebruik van een voorplan en een achterplan, soms een middenplan. Elk plan heeft een eigen sfeer, lichtheid en stijl van vormgeving.


Slide 13 - Tekstslide

7 Coulissewerking
Aan de zijkanten van een tekening of schilderij zijn vormen geplaatst waar je langs kijkt naar achteren toe.

Zoals de coulissen op een toneel of plaatjes in een kijkdoos.

Slide 14 - Tekstslide

 8 Schilderij met atmosferisch perspectief  
Schilderij zonder atmosferisch perspectief  

Slide 15 - Tekstslide

9 Repoussoir
Repoussoir betekent letterlijk terugduwen, waarbij op de voorgrond een grote (donkere) vorm wordt geplaatst. Deze vorm drukt de rest van de (lichtere) voorstelling naar achter. Je versterkt het effect als je de vorm ook nog afsnijdt.
Dit wordt ook wel een bijzonder doorkijkje genoemd.

Slide 16 - Tekstslide

10 Verkorting
Verkorting is een term uit de schilderkunst. Verkorting houdt in dat een lichaamsdeel of een ander voorwerp dat naar de schilder toe wijst of ervandaan, door de werking van het perspectief wordt verkort. 

Slide 17 - Tekstslide

10 verkorting

Slide 18 - Tekstslide

11 Close up
  • Shot van dichtbij
  • Laat details zien
  • Emoties zijn goed zichtbaar

Slide 19 - Tekstslide

Close-up                     Medium                  Landschap
Portretstand telefoon

Slide 20 - Tekstslide

12 vervaging (verder naar achter, minder details)

Slide 21 - Tekstslide

13 Scherptediepte 

Slide 22 - Tekstslide

14 groot voor - klein achter

Slide 23 - Tekstslide

VRAGEN

Slide 24 - Tekstslide

Een tekening is altijd
A
2D
B
3D

Slide 25 - Quizvraag

Dit kunstwerk is
A
tweedimensionaal (2D)
B
driedimensionaal (3D)
C
vierdimensionaal (4D)
D
vijfdimensionaal (5D)

Slide 26 - Quizvraag

Wat zie je hiernaast afgebeeld?
A
een schilderij
B
een 3-D beeld
C
een reliëf
D
een 2-D werk

Slide 27 - Quizvraag

Welke manier is hier gebruikt om ruimte en diepte te laten zien?
A
afsnijding
B
close-up
C
overlapping
D
compositie

Slide 28 - Quizvraag

Hiernaast ontstaat ruimte door:
A
lijnperspectief
B
de voorstelling
C
licht-donker
D
groot <=> klein

Slide 29 - Quizvraag

Welk standpunt zie je hier?
A
kikvors
B
vogelvlucht
C
ooghoogte
D
Geen van alle

Slide 30 - Quizvraag

Welke vormen van
ruimtesuggestie
herken je?
A
plans
B
Groot-klein
C
Overlapping
D
Kleurperspectief

Slide 31 - Quizvraag


Welke vormen van
ruimte uitbeelding zie je
hier?
A
overlapping
B
afsnijding
C
verkleining
D
repoussoir

Slide 32 - Quizvraag


Bekijk de afbeelding hiernaast
Op welke manier(en) wordt ruimte gesuggereerd?
A
Plans
B
Afsnijding
C
lijnperspectief
D
close-up

Slide 33 - Quizvraag

Je ziet diepte/ruimte door:
A
Kader
B
Perspectief
C
Scherpte diepte
D
Horizon

Slide 34 - Quizvraag

Welk aspect van het beeldaspect ruimte zie je hier?
A
atmosferisch perspectief
B
kikvorsperspectief
C
vervaging
D
afsnijding

Slide 35 - Quizvraag

Welk aspect van het beeldaspect ruimte zie je hier overduidelijk?
A
atmosferisch perspectief
B
overlapping
C
Lijnperspectief
D
ooghoogte

Slide 36 - Quizvraag

Welk standpunt zie je hier?
A
kikvors
B
vogelvlucht
C
normaal
D
geen van alle

Slide 37 - Quizvraag

Hier wordt de ruimte gesuggereerd door:
A
afsnijding
B
repoussoir
C
standpunt
D
atmosferisch perspectief

Slide 38 - Quizvraag

ruimtesuggestie door het gebruik van licht en schaduw noem je
A
overlapping
B
vervaging
C
plasticiteit
D
scherptediepte

Slide 39 - Quizvraag


Welke afbeelding laat het beeldaspect plasticiteit zien?
A
links
B
rechts
C
geen van beide
D
allebei

Slide 40 - Quizvraag

Groot voor, klein achter                        
Afsnijding
Overlapping 
Scherpte, diepte                        
SLEEP DE TEKST OP HET JUISTE PLAATJE

Slide 41 - Sleepvraag

Welke vormen van RUIMTESUGGESTIE zijn toegepast in deze tekening?
Kies HET BESTE antwoord.
A
repoussoir, overlapping, vervaging
B
afsnijding, overlapping, plasticiteit, close-up
C
verkorting, plasticiteit, overlapping, afsnijding
D
plasticiteit, verkorting, repoussoir

Slide 42 - Quizvraag