E-mail schrijfopdracht

In een e-mail schrijf je een verhaal 
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1,2

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

In een e-mail schrijf je een verhaal 

Slide 1 - Tekstslide

Stappen om email te schrijven
1. Bedenk wat voor email je gaat schrijven: informeel
2. Wat is het onderwerp, aan wie schrijf je?
3. Wat wil je van diegene en waarom?
4. Schrijf de email
5. Beoordeel je email en verbeter als dat nodig is. 

Slide 2 - Tekstslide

Wat zit er in een mail?
  • Aanhef: Is in dit geval de titel van je verhaal
  • Middendeel: Het verhaaltje (woorden dobbelsteen zitten erin)
  • Afsluiting: Groetjes Klaas Visser klas 2kg

Slide 3 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?

  • Zelf een e-mail schrijven aan je docent. Dat wordt een verhaal met een titel. 
  • d.vandenberghe@andreascollege.nl 
  • Elkaars e-mail controleren bij je buurman of vrouw
  • Geen chromebook? Dan ga je het gewoon schrijven op een papiertje.

Slide 4 - Tekstslide

10 minuten
Mijn feedback lezen. Kijk in Outlook.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Wat wat altijd op?
Geen witregels, geen hoofdletters, geen onderwerp
Het onderwerp daar schrijf je de woorden van de 5 dobbelstenen.

Slide 7 - Tekstslide

Bijvoorbeeld
Hoi Senna,
Witregel
Hoe gaat het met jou? Ik vroeg mij af hoe jouw herfstvakantie was. Mijn vakantie was heel leuk. Ik ben naar de Efteling geweest en ik ben op bezoek geweest bij mijn opa en oma. Ik heb zin om jou weer te zien. Tot maandag!
Witregel
Groetjes,
Witregel
Sanne

Slide 8 - Tekstslide

Bijvoorbeeld
.........,
Witregel
........
......
......
Witregel
.......,
Witregel
.........

Slide 9 - Tekstslide

  • Bedenk een pakkende titel

Sluit af met je voor en achternaam en klas.
Bijvoorbeeld

Slide 10 - Tekstslide

Reminder: Let op!
Let op:

  • Hoofdletters, punten, komma's
  • Witregels
  • Titel
  • Afsluiting met je naam.

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht
Schrijf  e-mail van minimaal vijftien zinnen (200 woorden). Het mag een gezellige e-mail zijn of een kort verhaaltje. Het hoeft niet formeel te zijn. Schrijf geen ongepaste dingen.

Oefenmail.
Klaar maak spelling blz: 26 t/m 30
Lezen

Slide 12 - Tekstslide

Schrijf e-mail van minimaal vijftien zinnen (200 woorden). Het mag een gezellige verhaal zijn of een spannend verhaaltje. Schrijf geen ongepaste dingen.


Klaar.  Maak spelling blz: 27 t/m 30
Daarna: Lezen op je laptop of een lees/leerboek

Slide 13 - Tekstslide