H2_1hv

Ga lezen in je leesboek.



Werkboek, schrift en etui op tafel.
Jas uit, pet af.
Mobiel in de telefoontas.
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwoo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Ga lezen in je leesboek.



Werkboek, schrift en etui op tafel.
Jas uit, pet af.
Mobiel in de telefoontas.

Slide 1 - Tekstslide

Lesplanning
  • 2.3 en 2.5 af + nagekeken?
  • Stencil maken
  • 1.8 Woordsoorten: opdr. 1, 2, 5, 8 en 10, blz. 53 t/m 57

Leerdoel: Je weet wat een werkwoord, lidwoord en zelfstandig naamwoord is.

Slide 2 - Tekstslide

In de kerstvakantie ga ik logeren bij mijn gezellige tante. Ik hoop dat we dan gaan shoppen. Misschien gaat Peter gedurende de vakantie ook nog skiën in besneeuwd Duitsland.

Slide 3 - Tekstslide

In de kerstvakantie ga ik logeren bij mijn gezellige tante. Ik hoop dat we dan gaan shoppen. Misschien gaat Peter gedurende de vakantie ook nog skiën in besneeuwd Duitsland.

Slide 4 - Tekstslide

Ga lezen in je leesboek.



Werkboek, schrift en etui op tafel.
Jas uit, pet af.
Mobiel in de telefoontas.

Slide 5 - Tekstslide

Lesplanning
  • 1.8 af + nagekeken?
  • 2.8 Woordsoorten: opdr. 1, 2, 5, 10 en 12, blz. 118 t/m 122

Leerdoel: Je weet wat een bijvoeglijk naamwoord en een voorzetsel is.

Slide 6 - Tekstslide

In de kerstvakantie ga ik logeren bij mijn gezellige tante. Ik hoop dat we dan gaan shoppen. Misschien gaat Peter gedurende de vakantie ook nog skiën in besneeuwd Duitsland.

Slide 7 - Tekstslide

In de kerstvakantie ga ik logeren bij mijn gezellige tante. Ik hoop dat we dan gaan shoppen. Misschien gaat Peter gedurende de vakantie ook nog skiën in besneeuwd Duitsland.

Slide 8 - Tekstslide

Lesplanning
  • 1.8 af + nagekeken?
  • 2.8 Woordsoorten: opdr. 1, 2, 5, 10 en 12, blz. 118 t/m 122

Leerdoel: Je weet wat een bijvoeglijk naamwoord en een voorzetsel is.

Slide 9 - Tekstslide

Ga lezen in je leesboek.



Werkboek, schrift en etui op tafel.
Jas uit, pet af.
Mobiel in de telefoontas.

Slide 10 - Tekstslide

Lesplanning
  • 2.8 af + nagekeken?
  • 2.9 Spelling: opdr. 1 t/m 8 en 10, blz. 123 t/m 128

Leerdoel
  • Je kunt de pv vt van sterke ww spellen 
  • Jje kunt het meervoud van zelfstandige naamwoorden spellen.

Slide 11 - Tekstslide

Sterke werkwoorden:
zo sterk dat ze in de verleden tijd van klank veranderen.
Hoe spellen? Schrijf op wat je hoort.

Spreek - Sprak
Lijdt - Leed
Zing - Zong

Slide 12 - Tekstslide

Meervoud
Je schrijft -en achter het enkelvoud: 
ruit – ruiten; paard – paarden.

Soms moet je het woord een beetje aanpassen:
glas – glazen; vijf – vijven; bak – bakken; maan – manen.


Je schrijft -s achter het enkelvoud: 
drempel – drempels; garage – garages

Slide 13 - Tekstslide

Meervoud
Let op:
Je schrijft een -’s achter het enkelvoud als:
het zelfstandig naamwoord eindigt op een lange klinker (-a, -o, -u, -i of -y) die je met één letter schrijft:
opa – opa’s; piano – piano’s; paraplu – paraplu’s; ski – ski’s; pony – pony’s.

Je schrijft een -s achter het enkelvoud als:
het zelfstandig naamwoord eindigt op een lange klinker die je met meer letters of schrijft met een letter met een accent:
shampoo – shampoos; cowboy – cowboys; café – cafés.
Sommige zelfstandige naamwoorden hebben twee vormen in het meervoud, bijvoorbeeld:
gedachte – gedachten/gedachtes.


Slide 14 - Tekstslide

Weekplanning
  1. Controleer of je alle opdrachten, volgens de takenklapper, van 2.3, 2.5, 1.8, 2.8 en 2.9 hebt gemaakt. Maak eventueel de ontbrekende oefeningen.
  2. Teken af.
  3. Oefen alle onderdelen:
  • 2.3 Maak de leestaak
  • 2.5 Oefen met de woordentrainer online
  • 1.8 en 2.8 Versterk jezelf online, maak extra oefeningen
  • 2.9 Versterk jezelf, maak extra oefeningen
  • Oefenen Ta!ent Max online en / of www. cambiumned.nl 
  • Kun je op alle leerdoelen van hoofdstuk 2 antwoord geven?

Slide 15 - Tekstslide

Ga lezen in je boek






Werkboek, schrift en etui op tafel.
Jas uit, pet af.
Mobiel in de telefoontas.

Slide 16 - Tekstslide

Weekplanning
  1. Controleer of je alle opdrachten, volgens de takenklapper, van 2.3, 2.5, 1.8, 2.8 en 2.9 hebt gemaakt. Maak eventueel de ontbrekende oefeningen.
  2. Teken af.
  3. Oefen alle onderdelen:

  • 2.3 Maak de leestaak
  • 2.5 Oefen met de woordentrainer online
  • 1.8 en 2.8 Test en / of Versterk jezelf online, maak extra oefeningen
  • 2.9 Test en / of Versterk jezelf, maak extra oefeningen
  • Oefentoets in je Magistermail
  • Oefenen Ta!ent Max online en / of www. cambiumned.nl 
  • Donderdag 14 december toets hoofdstuk 2

Slide 17 - Tekstslide

Ga lezen in je boek






Werkboek, schrift en etui op tafel.
Jas uit, pet af.
Mobiel in de telefoontas.

Slide 18 - Tekstslide

Lesplanning
3.3 Opdrachten: 1 t/m 5, 8 en 15, blz. 147-154



Je leert;
wat tekstopbouw is, 
wat een kernzin is 
en wat een hoofdgedachte van een tekst is.

Slide 19 - Tekstslide


- Tweedeling: inleiding – kern (voorbeeld: een nieuwsbericht ).
- Driedeling: inleiding – kern – slot (voorbeeld: een artikel ).

Een inleiding kan verschillende functies hebben, maar er staat bijna altijd informatie in waaruit je het onderwerp van de tekst kunt afleiden.
De kern is het langste deel van de tekst en behandelt het onderwerp. In de kern kun je vaak deelonderwerpen onderscheiden.
Het slot bevat meestal een samenvatting of conclusie. Het bevat geen nieuwe informatie.

Slide 20 - Tekstslide

Ook alinea's hebben meestal een duidelijke opbouw. 
Ze bestaan uit de belangrijkste zin, de kernzin, en een uitleg of uitwerking ervan.

In veel alinea’s is de kernzin de eerste zin, maar hij kan ook de tweede of de laatste zin van een alinea zijn.

Slide 21 - Tekstslide

Lesplanning
3.3 Opdrachten: 1 t/m 5, 8 en 15, blz. 147-154



Je leert;
wat tekstopbouw is, wat een kernzin is en wat een hoofdgedachte van een tekst is.

Slide 22 - Tekstslide