2.2 Spiegels - Klas 2

2.2 Spiegels Pagina 67
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

2.2 Spiegels Pagina 67

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen bij 2.2
Je leert
  • welke eigenschappen een spiegelbeeld heeft
  • hoe je een spiegelbeeld tekent
  • hoe je door het weerkaatsen van lichtstralen een spiegelbeeld ziet 

Slide 2 - Tekstslide

Spiegel
  • Een spiegel weerkaatst de lichtstralen in één richting = spiegelende weerkaatsing 

Slide 3 - Tekstslide

Alle andere voorwerpen
  • Andere voorwerpen weerkaatst lichtstralen in alle richtingen = diffuse weerkaatsing

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Spiegelbeeld
Spiegelende weerkaatsing

Slide 6 - Tekstslide

4 eigenschappen van 
het spiegelbeeld:


  1. Spiegelbeeld ziet er hetzelfde uit als het voorwerp voor de spiegel.
  2. Spiegelbeeld is even groot als het voorwerp.
  3. Het spiegelbeeld is even ver van de spiegel als het voorwerp.
  4. Het spiegelbeeld is virtueel ('niet echt')

Slide 7 - Tekstslide

Spiegelbeeld tekenen:
  1. Het spiegelbeeld is even ver van de spiegel als het voorwerp.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Leerdoelen bij 2.2
Je leert
  • welke eigenschappen een spiegelbeeld heeft
  • hoe je een spiegelbeeld tekent

Slide 12 - Tekstslide

Spiegelbeeld zien
  •  Je kunt een voorwerp via een spiegel zien als de zichtlijn van oog naar spiegelbeeld door de spiegel loopt 

Slide 13 - Tekstslide

Spiegelbeelden zien

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Opdrachten - vervolg
  • Huiswerkcontrole: Hoe heb je 1 t/m 23 t/m 27 gemaakt?

  • Maken Blz. 81 opdracht 29 t/m 34


Blijf zitten en wacht tot de bel is gegaan. 

Slide 17 - Tekstslide

hoe ziet je spiegelbeeld eruit in een gewone spiegel
A
even groot als jezelf
B
groter dan jezelf
C
kleiner dan jezelf

Slide 18 - Quizvraag

In een spiegel lijkt ........ omgedraaid.
A
Boven en onder
B
Links en rechts

Slide 19 - Quizvraag

lichtstralen op een spiegel weerkaatsen door
A
absorptie
B
spiegelende terugkaatsing

Slide 20 - Quizvraag

Klopt de schaduw?
A
ja
B
nee

Slide 21 - Quizvraag

Klopt de schaduw?
A
ja
B
nee

Slide 22 - Quizvraag

Klopt de schaduw?
A
ja
B
nee

Slide 23 - Quizvraag

Je ziet jezelf in de spiegel. Waar lijkt je spiegelbeeld te staan?
A
Recht achter de spiegel, verder dan jij van de spiegel staat
B
Recht achter de spiegel, even ver als jij van de spiegel staat
C
Recht achter de spiegel, dichterbij de spiegel dan jij zelf
D
Schuin achter de spiegel

Slide 24 - Quizvraag


In de tekening hiernaast staat een figuur voor een spiegel (de rode lijn). Achter de spiegel (rechts van de rode lijn) komt het spiegelbeeld ervan te staan.
Welk spiegelbeeld is het juiste spiegelbeeld?
A
B
C
D

Slide 25 - Quizvraag

De schaduw word groter als
A
als de lamp meer licht geeft
B
als je naar de lamp toe loopt.
C
als je van de lamp weg loopt.

Slide 26 - Quizvraag