Nieuwsbegrip B-tekst "Naturalis Europees museum van het jaar"

Naturalis, Europees museum van het jaar (B-tekst)
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 6

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Naturalis, Europees museum van het jaar (B-tekst)

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel: Ik lees de tekst actief aan de hand van sleutelvragen en kan (toets) vragen over de tekst beantwoorden
Leesdoel: Na het lezen kan ik vertellen waarom Naturalis een prijs heeft gewonnen en wat de collectie van dit museum inhoudt. Ook weet ik waarom je veel musea ook virtueel kunt bezoeken.

Slide 2 - Tekstslide

Naturalis

Slide 3 - Woordweb

We lezen samen de tekst

Slide 4 - Tekstslide

1. Waarom werd Naturalis verkozen tot Europees museum van het jaar?

Slide 5 - Open vraag

2. Wat is het effect van het uitreiken van deze belangrijke museumprijs?

Slide 6 - Open vraag

3. Wat betekent het winnen van de prijs voor Naturalis?

Slide 7 - Open vraag

4. Hoe is Naturalis ontstaan?

Slide 8 - Open vraag

5. Welke twee functies heeft Naturalis?

Slide 9 - Open vraag

6. Waarom maken musea het mogelijk om het museum tegen betaling digitaal te bezoeken?

Slide 10 - Open vraag

1. In regel 2 staat het woord reikhalzend. Wat betekent het als je ergens reikhalzend naar uitkijkt? Kies de beste betekenis.
A
Dan wil je het absoluut niet
B
dan wil je het een beetje
C
dan wil je het heel graag
D
dan wil je het misschien

Slide 11 - Quizvraag

2. Welke zin vat het stukje De prijs het best samen?



A
De Europese prijs voor beste museum van het jaar is een belangrijke prijs voor Naturalis.
B
De Europese prijs voor beste museum zorgt ervoor dat mensen de natuur in hun hart sluiten en er ook beter voor zorgen
C
Naturalis is het beste museum van Europa, net als het Rijksmuseum Boerhaave in Leiden en het Rijksmuseum in Amsterdam
D
Naturalis is het eerste Nederlandse museum dat de Europese prijs voor beste museum heeft gewonnen.

Slide 12 - Quizvraag

3. Lees r. 28-29: Je … fossielen. Welk verband geven de signaalwoorden niet alleen .. maar ook aan?





A
een middel
B
een opsomming
C
een tegenstelling
D
een voorbeeld

Slide 13 - Quizvraag

4. Lees r. 34-35: Volgens … bezoekers. Wat betekent afhankelijk zijn van?




A
niet behulpzaam zijn
B
betrokken zijn bij
C
iets of iemand nodig hebben
D
ongeïnteresseerd zijn

Slide 14 - Quizvraag

5. Lees regel 36-38: Uit … ouder. Lees ook zin 38-39: Er … halen.
Wat hebben deze zinnen met elkaar te maken?




A
De laatste zin is een conclusie bij de zinnen ervoor.
B
De laatste zin is een oorzaak van de zinnen ervoor
C
Er is een tegenstelling tussen de zinnen.
D
Er is geen verband tussen deze zinnen.

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide