hoofdregel: als je -en hoort, schrijf je -en
behalve:
- A. als van het eerste deel er maar één van is (zonnebril)
- B. als het eerste deel het tweede deel versterkt (reuzeleuk)
- C. als het eerste deel een mv op 's heeft (secretaressedag)
- D. als het eerste deel geen mv heeft (tarwebloem)
- E. als het eerste deel geen zn is (spinnewiel)