8. Stopafstand deel 1 (HAVO) SCHN

Klas 2 H/V
8. Stopafstand deel 1 
(HAVO)
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Klas 2 H/V
8. Stopafstand deel 1 
(HAVO)

Slide 1 - Tekstslide

Wat is de reden dat je niet met 80 km/h door een woonwijk mag rijden? 

Slide 2 - Tekstslide

Omdat je dan heel veel afstand en tijd nodig hebt om stil te komen te staan. Dat is gevaarlijk.
Wat is de reden dat je niet met 80 km/h door een woonwijk mag rijden? 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Stopafstand

Slide 5 - Tekstslide

Stopafstand
2

Slide 6 - Tekstslide

Hoe groter de snelheid, hoe groter de remweg

Slide 7 - Tekstslide

Hoe groter de snelheid, hoe groter de remweg

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Wat is de reden dat je niet op je telefoon mag tijdens het autorijden/fietsen?

Slide 10 - Tekstslide

Omdat je reactietijd dan te lang is, dan is je reactie-afstand ook te lang. Dit beïnvloedt niet de remweg.
Wat is de reden dat je niet op je telefoon mag tijdens het autorijden/fietsen?

Slide 11 - Tekstslide

Wat heeft nog meer invloed op de stopafstand?

Slide 12 - Tekstslide

Wat heeft nog meer invloed op de stopafstand?
1. Remkracht: weinig profiel op de banden, een gladde weg en slechte remmen kunnen zorgen voor een langere remweg en dus een langere stopafstand.
2. Massa van het voertuig: wanneer het een zwaar voertuig is moet er harder geremd worden om stil te staan. Een zwaarder voertuig zorgt dus voor een langere remweg en stopafstand 
Deze 2 beïnvloeden niet de reactieafstand

Slide 13 - Tekstslide

Stopafstand omlaag
1
2
3
4
5
6
7

Slide 14 - Tekstslide

Stopafstand omlaag

Slide 15 - Tekstslide

Deze video geeft een samenvatting over deze les. 
Ook zitten er een paar goede oefenopgaven met uitwerking bij.

Slide 16 - Tekstslide

Verwerkingsvragen
Dit is Huiswerk
In SOM vind je wanneer je dit precies moet af hebben
De groene vragen zijn optioneel

Slide 17 - Tekstslide

Voordat je begint- NAKIJKEN!
Kijk je antwoorden van de vorige LessonUps na.
Dit gaat om les 7 de antwoorden zijn nu verschenen op dia's achter de opgaven

Slide 18 - Tekstslide

Je hebt de reactieafstand, de remweg en de stopafstand. Welke formule klopt?
A
reactieafstand = remweg + stopafstand
B
remweg = reactieafstand + stopafstand
C
stopafstand = reactieafstand + remweg
D
remweg = reactieafstand-stopafstand

Slide 19 - Quizvraag

Gegeven: stopafstand = reactieafstand + remweg
Welke van deze drie afstanden verandert als de bestuurder flink gedronken heeft?
A
remweg + stopafstand
B
reactieafstand + stopafstand
C
alle afstanden
D
reactieafstand + remweg

Slide 20 - Quizvraag

Gegeven: stopafstand = reactieafstand + remweg

Op welke van deze drie afstanden heeft de toestand van het wegdek invloed?


A
Remweg + stopafstand
B
Op alle afstanden
C
Remweg + reactieafstand
D
Reactieafstand + Stopafstand

Slide 21 - Quizvraag

Jaro is moe en zijn reactietijd is daardoor een stuk langer dan normaal.
Wat gebeurt er dan met de reactieafstand, de remweg en de stopafstand?
A
De reactieafstand en de remweg worden langer; de stopafstand blijft gelijk.
B
De reactieafstand en de stopafstand worden langer; de remweg blijft gelijk.
C
De remweg en de stopafstand worden langer; de reactieafstand blijft gelijk.
D
De reactieafstand wordt langer; de remweg en de stopafstand blijven gelijk.

Slide 22 - Quizvraag

De reactieafstand is 25,8 m en de remweg is 36,8 m.
Hoe groot is de stopafstand?
A
11 meter
B
25,8 meter
C
36,8 meter
D
62,6 meter

Slide 23 - Quizvraag

Wat is de remweg als de snelheid 70 km/h is?

Slide 24 - Open vraag

De reactie-afstand is 90 meter. De snelheid is 100 km/h.
Wat is de stopafstand?

Slide 25 - Open vraag

Bereken de stopafstand in meter voor een fietser die 20 km/h rijdt, een reactietijd heeft van 1,0 seconde en een remweg van 8,2 meter.

Slide 26 - Open vraag

Opdracht 1.
Je kunt je snelheid verminderen om je remweg te kleinen Noem nog drie maatregelen waarmee je de remweg (van een auto) korter kan maken

Slide 27 - Open vraag

Antwoord opdracht 1
Goed antwoord
- Goed profiel op de banden
- Auto lichter maken (niet te zwaar beladen)
- Goede remmen
- Niet op een gladde weg rijden

Fout:
- Geen alcohol/drugs/afleiding. Dit is fout want dit vergroot de reactieafstand, maar niet de remweg

Slide 28 - Tekstslide

Opdracht 2.
Een auto moet stoppen voor een plotseling overstekend kind. Noem 2 maatregelen die je kunt nemen om je reactie-afstand te verkleinen.

Slide 29 - Open vraag

Antwoord opdracht 2
Goed antwoord:
- Niet te snel rijden
- Geen alcohol/drugs/afleiding/smartphonegebruik

Fout:
- Verbeteren van remmen, banden of wegdek. Dit beïnvloedt de remweg, niet de reactieafstand 

Slide 30 - Tekstslide

Beantwoord de vragen in je schrift en maak er een foto van. Geef je formules en berekening als je die gebruikt.
Antwoord b: 24 meter
Antwoord e: -5,33 m/s2
geef zelf je berekening

Slide 31 - Open vraag

Antwoord opdracht 3
a. 1,5 seconde. Dit kun je zien omdat pas na 1,5 seconde de snelheid afneemt. Hij is dus 1,5 seconde aan het reageren, hierna gaat hij remmen
b. 


c. 3 seconden (van 1,5 seconde tot 4,5 seconde)
d. stopafstand = reactietijd + remweg
stopafstand = 24 + 24 = 48 m
stopafstand = 48 meter
e
a. 1,5 seconde. Dit kun je zien omdat pas na 1,5 seconde de snelheid afneemt. Hij is dus 1,5 seconde aan het reageren, hierna gaat hij remmen
b.

c. 3 seconden (van 1,5 seconde tot 4,5 seconde)
d. 
stopafstand = reactietijd + remweg
stopafstand = 24 + 24 = 48 m
stopafstand = 48 meter
e


Formule
s = v x t
(reactieafstand = snelheid x reactietijd)
Gegevens
v = 16 m/s
t = 1,5 s
Berekening
s =  v x t
s = 16 x 1,5 = 24 meter
Antwoord opdracht 3
Formule
a = ∆v/∆t
Gegevens
∆v = -16 m/s
∆t = 3 s
Berekening
a = ∆v/∆t
a = -16 / 3 = -5,33 m/s2
a = -5,33 m/s2

Slide 32 - Tekstslide

Opdracht 4
De reactie-afstand is 60 meter. De snelheid is 60 km/h.
Wat is de stopafstand?

Slide 33 - Open vraag

Antwoord opdracht 4
remweg = 60 meter (zie grafiek)
reactieafstand = 90 meter (zie tekst)
stopafstand = remweg + reactieafstand
stopafstand = 60 + 90 = 150 meter

Slide 34 - Tekstslide