1h/v LV4 amuseren en activeren

1h/v LV4 amuseren en activeren
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

1h/v LV4 amuseren en activeren

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
--> 10 minuten stillezen
--> LV4 over twee tekstdoelen
--> maken opdracht

Slide 2 - Tekstslide

Lezen..
timer
1:00

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoel
Aan het eind van de les weet je wat een activerende en amuserende tekst inhouden en kun je deze herkennen.

Slide 4 - Tekstslide

Vorige les
Leeshalfuur en bespreken SO woordsoorten/ww.spelling


Slide 5 - Tekstslide

Waarom tekstdoel?

De schrijver van een tekst wil bij de lezer iets bereiken.


De tekst die geschreven wordt, heeft een doel.

Slide 6 - Tekstslide

Welke tekstdoelen zijn al behandeld?
Informeren
beschouwen
overtuigen

Slide 7 - Tekstslide

tekstdoel: informeren
Informeren: de schrijver wil dat de lezer iets leert van de tekst. 

Objectief: neutraal, feiten

Bijvoorbeeld: lesboek, handleiding, nieuwsbericht. 

Slide 8 - Tekstslide

tekstdoel: beschouwen
- De schrijver geeft informatie over verschillende meningen over een onderwerp.
- De schrijver geeft informatie over voordelen en nadelen.
- De lezer moet zelf een mening vormen.


- (sommige) krantenartikelen, tijdschriftartikelen  

Slide 9 - Tekstslide

Tekstdoel: overtuigen 
- De mening van de schrijver staat centraal.

- Hij wil de lezer overtuigen van zijn gelijk.

- Hij gebruikt argumenten om zijn mening kracht bij te zetten.

- Recensies, blogs, vlogs 

Slide 10 - Tekstslide

Twee nieuwe doelen
Amuseren
&
Activeren

Slide 11 - Tekstslide

Activeren
Een activerende tekst lijkt een beetje op een overtuigende tekst. Bij een activerende tekst wil de schrijver niet alleen dat je het met hem eens bent, maar ook dat je iets doet. 

De schrijver wil dat je je gedrag verandert, iets koopt, ergens lid van wordt enzovoorts. 

Slide 12 - Tekstslide

Activeren
Denk aan:


ga iets kopen, geef geld, folders/posters, verkiezingsteksten

Slide 13 - Tekstslide

Amuseren
De laatste tekstsoort die we bespreken is amuseren. 
Bij een amuserende tekst is het belangrijk dat je plezier beleeft aan het lezen ervan. 

Hierbij hoeft het niet altijd zo te zijn dat de tekst grappig is, maar het kan ook spannend, boeiend of ontroerend zijn. 

Slide 14 - Tekstslide

Amuseren
Denk aan:

- een tijdschrift
- leesboek
- gedicht
- stripboek

Slide 15 - Tekstslide

Melk is gezond en daarom moet je het veel drinken.
A
Informeren
B
Activeren
C
Amuseren
D
Beschouwen

Slide 16 - Quizvraag

Als je veel melk drinkt, krijgt je lichaam de nodige calcium binnen, maar ook veel stoffen die niet goed voor je zijn.
A
Amuseren
B
Overtuigen
C
Activeren
D
Beschouwen

Slide 17 - Quizvraag

De meeste Nederlanders drinken koemelk, geen geitenmelk.
A
Informeren
B
Amuseren
C
Overtuigen
D
Beschouwen

Slide 18 - Quizvraag

De koe is een merkwaardig beest, wat er ook in haar geest moge zijn, haar laatste woord is altijd: boe.
A
Amuseren
B
Informeren
C
Beschouwen
D
Activeren

Slide 19 - Quizvraag

Knalaanbiedingen bij vuurwerkshop De Voetzoeker!
A
Activeren
B
Overtuigen
C
Amuseren
D
Informeren

Slide 20 - Quizvraag

Je bent een rund als je met vuurwerk stunt.
A
Amuseren
B
Activeren
C
Beschouwen
D
Informeren

Slide 21 - Quizvraag

Vuurwerk is gevaarlijk en moet daarom verboden worden.
A
Activeren
B
Informeren
C
Overtuigen
D
Beschouwen

Slide 22 - Quizvraag

In 2017 gaven Nederlanders samen zo'n 68 miljoen euro aan vuurwerk uit.
A
Informeren
B
Activeren
C
Beschouwen
D
Overtuigen

Slide 23 - Quizvraag

Aan de slag!
Maak zelfstandig opdracht 4 op blz. 19.


Klaar?
lezen in je leesboek


timer
15:00

Slide 24 - Tekstslide

Lesdoel
Aan het eind van de les weet je wat een overtuigende en beschouwende tekst inhouden en kun je deze herkennen.

Slide 25 - Tekstslide

Volgende les
Vrijdag:
Speeddate leesboek

Stukje voorbereiden om voor te lezen (paar regels)

LEESBOEK MEENEMEN! (lesboek mag thuisblijven)

Slide 26 - Tekstslide