Formuleren par. 1

Formuleren
dubbelop en verwijswoorden
HUH-2021
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Formuleren
dubbelop en verwijswoorden
HUH-2021

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen
bekende formuleerfouten opsporen
fouten verbeteren

Zodat je aan het eind van de les deze fouten kan herkennen en herstellen.

Slide 2 - Tekstslide

Veel partijen zijn voor uitstel, maar in de kamer is daarvoor echter geen meerderheid.

Slide 3 - Open vraag

Zoek de fout:
De met houten boomstammen beladen vrachtauto raakte van de weg.

Slide 4 - Open vraag

Aan de rommel in de voortuin van mijn buren irriteer ik mij al weken.

Slide 5 - Open vraag

Nergens kan ik mijn pen maar niet vinden.

Slide 6 - Open vraag

Dubbelopfouten
1.1 onjuiste herhaling
1.2 tautologie
1.3 pleonasme
1.4 contaminatie
1.5 dubbele ontkenning

Slide 7 - Tekstslide

Onjuiste herhaling
Wat is het: twee keer hetzelfde woord, hetzelfde gebruikt.
Voorbeeld: 'op Michel kan je altijd op rekenen.'

Repareren: haal één keer 'op' weg (hier de laatste).

Slide 8 - Tekstslide

Tautologie
Wat is het: twee keer een woord met dezelfde betekenis.
Voorbeeld: 'desondanks ging hij toch de straat op.'

Repareren: haal 'desondanks' of 'toch' weg.

Slide 9 - Tekstslide

Pleonasme
Wat is het: een vanzelfsprekende eigenschap toegevoegd.
Voorbeeld: 'gisteren is er veel witte sneeuw gevallen.'

Repareren: haal de eigenschap weg.

Slide 10 - Tekstslide

Contaminatie
Wat is het: twee uitdrukkingen door elkaar.
Voorbeeld: 'deze munt maakt onderdeel uit van mijn verzameling.'
Repareren: 'maakt deel uit van' of 'is onderdeel van'. Gebruik evt. een woordenboek.

Slide 11 - Tekstslide

Dubbele ontkenning
Wat is het: twee keer een nee-achtig woord.
Voorbeeld: 'ik heb nooit geen klachten.' (dus altijd wel?)

Repareren: haal een van de nee-woorden weg.

Slide 12 - Tekstslide

Aan de slag
blz 230-231, opdr 1. Vul de fouten in, niet de nummers (dus 'pleonasme' en niet '1.3')
10 minuten
Daarna nakijken
timer
10:00

Slide 13 - Tekstslide

Antwoorden opdr 1

Slide 14 - Tekstslide

Zin 1, fout + verbetering

Slide 15 - Open vraag

Zin 2, fout + verbetering

Slide 16 - Open vraag

Zin 3, fout + verbetering

Slide 17 - Open vraag

Zin 4, fout + verbetering

Slide 18 - Open vraag

Zin 5, fout + verbetering

Slide 19 - Open vraag

Opdracht voor vrijdag: 
leren blz 228-230
maken opdr 2 en 3

Slide 20 - Tekstslide

Pluspunt van deze les

Slide 21 - Open vraag

Puntje voor de docent:

Slide 22 - Open vraag

Puntje voor jezelf:

Slide 23 - Open vraag