22-03-11 Medicatiebewaking

Medicatiebewaking versus Medicatiebegeleiding
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
BSP apothekersassistentenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Medicatiebewaking versus Medicatiebegeleiding

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma & Lesdoelen  

  • Vragen van jullie???
  • Terugkijken
  • Uitleg medicatiebewaking
  • Opdracht vervolg uitgifte bespreken
  • Evalueren

Lesdoelen:
Je kunt uitleggen het begrip medicatiebewaking
Je kent het begrip NAN 
Je kunt uitleggen wat het nut (=doel) van de richtlijnen is
Je weet waar je op dient te letten bij medicatiebewaking 


 

Slide 2 - Tekstslide

Kijk goed naar de leerdoelen en bedenk welk leerdoel jij persoonlijk hebt voor deze les?
Wat is jouw persoonlijk leerdoel voor medicatiebewaking?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen medicatiebewaking en medicatiebegeleiding

Slide 4 - Open vraag

Medicatiebewaking is onderdeel van de medicatiebegeleiding. 
Nederlandse Apotheek Norm (NAN)
De Nederlandse Apotheek Norm (NAN) geeft weer wat apothekers verstaan onder verantwoorde farmaceutische zorg in de openbare apotheek. De NAN is de basis voor een toetsbaar kwaliteitssysteem in de openbare apotheek. De Professionele Standaard Farmaceutische Zorg vervangt op termijn de NAN.

Slide 5 - Tekstslide

Vastgesteld op 23 mei 2006
Medicatiebewaking kernpunt van apotheek. Is een norm voor vastgesteld. Hierin wort aangegeven wat patiënten mogen verwachten. 
Verschillende richtlijnen 
Richtlijn Consultvoering (sinds juni 2021)
Richtlijn Patiëntendossier
Richtlijn Farmaceutische zorg bij ontslag uit een zorginstelling
Richtlijn Ter hand stellen (van medicijnen)
Richtlijn Medicatiebeoordeling
Richtlijn Astma
Richtlijn COPD
Richtlijn Diabetes

Slide 6 - Tekstslide

De KNMP-richtlijn Consultvoering bevat aanbevelingen voor de openbaar apotheker voor het verlenen van een consult, wanneer de patiënt zich met een zorgvraag tot de apotheker wendt. Een farmaceutisch consult is het gesprek tussen de patiënt en de apotheker, waarin de zorgvraag wordt besproken. Zorgvragen kunnen variëren van een verzoek tot terhandstelling tot vragen over geneesmiddelgebruik of zelfzorg.

KNMP richtlijn Medicatiebewaking
Medicatiebewaking is het signaleren, analyseren en afhandelen van farmacotherapiegerelateerde problemen die samenhangen met het beoogde gebruik van een farmaceutisch product of combinatie van producten. Het doel van medicatiebewaking is ten eerste om de kans op schade en ongemak bij de patiënt door het gebruik van een farmaceutisch product te minimaliseren en ten tweede om de optimale effectiviteit van het gebruikte farmaceutische product niet te belemmeren.

Slide 7 - Tekstslide

Doel van medicatiebewaking is om een gnm doeltreffend en veiligheid te optimaliseren. 
De patiënt adviseren, begeleiden en ondersteunen, zelf verantwoordelijk. Niet betuttelen. 
Op welk moment voer je medicatiebewaking uit?

Slide 8 - Open vraag

Medicatiebewaking vindt niet alleen plaats bij het aanbieden van een recept, maar ook bij de verkoop van UA (uitsluitend apotheek)- en zelfzorgmiddelen. Medicatiebewaking is ook van toepassing als iemand vanuit het ziekenhuis weer naar huis gaat, of als een patiënt nieuw is in de apotheek. 
FTP's  
Voer medicatiebewaking uit bij elke terhandstelling van een farmaceutisch product en bij het beschikbaar komen van een nieuw patiëntenkenmerk.
= Farmacotherapiegerelateerde problemen 
  1. dubbelmedicatie
  2. cumulatie bijwerking (=opeenstapeling)
  3. geneesmiddelinteractie
  4. ongeschikte toedieningsvorm
  5. obsolete therapie ( = een niet meer gangbare behandeling)
  6. contra-indicatie 
  7. overgevoeligheid
  8. doseringsprobleem (te hoog, te laag, frequentie)  
  9. ontbreken preventieve medicatie (=ter voorkoming van)
  10. afwijkende labwaarde (denk aan nierfunctie, leverfunctie, kaliumspiegel)








Slide 9 - Tekstslide

Cumulatie= gecombineerd gebruik van geneesmiddelen met dezelfde bijwerkingen)(zie H. 7)
Evalueren= controle van de melding en de juistheid van afhandeling.
(Pseudo-) dubbelmedicatie
Dubbelmedicatie:
Het gelijktijdig gebruik van twee of meer geneesmiddelen met dezelfde samenstelling en in dezelfde toedieningsvorm


Pseudodubbelmedicatie:
Het gelijktijdig gebruik van twee of meer geneesmiddelen, met verschillende samenstelling in dezelfde of in verschillende toedieningsvormen, maar met dezelfde farmacotherapeutische werking

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke informatiebronnen kun je raadplegen?

Slide 11 - Open vraag

  • AIS (G-standaard, gevuld door Z-index).  LSP=landelijk schakelpunt
  • KNMP Kennisbank
  • Informatorium Medicamentorum
  • Farmaceutisch Kompas (ook app!): dit naslagwerk kiest voor middelen die eerste keus zijn bij een bepaalde behandeling en vermeldt het ook welke middelen afgeraden zouden moeten worden. In dat laatste geval komen de middelen soms ook niet voor vergoeding door de zorgverzekeraar in aanmerking.
  • Kinderformularium
  • Commentaren Medicatiebewaking
  • Apotheekkennisbank
  • UA-richtlijnen (zelfzorgstandaarden)(apotheek.nl)

Slide 12 - Link

De Apotheekkennisbank is een databank waarin alle informatie van fabrikanten over geneesmiddelen verzameld is. Op deze databank zijn bijvoorbeeld bijsluiters te vinden in meerdere talen, hulpmiddelen bij stoppen of afbouwen van geneesmiddelen, formulieren voor betalingsverkeer enzovoort. De Apotheekkennisbank is een aanvulling op de KNMP Kennisbank.

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Het geneesmiddel kan het reactie- en concentratie vermogen negatief beïnvloeden. Auto rijden of het werken met gevaarlijke machines is af geraden.
Een assistent zegt tegen mevrouw X dat zij haar antibiotica kuur volledig af moet maken.
Maagsapresistente tabletten, tabletten met gereguleerde afgifte en tabletten met een vieze smaak hebben iets gemeen, wat?
Een aerosol in een geneesmiddel dat je altijd moet ... voor gebruik.
Geneesmiddelen kunnen blijven hangen in de slokdarm, welke waarschuwingssticker plak je erbij?

Slide 15 - Sleepvraag

Voorlichting Instructies (VI’s)
De opdracht

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vr7 Welke actie dien je uit te voeren wanneer het gebruik gewijzigd is?

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vr9 Welke redenen kunnen er zijn voor een wijziging van de dosering?

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vr10 Op welke manier is therapie-ontrouw te herkennen in het AIS?

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vr12 Op welke manier zou jij een boze patiënt geruststellen?

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Op welke stoel heb jij gezeten tijdens deze les?

Slide 21 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Wat heb jij geleerd deze les?

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies