HC LL 1.2.1

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

   Welkom!

Chronologie 1.1

De volgende gebeurtenissen staan in willekeurige volgorde:

1 De adel stimuleert stadsstichtingen.

2 De bevolking groeit.  

3 De voedselproductie stijgt door betere landbouwtechnieken en ontginningen. 

4 Er is onvoldoende werk op het platteland voor een deel van de bevolking. 

5 Er ontstaan steden met verschillende sociale groepen, zoals patriciërs en het gemeen.

6 Er ontstaat ruimte voor specialisatie tot ambachtsman of handelaar.

Zet de gebeurtenissen in de juiste chronologische volgorde.

Waar of niet waar?

De volgende uitspraken gaan over Atrecht:

1 Het graan voor de Atrechtse bevolking was afkomstig uit de gebieden rond de Oostzee,      vervoerd door handelaren uit de Hanze.

2 Atrecht had voordeel van privileges van de graaf van Vlaanderen en van de keizer van het Heilige Roomse Rijk.

3 Atrecht lag in het eerste en enige stedelijke gebied in Europa in het begin van de late middeleeuwen.

4 Kooplieden uit Atrecht kochten laken van Italiaanse handelaren op de Noord-Franse jaarmarkten.

5 In Atrecht verwerkten ambachtslieden wol uit onder andere Engeland tot laken.

Programma

• Herhaling HC Lage Landen 1.1
• Leerdoelen 1.2.1
• Uitleg 1.2 leerdoel 1
• Opdracht 1.2 leerdoel 2
• Video 1.2 leerdoel 3
• Uitleg 1.2 leerdoel 4
• Weektaak
  
• Afsluiting
  

1.2 Van Brugge naar Antwerpen

14. De opkomst van de stedelijke burgerij en de toenemende zelfstandigheid van steden.

17. Het begin van staatsvorming en centralisatie.

21. De protestantse reformatie die de splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg had.

22. Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat.

Leerdoelen 1.2

1) Ik kan uitleggen waardoor Brugge steeds belangrijker werd in de interregionale 

     handel.

2) Ik kan beschrijven welke instellingen zich bezighielden met sociale zorg en ik 

     kan de veranderingen in de sociale zorg verklaren.

3) Ik kan de oorzaak en betekenis van de opkomst van de Moderne Devotie noemen.

4) Ik kan uitleggen dat het streven van de hertogen van Bourgondië naar 

     centralisatie en uniformering botste met het particularisme van de steden en 

     gewesten.

Sociale zorg

• Lees 'Sociale zorg' op p246.
  
• Beantwoord onderstaande vragen.

1) Noem drie voorbeelden van sociale zorg die door de geestelijkheid werd geboden. 

2) Noem drie voorbeelden waaruit blijkt dat de burgerij ook op het gebied van sociale zorg taken van een andere stand overneemt.

3) Wat is het verband tussen sociale zorg en bonum commune?

Bedelorden en Moderne Devotie

https://schooltv.nl/video/het-verhaal-van-nederland-in-de-klas-pestlijders-en-predikanten/#q=verhaal%20nederland

https://www.npostart.nl/het-verhaal-van-nederland/02-03-2022/VPWON_1311386

Beantwoord de vragen.

A) Groot Privilege. Werd erkend als vorstin in ruil voor herstel privileges van de gewesten en steden.  Trouwde Maximiliaan van Habsburg.

B) Keizer van het Heilige Roomse Rijk. Voert politiek van centralisatie en staatsvorming. Wordt gesteund door Antwerpen.

C) Maakte werk van centralisatie.

- instelling Hoge Raad van Mechelen

- instelling Staten-Generaal

D) Keizer van het Heilige Roomse Rijk en koning van Spanje. Voert een centralisatiepolitiek gericht op bestuurlijke en godsdienstige eenheid.

E) Kreeg hertogdom Bourgondië van Franse koning. Trouwde erfdochter van Vlaanderen, Artesië en Brabant.

F) Voerde veel oorlogen. Verhoogde de belastingen. Wilde van Bourgondië een koninkrijk maken. Sneuvelde in een veldslag.

Filips de Stoute

Filips de Goede

Karel de Stoute

Maria van Bourgondië

Maximiliaan van Habsburg

Karel V

Leerdoelen 1.2

1) Ik kan uitleggen waardoor Brugge steeds belangrijker werd in de interregionale 

     handel.

2) Ik kan beschrijven welke instellingen zich bezighielden met sociale zorg en ik 

     kan de veranderingen in de sociale zorg verklaren.

3) Ik kan de oorzaak en betekenis van de opkomst van de Moderne Devotie noemen.

4) Ik kan uitleggen dat het streven van de hertogen van Bourgondië naar 

     centralisatie en uniformering botste met het particularisme van de steden en 

     gewesten.

Aan de slag

- Wat? Weektaak

- Hoe? Alleen en in stilte

- Hulp? Docent

- Klaar? Herhaal stof of werk leerdoelen uit.