Communicatie 2.2 AABS

Marketing & Communicatie
les 1 





Periode 5
S. Souali
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
Marketing & CommunicatieMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Marketing & Communicatie
les 1 





Periode 5
S. Souali

Slide 1 - Tekstslide

Planning
- Materiaal en beoordeling 
- Voorkennis activeren
- Uitleg
- Zelfstandig aan de slag

Slide 2 - Tekstslide

Materiaal en beoordeling
Materiaal
> Het boek Marketing & Communicatie BSS P2C
> Laptop

Opdrachten:
> Elke week maak je opdrachten tijdens de les, wat niet af is neem je mee als huiswerk.

Beoordeling:
> Alle opdrachten vormen straks je portfolio (word document): O/V/G
> Lettertype: calibiri 11
> Lay-out: voorblad, inhoudsopgave, paginanummering
> Inleveren: digitaal in teams

>  Meerkeuzetoets ( deelname als je je portfolio hebt ingeleverd)

Slide 3 - Tekstslide

Marketing?

Slide 4 - Woordweb

Aan de slag! 

Slide 5 - Tekstslide

Marketing & Communicatie
les 2





Periode 5
S. Souali

Slide 6 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het einde van de les:
- kun je aan de hand van de criteria de doelgroep vaststellen
- weet je wat een SMART doelstelling inhoudt
- weet je welke promotie-instrumenten er zijn

Slide 7 - Tekstslide

Vastellen doelgroep
- Geografische kenmerken
- Demografische kenmerken
- Sociaal-economische kenmerken
- Psychografische kenmerken
- Productbezit

Slide 8 - Tekstslide

SMART
Specifiek: zorg voor een concrete omschrijving. Een vage doelstelling biedt geen houvast.
Meetbaar: je moet achteraf kunnen nagaan in hoeverre de doelstelling behaald is.
Realistische: je moet geen doelstelling hanteren die toch niet haalbaar is.
Tijdgebonden: je moet er wel een tijdslimiet aan verbinden. 

Slide 9 - Tekstslide

Promotiemix
Promotie-instrumenten:
- Reclame
- Public Relations
- Sales promotions
- Persoonlijke verkoop 

Slide 10 - Tekstslide

Aan de slag! 
- Opdracht 2.01 op pagina 25
- Opdracht 2.09 op pagina 41

Slide 11 - Tekstslide

Aan de slag! 
- Opdracht 2.11 op pagina 46
- Opdracht 2.13 op pagina 58
- Opdracht 2.12 op pagina 68

Slide 12 - Tekstslide

Marketing & Communicatie
les 3





Periode 6
S. Souali

Slide 13 - Tekstslide

Planning
 - Lesdoelen
- Voorkennis activeren
- Uitleg
- Zelfstandig aan de slag

Slide 14 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het einde van de les:
- weet je wat de voordelen zijn van e-commerce ten opzichte van verkoop via fysieke gebouwen
- weet je wat de nadelen zijn van e-commerce ten opzichte van verkoop via fysieke gebouwen
- weet je om te gaan met negatieve reviews 


Slide 15 - Tekstslide

Voordelen e-commerce ten opzichte van fysieke gebouwen
-  Het is niet plaatsgebonden
- Er gelden geen openingstijden 
- Webshops zijn goedkoper voor een bedrijf qua kosten
- Makkelijk een groot assortiment 
- Mogelijkheden voor direct klantcontact
- Webshops zijn efficiënter voor bedrijven

Slide 16 - Tekstslide

Nadelen e-commerce ten opzichte van fysieke gebouwen
- Er is geen persoonlijk contact
- De klant kan de artikelen niet vastpakken en proberen
- Er kunnen niet zo makkelijk vragen van klanten beantwoorden
- De klant kan moeilijk in een koopbestemming gebracht worden
- Snelle vergelijking met concurrentie is mogelijk

Slide 17 - Tekstslide

Tips bij negatieve reviews 
- Verwijder de reactie niet
- Reageer snel, positief en persoonlijk
- Toon empathie 
- Los de klacht op
- Leer van de klachten
- Offline is soms beter dan online

Slide 18 - Tekstslide

Aan de slag! 
- Opdracht 3.01 op pagina 74
- Opdracht 3.05 op pagina 79
- Opdracht 3.06 op pagina 80
- Opdracht 3.07 op pagina 82


Slide 19 - Tekstslide

Marketing & Communicatie
les 4 P2





Periode 6
S. Souali

Slide 20 - Tekstslide

Planning
 - Lesdoelen
- Voorkennis activeren
- Uitleg
- Zelfstandig aan de slag

Slide 21 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het einde van de les:
- weet je wat de eisen zijn van een website
- weet je wat komt kijken bij een webshop
- ken je het koopgedrag bij een webshop 
- weet je wat een webshopfunnel is
 


Slide 22 - Tekstslide

Website
Eisen aan een website:
 - Naamgeving
 - Structuur ofwel landingspagina’s
 - Inhoud en vorm

Slide 23 - Tekstslide

Webshop
- Webshop-software
- Betaal-software
- Verzending


Slide 24 - Tekstslide

Koopgedrag webshop

- klanten die gedreven worden door gemak;
- klanten die op zoek zijn naar afwisseling;
- klanten die gedreven worden door nieuwsgierigheid;
- klanten die vooral op zoek zijn naar koopjes

Slide 25 - Tekstslide

De webshopfunnel

Slide 26 - Tekstslide

Aan de slag! 
- Opdracht 3.10 op pagina 100
- Opdracht 3.11 op pagina 100
- Opdracht 3.12 op pagina 100
- Opdracht 3.13 op pagina 100
- Opdracht 3.19 op pagina 111


Slide 27 - Tekstslide

Marketing & Communicatie
les 5 P2





Periode 6
S. Souali

Slide 28 - Tekstslide

Planning
 - Lesdoelen
- Voorkennis activeren
- Uitleg
- Zelfstandig aan de slag

Slide 29 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het einde van de les:
- schriftelijke communicatie 
 


Slide 30 - Tekstslide

Schriftelijke communicatie 
Vormen van schriftelijke communicatie:
- intranet
- e-mail
- mededelingsbord 
- brieven
- folders, flyers
- personeelsblad
- introductieboekje

Slide 31 - Tekstslide

Voordelen schriftelijke communicatie 
- je kunt nadenken over je woorden
- je kunt dingen teruglezen/terugzoeken
- je kunt het bewaren en archiveren
- het kan dienen als bewijs voor iets wat je hebt afgesproken
- je kunt het naar meerdere mensen tegelijk sturen

Slide 32 - Tekstslide

Nadelen schriftelijke communicatie 
- je kunt niet meteen reageren op een ander
- het verloopt niet spontaan
- je ziet de non-verbale communicatie van de ander niet

Slide 33 - Tekstslide

Communicatielijnen

Slide 34 - Tekstslide

Communicatielijnen
Communicatie verloopt altijd via bepaalde lijnen. deze lijnen liggen min of meer vast. Je kunt een verdeling maken in:
- horizontale communicatie
- verticale communicatie
- diagonale communicatie 

Slide 35 - Tekstslide

Formele en informele communicatie
Formele communicatie: communicatie die langs officiële kanalen verloopt.

Informele communicatie: privégesprekken die je voert met collega's (in de pauze of in de wandelgangen)

Slide 36 - Tekstslide

Schrijven van een e-mail
Voordat je een e-mail schrijft, vraag je je het volgende af:
- waarom ga ik schrijven? (het doel)
- aan wie ga ik schrijven? (de ontvanger)
- wat ga ik schrijven? (de inhoud)
- hoe ga ik schrijven? (het briefplan)

Slide 37 - Tekstslide

Schrijven van notulen
- waarom notuleren?
- wat zit je in ieder geval in de notulen
- taalgebruik

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Aan de slag! 
Opdracht: 
- 4.01 op pagina 114
- 4.02 op pagina 116
- 4.03 op pagina 117
- 4.04 op pagina 120
- 4.08 op pagina 130


Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide