Mens en gezondheid les 22

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Link

Slide 10 - Link

Slide 11 - Link

Wat gaan we vandaag doen:
  • H7 Start met theorie blz 249 t/m 262
Maken/lezen opdracht 7.1 t/m 7.10
Online boek opzoeken:
h7 Opdracht 7.05 - Hasj en wiet test
h7 Opdracht 7.10 - Drugsinfo
h7 Paragraaf 7.4 - Stoppen met gebruik
  • Klaar leren voor donderdag toets Hoofdstuk 1 t/m 5

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Maak een foto van de opdrachten en zet deze hieronder

Slide 14 - Open vraag

Maak een foto van de opdrachten en zet deze hieronder

Slide 15 - Open vraag

Gezondheidsdeterminanten beïnvloeden de gezondheid. In welke categorie valt ‘opvoeding’?
A
Biologische factoren
B
Leefstijl
C
Omgevingsfactoren
D
Voorzieningen gezondheidszorg

Slide 16 - Quizvraag

Gezondheid kan beïnvloed worden door omgevingsfactoren. Wat is een voorbeeld van een omgevingsfactor?
A
De invloed van je eigen emoties
B
Emoties en aanlegfactoren
C
Je aanleg om spontaan te zijn naar anderen
D
Sociale steun of sociale druk

Slide 17 - Quizvraag

Bij welke soort gezondheid hoort de volgende zin: ‘Bibi ervaart veel stress op haar werk.’
A
Fysieke gezondheid
B
Lichamelijke gezondheid
C
Mentale gezondheid
D
Sociale gezondheid

Slide 18 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van een welvaartsziekte?
A
Dementie
B
Hart- en vaatziekte.
C
HIV
D
Reuma

Slide 19 - Quizvraag

Wat is een obesogene omgeving?
A
Omgeving die mensen stimuleert veel te eten en weinig te bewegen
B
Omgeving waarin een gezonde leefstijl wordt gestimuleerd
C
Omgeving waarin veel aandacht is voor preventieve maatregelen
D
Omgeving waarin weinig welvaartsziekten terugkomen

Slide 20 - Quizvraag

Wat zijn preventieve maatregelen?
A
Maatregelen die je neemt als iemand ziek is
B
Maatregelen die je neemt nadat iemand ziek is geweest
C
Maatregelen die je neemt om gezondheidsschade te voorkomen
D
Maatregelen die voor specifieke doelgroepen gelden

Slide 21 - Quizvraag

Welke uitspraak over de beweegrichtlijnen voor jeugd (4 tot 18 jaar) is juist?
A
1 uur per dag matig intensief sporten
B
2,5 uur per week matig intensief bewegen.
C
2x per week spier- en botversterkende activiteiten
D
5x per week spier- en botversterkende activiteiten

Slide 22 - Quizvraag

Welke uitspraak over een gezond persoon is juist?
A
Een gezond persoon gebruikt weinig vitaminen en mineralen
B
Een gezond persoon heeft voldoende weerstand tegen ziekten
C
Een gezond persoon heeft weinig nachtrust nodig
D
Een gezond persoon kan de weerstand niet lang volhouden

Slide 23 - Quizvraag

Wat is de beste manier om je te beschermen tegen een SOA?
A
Alleen orale seks hebben
B
De pil gebruiken
C
Een condoom gebruiken
D
Een spiraal laten zetten

Slide 24 - Quizvraag

Slide 25 - Video