10-14 dagen na bevruchting produceert trofoblast/placenta het hormoon HCG.
Door HCG blijft het gele lichaam bestaan, dus nog steeds productie progesteron (en oestrogeen) door
het gele lichaam.
Slide 4 - Tekstslide
ki: kunstmatige inseminatie
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Vlokkentest
Kan vanaf week 10 (baby volledig ontwikkeld)
Cellen worden uit de placenta gezogen
Cellen worden onderzocht op chromosomale afwijkingen: karyogram wordt gemaakt
Kans op miskraam
Slide 8 - Tekstslide
Vruchtwaterpunctie
Kan vanaf 16 weken
Vruchtwater uit de baarmoeder met cellen van de baby worden opgezogen
Een karyogram wordt gemaakt om chromosomale afwijkingen te bepalen
Kans op miskraam
Slide 9 - Tekstslide
NIPT (Niet Invasieve Prenatale Test)
Bij een NIPT test wordt het DNA materiaal van de foetus niet uit de baarmoeder gehaald, maar uit het bloed van de moeder. In dit DNA wordt dan gezocht naar eventuele trisomieën.
Slide 10 - Tekstslide
www.instagram.com
Slide 11 - Link
sterilisatie
doorknippen van zaadleider en eileider
Slide 12 - Tekstslide
Onbetrouwbare methoden
Coitus interruptus - trekt de man zijn penis terug uit de vagina voordat hij klaarkomt.
Periodieke onthouding - heeft het stel geen geslachtsgemeenschap tijdens de vrichtbare periode.
Slide 13 - Tekstslide
Zwangerschap voorkomen
Condoom- voorkomt dat zaadcellen bij de eicel komen. Beschermt ook tegen SOA's.
Pil, anticonceptiepleister/ hormoonstaafje - voorkomt dat de eicel rijpt en voorkomt ovulatie.