HAVO 4 Bedrijfseconomie H9 $9.2 Verplichtingen tijdens het huwelijk

Hoofdstuk 9 Familie
$9.2 Verplichtingen tijdens het huwelijk
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 9 Familie
$9.2 Verplichtingen tijdens het huwelijk

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  • Herhaling vorige les en check huiswerk
  • Lesdoelen
  • Theorie
  • Aan de slag

Slide 2 - Tekstslide

timer
1:00
Wat zijn de materiële vereisten om te mogen trouwen?

Slide 3 - Woordweb

Materiële vereisten
Voorwaarden om te mogen trouwen:
- 2 personen
- beide ongehuwd
- meerderjarig
- beide weten wat ze doen
- geen nauwe bloedverwantschap

Slide 4 - Tekstslide

Vakantie: je loopt op het strand en jij ziet haar en zij ziet jou..... liefde op het eerste gezicht! Twee dagen lang zij aan zij, jullie wijken niet van elkaar en na een week willen jullie trouwen. Kan dat?
A
Ja, je kan je na een week aanmelden voor een huwelijk
B
Ja, want je kan direct in ondertrouw
C
Nee, je moet 14 dagen wachten voor een huwelijk
D
Nee, je moet 14 dagen wachten voor ondertrouw

Slide 5 - Quizvraag

Op de mooiste dag van je leven zeg je "ja", van de spanning krijg je een hartaanval en kom je te overlijden.

Ben je dan getrouwd?
A
Ja
B
Nee

Slide 6 - Quizvraag

Van wie is wat?
Wettelijke gemeenschap van goederen (voor 1-1-2018)

Beperkte wettelijke gemeenschap van goederen (na 1-1-2018)

Huwelijkse voorwaarden

Slide 7 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen beperkte wettelijke gemeenschap van goederen en huwelijkse voorwaarden?
A
Bij beperkt is alles wat nieuw is ná de huwelijksvoltrekking van jullie samen, bij voorwaarden niets
B
Bij beperkt is alles wat nieuw is samen, bij huwelijkse voorwaarden zijn eventuele bedrijven apart
C
Bij beperkt is alles wat nieuw is samen, bij huwelijkse voorwaarden alleen het vermogen ná het huwlijk
D
Bij beperkt is alles samen wat nieuw is, bij huwelijkse voorwaarden mag je alles zelf bepalen

Slide 8 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen volledige en beperkte wettelijke gemeenschap van goederen?
A
Bij volledig is al het inkomen en vermogen van jullie samen
B
Bij beperkt is alleen het vermogen van jullie samen
C
Bij beperkt is alles wat nieuw is ná de huwelijksvoltrekking van jullie samen
D
Bij beperkt is alles wat nieuw is ná de huwelijksvoltrekking van jullie samen, behalve de bedrijven

Slide 9 - Quizvraag

Lesdoelen
Aan het einde van de les kan je de verplichtingen naar elkaar tijdens het huwelijk benoemen

“…en belooft u trouw alle plichten te vervullen die de wet aan de huwelijkse staat verbindt… Wat is daarop uw antwoord?”

Slide 10 - Tekstslide

Verplichtingen naar elkaar in het huwelijk
- Onderhoudsplicht
- Draagplicht
- Fourneerplicht
- Vergoedingsplicht
- Toestemmingsplicht

Slide 11 - Tekstslide

Onderhoudsplicht
Onderhoudsplicht = echtgenoten zijn verplicht elkaar het 'nodige' te verschaffen: 

- In elkaars levensonderhoud voorzien.

- Minderjarige kinderen in het gezin 
   verzorgen, opvoeden en de kosten hiervan dragen. 

Slide 12 - Tekstslide

Draagplicht
Draagplicht = de kosten van het huishouden worden verdeeld over beide echtgenoten .... en mogen in de volgende volgorde verhaald worden:
1. Gezamenlijk inkomen
2. Privé-inkomen
3. Gezamenlijk vermogen
4. Privévermogen

Slide 13 - Tekstslide

Fourneerplicht
Fourneerplicht = het geld voor de kosten van het huishouden moeten door de echtgenoten ter beschikking worden gesteld.


  

Slide 14 - Tekstslide

Fourneerplicht
Fourneerplicht = het geld voor de kosten van het huishouden moeten door de echtgenoten ter beschikking worden gesteld.

Maar.....in een nihilbeding kan worden overeengekomen dat een van de echtgenoten niet bijdraagt aan de kosten van het huishouden.
- echtgenoten kunnen ook zelf afspraken maken 
   over de verdeling van de 
kosten van het huishouden!  
 - de echtgenoten zijn ieder aansprakelijk voor de 
    gewone huishoudelijke schulden over voorwerpen waar ze 
    beiden voordeel van hebben/hadden
  

Slide 15 - Tekstslide

Vergoedingsplicht
Vergoedingsplicht = plicht om je (ex-)partner te vergoeden als die meebetaalt aan jouw bezit
Beleggingsleer = regelingen in de wet waarin is vastgelegd welke vergoeding de ene echtgenoot aan de andere moet voldoen
 - Hoofdregel: de vergoedingsplicht is het deel van de waarde van het goed
    op het tijdstip waarop de vergoeding wordt voldaan

Slide 16 - Tekstslide

Ahmed en Samira zijn in beperkte gemeenschap van goederen getrouwd.
Ahmed en Samira gaan wonen in het huis van Samira, dat zij heeft geërfd van haar - helaas overleden - ouders. Het huis is dan € 250.000  waard. 
Samen bouwen Ahmed en Samira een tuinhuis in hun grote tuin voor eventuele logees, ter waarde van € 50.000. 

Na twee jaar moeten ze het huis verkopen, want ze gaan verhuizen. Beiden vonden werk in het buitenland. 
Het huis is dan € 300.000 waard en het tuinhuis € 60.000. 
Wie krijgt hoeveel als het huis + tuinhuis verkocht is?

Slide 17 - Tekstslide


Antwoord:
|Samira: € 250.000  (huis) + € 25.000 (tuinhuis) => 91,7%
Ahmed: € 25.000   => 8,3%

Na twee jaar:
Samira: 91,7% van 360.000 = € 330.000
Ahmed: 8,3% van 360.000 =  €   30.000

Slide 18 - Tekstslide

Toestemming van elkaar
Toestemmingsplicht is de plicht om je partner toestemming te vragen bij leningen, (ver)koop/(ver)huur vanuit de gemeenschap van goederen
Handelingen waarvoor toestemming van de echtgenoot nodig is:
 - handelingen met gevolgen voor de echtelijke woning en de inboedel
 - giften (m.u.v. kleine giften/cadeaus)
 - borg of zekerheidsstelling voor schulden van anderen
 - overeenkomsten van koop op afbetaling/huurkoop (behalve bij eigen onderneming) 

Slide 19 - Tekstslide

Wat denk je?

Mag een van de echtgenoten zomaar een huis kopen?
A
Ja, dat mag.
B
Nee, dat mag niet.

Slide 20 - Quizvraag

Wat denk je?

Mag een van de echtgenoten zomaar €2.500 aan zijn kind schenken?
A
Ja, dat mag.
B
Nee, dat mag niet.

Slide 21 - Quizvraag

Wat denk je?

Mag een van de echtgenoten zomaar een auto op afbetaling kopen?
A
Ja, dat mag.
B
Nee, dat mag niet.

Slide 22 - Quizvraag

Vragen, opmerkingen??

Slide 23 - Tekstslide

Aan de slag
Lees paragraaf 9.2
Maak opgave 9.6 t/m 9.9


Slide 24 - Tekstslide