‹Terug naar zoeken

5.7: naar de dokter

5.7: naar de dokter
Aan het einde van de les kan je praten over je pijn bij de dokter.


1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

5.7: naar de dokter
Aan het einde van de les kan je praten over je pijn bij de dokter.


Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we vandaag doen?
Herhalen hoofdstuk 5.1 t/m 5.6
Uitleg over 5.7
Check 5.7
Opdrachten maken 5.7
Nakijken 5.7
Exit 5.7

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

arm
buik
oog
mond
wang

Slide 4 - Sleepvraag

Wat hoort bij het gezicht, wat hoort verder bij het lichaam?
Wat is een afspraak ?
A
iets wat je zeker weet.
B
volgens de mensen.
C
iets wat je soms moet doen.
D
volgens de regel die je hebt gemaakt

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een huisarts
A
B
C
D

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

één school
twee .....

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Is dit koorts?
A
Ja
B
Nee

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ziek
  • Je vervelend voelen omdat er iets met je lichaam niet goed is
  • Ziek zijn/ziek worden
  • Zin: Ik ben voel mij niet zo lekker, ik ben ziek. 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De dokter
         De dokter - de dokters

  • Zin: De dokter kijkt in mijn ogen en in mijn oren.
  • Zin: De dokter zegt dat ik veel moet slapen. 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het probleem
  • moeilijke vraag
  • niet snel oplossen 
  • het probleem - de problemen
  • zin: Ik heb een groot probleem.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het ziekenhuis

Groot gebouw met veel dokters. 
Zin: De dokter werkt in het ziekenhuis.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De medicijnen
Pillen als je ziek bent.

Zin: De dokter geeft mij medicijnen. 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De apotheek


Zin: Bij de apotheek haal je medicijnen. 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Halen
  • Meenemen naar hier.
  • ik haal - wij halen
  • Zin: Ik haal de medicijnen van de apotheek. 
  • Zin: Zij haalt haar laptop uit de tas.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beter

Niet meer ziek.
Zin: De juf is beter. Ze komt naar school. 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

bijvoorbeeld
  • Je noemt niet alles, maar één of twee.
  • Wat bedoel je?
  • zin: Fruit is bijvoorbeeld een appel of een banaan.
  • zin: Een beroep is bijvoorbeeld dokter of kapper.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik ga naar het ziekenhuis.
A
De zin is goed.
B
De zin is niet goed.

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar koop je medicijnen?
A
bij de apotheek
B
bij de supermarkt

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

haal
haalt
haalt
halen
halen
halen
ik
jij
hij / zij
wij
jullie
zij (2 of meer mensen)

Slide 20 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Meer lessen zoals deze

TaalCompleet 5.7: naar de dokter

- Les met 15 slides
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

thema 'de gezondheid' les 1

- Les met 27 slides
NT2Voortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

TOETS thema 'de gezondheid' les 1

- Les met 10 slides
NT2Voortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

Module 4 Gezondheid en gezondheidszorg NT2

- Les met 24 slides
BurgerschapMBOStudiejaar 2

2e les ziek

- Les met 24 slides
NT2Voortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

Hoofdstuk 23 - Naar de huisarts

- Les met 28 slides
NT2Speciaal OnderwijsLeerroute 1

Module 4 Gezondheid en gezondheidszorg NT2

- Les met 32 slides
BurgerschapMBOStudiejaar 2

5.9: Wat zijn uw klachten?

- Les met 16 slides