Oefen PO 9 mei

• Scheikunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 4

Het aantonen van een zout: Oefenproef van Vrijdag 9 mei

Het etiket van 3 flesjes met 3 verschillende zoutoplossingen  is niet meer goed leesbaar.

Op het etiket staat zilvernitraat  of natriumfosfaat of zinksulfaat.

Dmv neerslagreacties en oplosbaarheid bepaal je wat zit in welke flesje. 

Ter beschikking heb je de volgende oplossingen: aluminium sulfaat, natrium carbonaat, kalium jodide, natrium chloride, barium nitraat, zink chloride.

Stap 1: Schrijf alle ionen die in de 3 onbekende oplossingen aanwezig zijn: Ag⁺, NO₃^-, Na⁺,PO₄^3-, Zn²⁺, SO₄^2-

 

Het aantonen van een zout: het stappenplan

Stap 2: Bekijk de kleur van de onbekende oplossingen, kun je op basis hiervan aangeven om welk zout het gaat? Check in B65B als de mogelijke aanwezig ionen een kleur hebben. Zo niet, ga verder met de volgende stap! Stap 3: Druppel in de 3 zwaarte vakjes  druppels van elk van de drie onbekende zoutoplossingen.Gebruik  de oplossing van aluminium sulfaat: wat ik zie is:

	A	B	C
Al 3+ , SO 4 2-	s	m	g

Het aantonen van een zout: het stappenplan

Stap 4: zet in een tabel de ionen die in de drie onbekende oplossingen kunnen zijn en de ionen van het zout die je toevoegt. Dus mogelijke negatieve ionen zijn:

PO₄^3-, SO₄^2-, NO₃^-.

Mogelijk positieve ionen zijn: Na+, Zn2+, Ag+

 Ik voeg toe aluminiumsulfaat dus Al³⁺ en SO₄^2-. SO₄^2- staat al als mogelijke negatieve ion.  

Het aantonen van een zout: het stappenplan

Stap 4:

	PO43-	NO3-	SO42-
Al 3+	s	g	g
Na+			g
Zn2+			g
Ag+			m

Stap 5: kijk in B45 A naar de ionen die je toegevoegd en je kruis ze met de mogelijke aanwezige ionen: de onbekend oplossing die bevat Zn2+ is g, degene die bevat Ag+ is m,  degene die bevat PO43- is s

Het aantonen van een zout: het stappenplan

Stap 5: kijk naar de ionen die je toegevoegd: de onbekend oplossing die bevat Zn²⁺ is g, degene di bevat Ag⁺ is m, degene die bevat PO₄3- is s

Stap 6: vergelijking met de waarnemingen:

Dus A bevat natrium fosfaat,  B bevat zilver nitraat en C zinksulfaat.

	A	B	C
Al 3+ , SO 4 2-	s	m	g

Als het verschil tussen matig oplosbaar en slecht oplosbaar niet duidelijk is, ga jullie verder met druppelen

Stap 1 en Stap 2 blijven het zelfde

Stap 3: Druppel in de 3 zwaarte vakjes  druppels van elk van de drie onbekende zoutoplossingen.Gebruik  de oplossing van natrium carbonaat. wat ik zie is:

	A	B	C
Na + , CO 3 2-	g	s	s

Het aantonen van een zout: het stappenplan

Stap 4: Zet ionen die kunnen

aanwezig zijn samen met degene die

je toegevoegd hebt in een tabel

	PO43-	NO3-	SO42-	CO32-
Na+				g
Zn2+				s
Ag+				s

Stap 5: kijk in B45 A naar de ionen die je toegevoegd en je kruis ze met de mogelijke ionen: de onbekend oplossing die bevat Na+ is g, degene die bevat Ag+ is s,  degene die bevat Zn2+ is s

Het aantonen van een zout: het stappenplan

Stap 5:  de onbekend oplossing die bevat Na+ is g, degene die bevat Ag+ is s,  degene die bevat Zn2+ is s

Stap 6: vergelijking met de waarnemingen:

Dus A bevat natrium fosfaat. B en C moet ik nog uit elkaar herkennen

dus ik herhaal stap 3 en ik gebruik de volgende beschikbaar oplossing

	A	B	C
Al 3+ , SO 4 2-	g	s	s

Om aan te tonen wat zit in oplossing B en C ga ik verder met druppelen

A is natrium fosfaat. Nu mijn mogelijke ionen zijn, Ag⁺, Zn²⁺, NO₃^- en SO₄^2-. Stap 3: Druppel in de 2 zwaarte vakjes  druppels van elk van de 2 onbekende zoutoplossingen.Gebruik de oplossing van kalium jodide,  wat ik zie is:

	B	C
K + , I -	s (geel)	g

Het aantonen van een zout: het stappenplan

Stap 4: Zet ionen die kunnen
aanwezig zijn samen met degene die
je toegevoegd hebt in een tabel

	NO3-	SO42-	I-
K+			g
Zn2+			g
Ag+			s

Stap 5: kijk in B45 A naar de ionen die je toegevoegd en je kruis ze met de mogelijke ionen: de onbekend oplossing die bevat Zn2+ is g, degene die bevat Ag+ is s. 

Tabel 65B zegt dat AgI als vaste stof geel is.  

Het aantonen van een zout: het stappenplan

Stap 5:  de onbekend oplossing die bevat  Zn2+ is g, degene die bevat Ag+ is s. Uit tabel 65B zie ik dat AgI geel is.

Stap 6: vergelijking met de waarnemingen:

Dus B bevat zilver nitraat en C bevat zink sulfaat.

Om samen te vatten: A is de oplossing van natrium fosfaat, B is de oplossing van zilver nitraat en C is de oplossing van zink sulfaat

	B	C
K + , I -	s geel	g

Stap 1: schrijf de mogelijke aanwezige ionen

Stap 2: Bekijk de kleur van de onbekende oplossingen, kun je op basis hiervan aangeven om welk zout het gaat? Check in B65B als de mogelijke aanwezig ionen een kleur hebben.

Mogelijke ionen zijn: Fe3+, Na+, Cl-, SO₄^2- en CO₃^2-

^{volgens B65B zijn Fe3+ ionen geel=> de 2 gele oplossingen zijn}

^{oftewel ijzer(III) chloride of ijzer(III) Sulfaat, dus C moet natrium carbonaat zijn}

Stap 3: Druppel in de 2 zwaarte vakjes  druppels van elk van de 2 gele onbekende zoutoplossingen.Gebruik  de oplossing van barium chloride. wat ik zie is:

	A	B
Ba 2+ , Cl -	s	g

Stap 4: Zet ionen die kunnen
aanwezig zijn samen met degene die
je toegevoegd hebt in een tabel

	Cl-	SO42-
Ba2+	g	s
Fe3+	g	g

Stap 5: kijk in B45 A naar de ionen die je toegevoegd en je kruis ze met de mogelijke ionen: de onbekend oplossing die bevat Ijzer chloride is g, degene die bevat SO₄^2-  is s.  

Stap 6: vergelijking met de waarnemingen:

Conclusie: gele oplossing A is ijzersulfaat, gele oplossing B is ijzer(III) chloride, de kleurloos oplossing is natrium carbonaat

	A	B
Ba2+, Cl-	s	g

Stap 5: kijk in B45 A naar de ionen die je toegevoegd en je kruis ze met de mogelijke ionen: de onbekend oplossing die bevat ijzer chloride is g, degene die bevat SO₄^2-  is s.