Les 4: Analyseren en het maken van een plan van aanpak.

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Introductie
Vandaag ga je in subgroepen aan de slag

Opbrengst: een begin maken met een plan van aanpak waarin je cliënt optimaal ondersteund wordt bij het houden van de zelf-regie.

Het bespreken van je plan van aanpak met de cliënt vormt de basis van je eindopdracht.

Slide 2 - Tekstslide

Ter herinnering:
Deelopdracht 1: de kwaliteit van leven bij een cliënt meten. Hiervan schrijf je ene kort verslag

Deelopdracht 2: het meten van de zelfredzaamheid van de cliënt en deze met de cliënt bespreken.

Slide 3 - Tekstslide

Ter herinnering
Deel Opdracht 3: het maken van een ecogram om het netwerk van de client in kaart te brengen.

Deelopdracht 4: het analyseren van de informatie en het bepalen samen met de cliënt een hulpvraag.

Uit deze 4 deelopdrachten komt er een plan van aanpak over de noodzakelijke ondersteuning van de cliënt. 

Slide 4 - Tekstslide

Wat is analyseren?

Analyseren houdt in: ontleden, ontrafelen, uitpluizen, onderzoeken.
Het betekent dus dat je als luisteraar dieper op een bepaald punt ingaat.
bijvoorbeeld om:
  • oorzaken te achterhalen of
  • om verbanden te leggen.

Slide 5 - Tekstslide

Behoefte van cliënt

Bij analyseren is het belangrijk je af te vragen wiens behoefte centraal staat.


Als beroepskracht VZ wil je ergens dieper op ingaan, maar wil de cliënt dat ook?
Wil de cliënt niet, dan kun je beter ophouden met analyseren.

Slide 6 - Tekstslide

Vragen gericht op analyse
Wat betekent dat precies?
Hoe werkt dat dan bij jou?
Wat wil je daar precies mee zeggen?
Kun je dat ook uitleggen?

Slide 7 - Tekstslide

Analyseren bij evalueren
Evalueren: product- en procesvragen
Beantwoord door verschillende bronnen: Cliënt, collega, begeleider, naastbetrokkene, jijzelf, observatie, enz.


Je gaat deze antwoorden vergelijken met elkaar.
Wat valt je op? Wat komt overeen? Wat juist niet?

Slide 8 - Tekstslide

Analyse voorleggen
Analyseren nodigt uit tot nadenken over het eigen gedrag.
Helpt de ander inzicht te krijgen in eigen gedrag.
Corrigeren of aanvullen is mogelijk.
Bijvoorbeeld: ‘Nou, de activiteit heeft je ook veel geleerd.’

Slide 9 - Tekstslide

Analyseren van informatie

Analyseren kan ook betekenen dat je iets opvallends vaststelt en dat voorlegt aan de spreker(of rapporteert voor de begeleiding).

Tegenstrijdige informatie: Cliënt zegt A, maar begeleider zegt B.

Misschien zie je een bepaald patroon in de manier waarop de spreker reageert: Cliënt geeft aan het leuk te vinden, maar toont weinig emotie.

Slide 10 - Tekstslide

Analyse gericht op patronen
‘We hebben nu een aantal keer gesproken over je werk. Het valt me op dat je de ene keer heel enthousiast bent en de andere keer juist erg moppert. Herken je dat?’

‘Ik hoor je zo vaak mopperen, dan weer over dit, dan weer over dat, heb je het hier nog wel naar je zin?’

‘Het valt me op dat telkens als je over je oma vertelt, je ogen beginnen te stralen.’

Slide 11 - Tekstslide

Ter herinnering:
Deelopdracht 1: de kwaliteit van leven bij een cliënt meten. Hiervan schrijf je ene kort verslag

Deelopdracht 2: het meten van de zelfredzaamheid van de cliënt en deze met de cliënt bespreken.

Slide 12 - Tekstslide

Ter herinnering
Deel Opdracht 3: het maken van een ecogram om het netwerk van de client in kaart te brengen.

Deelopdracht 4: het analyseren van de informatie en het bepalen samen met de cliënt een hulpvraag.

Uit deze 4 deelopdrachten komt er een plan van aanpak over de noodzakelijke ondersteuning van de cliënt. 

Slide 13 - Tekstslide

Eindopdracht
Je voert een verantwoordingsgesprek met je werkbegeleider. Hier zijn de beoordelingscriteria: 
Je hebt aandachtig geluisterd als de cliënt iets naar voren brengt;
Je hebt de gegevens verzameld op basis van informatie en signalen van cliënt, het sociale netwerk en andere zorgverleners
je hebt aandacht besteed aan de balans tussen draagkracht en draaglast van de cliënt en naastbetrokkenen
Je hebt duidelijk gecommuniceerd over de manier waarop invulling wordt gegeven aan (het versterken van) de eigen kracht van de cliënt naar alle betrokkenen toe
Je hebt de cliënt gestimuleerd om over zijn mogelijkheden, wensen, behoeften en problemen te praten
Je hebt de collega’s, andere disciplines en naastbetrokkenen van informatie voorzien over de uitgevoerde ondersteuning en het welbevinden van de cliënt.

Slide 14 - Tekstslide

Relevante vragen
Hoe is de huidige situatie van de cliënt? (Kwaliteit van leven)
Waar wilt de cliënt heen?
Welke doelen zijn hierbij gesteld?
Welke hulp mag de cliënt hierbij verwachten en door wie? (Ecogram)

Slide 15 - Tekstslide

Hou de tijd in de gaten!

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide