3.5 Werkwoordspelling & spellingscontrole

Wat gaan we vandaag doen?
  • Korte herhaling werkwoordspelling 3.2
  • Uitleg gebruik grammaticacontrole

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we vandaag doen?
  • Korte herhaling werkwoordspelling 3.2
  • Uitleg gebruik grammaticacontrole

Slide 1 - Tekstslide

Doelen
1. Je kunt de verschillende werkwoordsvormen benoemen.
2. Je kunt de werkwoorden op de juiste manier spellen.
3. Je kunt spelling- en grammaticacontrole op de juiste manier gebruiken.

Slide 2 - Tekstslide

Werkwoordspelling moeilijk???
Welnee!

Slide 3 - Tekstslide

Welke werkwoordsvormen hebben we behandeld?

Slide 4 - Open vraag

Hoe vind je de pv in een zin?

Slide 5 - Open vraag

Wanneer gebruik je 't x kofschip?

Slide 6 - Open vraag

Schrijf de juiste werkwoordsvormen op

  1. Je moet niet verwachten dat hij jouw verhaal (geloven).
  2. Heb je gisteren de hele dag in de tuin (werken)?
  3. Hoe vaak (winden) jij oma's klok eigenlijk op?
  4. Wat een geluk dat hij op tijd uit de skilift is (springen)
  5. Hoeveel geld heeft je zus voor de vakantie (sparen)?


Slide 7 - Tekstslide

Onthoud goed!

Slide 8 - Tekstslide

Spelling- en grammaticacontrole
Haalt de spelling- en grammaticacontrole van Word alle fouten uit een tekst?

Slide 9 - Tekstslide

  • Word maakt gebruikt van een woordenlijst en vergelijkt jouw getypte woorden daarmee. Verkeerd gespelde woorden krijgen een rood kringeltje.

  • Word geeft je (verschillende) opties, zodat jij de juiste spellingswijze kunt kiezen.

Slide 10 - Tekstslide

Maar...
  • Samenstellingen schrijf je aan elkaar. Word rekent de losse woorden wel goed.
  • Word kent het verschil tussen een pv en vdw niet, dus rekent hij 'Hij ontwikkeld zich goed' niet fout!
  • De zin ‘Hij berijdt een maaltijd voor’ levert geen commentaar op. De spellingcontrole weet namelijk weinig van betekenis.
  • Ontbreken hoofdletters en leestekens checkt Word ook niet.

Slide 11 - Tekstslide

Jou zin is helemaal verkeert.

Dit rekent Word goed, maar hoeveel fouten zie jij en welke is/zijn dit dan?

Slide 12 - Tekstslide

Jou zin is helemaal verkeert.

Deze zin rekent Word goed, maar hoeveel fouten zie jij?

Slide 13 - Open vraag

Jou zin is helemaal verkeert.

Zorg dat de zin wel klop, typ hem juist.

Slide 14 - Open vraag

Ode aan de Word- spellingscontrole



Ik heb een spelling ’s jekker
In die p c fan mei
Die vraag ik steeds te kei ken
Offer ook vouw ten sein
Ik tip een toets en mak een wort
En wacht op wad ie zeg
Of ik nauw goed zit offer keert
Hei ken in taal sein weg
Zo gouw er een ver gissing is
Zeg hei dat dus die rekt
Dan maak ik al men fouten gut
Soda tut beter bekt
Ik dé dit stuk ook door ‘m heen
Ben blei dat hei toen zij
Dat ie geen vouwtje fin den kon
In ’t neder lans fan mei



Slide 15 - Tekstslide

Je leerde:
1.Je kunt de verschillende werkwoordsvormen benoemen.
2. Je kunt de werkwoorden op de juiste manier spellen.
3. Je kunt spelling- en grammaticacontrole op de juiste manier gebruiken.

Wil je hier goed mee oefenen? Maak 3.5 B, C & D.

Denk je dat je dit al goed beheerst? Maak de voortgangstoets ter controle.
Heb je 100% goed?

Slide 16 - Tekstslide