KWC Fictie 2: vorm en inhoud (9-1-2024)


Gelukkig 2024 v3a!
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les


Gelukkig 2024 v3a!

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  1. 10 minuten lezen
  2. Herhalen leesvaardigheid 3 en 4
  3. Fictie 2: vorm en inhoud
  4. Afsluiting en vooruitblik

Slide 2 - Tekstslide

10 minuten lezen

Slide 3 - Tekstslide

Opbouw van argumentatie
Een schrijver onderbouwt zijn standpunt met één of meer argumenten, die soms met elkaar verbonden zijn en soms niet.
  • Enkelvoudige argumentatie
  • Meervoudige argumentatie
  • Nevenschikkende argumentatie
  • Onderschikkende argumentatie

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Dat Nederlands een moeilijk vak is, komt door alle verschillende spellingregels.
A
enkelvoudige argumentatie
B
meervoudige argumentatie
C
nevenschikkende argumentatie
D
onderschikkende argumentatie

Slide 9 - Quizvraag

Ik ben voor de maatschappelijke dienstplicht, want jongeren moeten discipline leren. Ook moeten ze leren dingen te doen voor een ander in plaats van voor zichzelf.
A
enkelvoudige argumentatie
B
nevenschikkende argumentatie
C
onderschikkende argumentatie
D
meervoudige argumentatie

Slide 10 - Quizvraag

Waar of niet waar?
Feitelijke uitspraken kun je controleren.
A
waar
B
niet waar

Slide 11 - Quizvraag

Hoe noem
je deze
argumentatie?
A
enkelvoudige
B
meervoudige
C
onderschikkende
D
nevenschikkende

Slide 12 - Quizvraag

Hoe noem
je deze
argumentatie?
A
enkelvoudige
B
meervoudige
C
onderschikkende
D
nevenschikkende

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Nakijken huiswerk                                                                            opdracht 1 t/m 8

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

In het gedicht 'Boem Paukeslag' van Paul van Ostaijen versterkt de vorm de inhoud.
Op welke manier is dat gedaan?
Geef voorbeelden uit het gedicht.

Slide 20 - Open vraag

Afsluiting en vooruitblik
Volgende les: donderdag 11 januari
  • Leren p. 102
  • Maken opdrachten 1 t/m 4
  • Leesboek meenemen

Slide 21 - Tekstslide