lessenserie fictie sprookjes Assepoester

huiswerk

sprookje schrijven


1 groep leest het sprookje voor. De andere groepen beoordelen met het groepje het voorgelezen verhaal.

1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1,2

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

huiswerk

sprookje schrijven


1 groep leest het sprookje voor. De andere groepen beoordelen met het groepje het voorgelezen verhaal.

Slide 1 - Tekstslide

Sprookjes zijn fictie.
A
waar
B
niet waar

Slide 2 - Quizvraag

Wat is geen kernmerk van een sprookje?
A
Sprookjes spelen vaak in een niet-bestaande omgeving.
B
Sprookjes beginnen vaak met: 'Er was eens......'.
C
Er komt maar één emotie in voor.
D
Sprookjes lopen goed af.

Slide 3 - Quizvraag

Wat is wel een kernmerk van een sprookje?
A
Iedereen is echt.
B
Het zijn volksverhalen: verhaal werd eerst mondeling verteld.
C
Wat verteld wordt, is niet leerzaam.
D
De omgeving is bestaand.

Slide 4 - Quizvraag

Wat zijn kenmerken van de hoofdpersoon in het sprookje
A
Heeft veel emotie.
B
Leer je niet kennen.
C
Gaat dood in het sprookje.
D
Kan toveren.

Slide 5 - Quizvraag

Sprookjes lezen

Jullie hebben in je groepje een sprookje geschreven.

Nu gaat één persoon dit voorlezen aan de klas.

Je beoordeelt het sprookje op het formulier.

Slide 6 - Tekstslide

Assepoester...
Een modern sprookje

Slide 7 - Tekstslide

Assepoester

Maak tijdens het kijken 3 toestvragen voor een klasgenoot en schrijf de antwoorden op een ander blad.

De toetsvragen lever je dadelijk in.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Video

Slide 11 - Video

Toets:

Slide 12 - Tekstslide