Introductie leerjaar 3

Welkom bij 
Geschieden
is
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij 
Geschieden
is

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Wie ben ik 
  • Werkwijze 
  • Hoe leer jij het beste in de les? 
  • Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Werkwijze 
  • Studiewijzer. 

  • Je maakt je huiswerk wekelijks, we kijken dat (deels) gezamenlijk na. 

  • Je maakt je huiswerk in een aantekeningenschrift. Geen boek, geen schrift? Niet welkom. 

Slide 3 - Tekstslide

Werkwijze (2)
  • Elke les heeft een eigen presentatie. Deze presentaties kan je terug vinden in Magister. 

  • Je mag aantekeningen maken, doe dat dan vooral in steekwoorden. Aantekeningen maak je op papier. 

  • Per periode afsluiten met een SE.  In het PTA kan je precies zien welke hoofdstukken we gaan behandelen. 

Slide 4 - Tekstslide

Ik leer het beste in
de les door...

Slide 5 - Woordweb

Oorzaken en gevolgen
  • We gaan op zoek naar een verklaring voor een verschijnsel of een gebeurtenis. 

  • De meeste gebeurtenissen hebben meerdere oorzaken.  We maken daarbij onderscheid tussen directe en indirecte oorzaken.   

  • Directe oorzaak:  een oorzaak die onmiddellijk tot een gevolg leidt.
  • Indirecte oorzaak: leidt niet direct tot een gevolg.  
  • Een gevolg is iets waardoor er iets gebeurt. 

  •  Gevolgen op lange termijn: gevolg dat pas na lange tijd merkbaar is.  (Indirect)
  • Gevolgen op korte termijn: gevolg dat direct vrij snel merkbaar is. (direct) 
  • Bedoelde gevolgen:  gevolg dat gepland en verwacht was.
  • Onbedoelde gevolgen: een gevolg dat spontaan ontstaat. 
Oorzaken
Gevolgen

Slide 6 - Tekstslide

Bij welke soort oorzaak past het gezegde 'de druppel die de emmer doet overlopen'?
A
Indirecte oorzaak
B
directe oorzaak

Slide 7 - Quizvraag

Kan een oorzaak meerdere gevolgen hebben?
A
Ja
B
Nee

Slide 8 - Quizvraag

Een directe of indirecte oorzaak:
Lodewijk XVI stuurde zijn leger naar Parijs om de rust te bewaren. De Parijzenaren grepen de wapens en bestormde toen de Bastille.
A
Directe oorzaak
B
Indirecte oorzaak

Slide 9 - Quizvraag

Een directe of indirecte oorzaak:
De eeuwenlange ongelijkheid van de standensamenleving zorgde uiteindelijk voor veel onrust in de Franse samenleving. Uiteindelijk brak de Franse Revolutie uit!
A
Directe oorzaak
B
Indirecte oorzaak

Slide 10 - Quizvraag

Bedoeld of onbedoeld gevolg:
Door de atoombom op Hiroshima-Nagasaki gaf Japan zich over.
A
Onbedoeld gevolg
B
Bedoeld gevolg

Slide 11 - Quizvraag

Bedoeld of onbedoeld gevolg:
Door de atoombom op Hiroshima-Nagasaki had de bevolking nog steeds te maken met stralingsziekte en vroeggeboorte.
A
Onbedoeld gevolg
B
Bedoeld gevolg

Slide 12 - Quizvraag

Bedoeld of onbedoeld gevolg:
Na het uitbreken van de Franse Revolutie kwam een groep radicalen aan de macht. Zo ontstond een periode van Terreur, waarbij elke tegenstander gedood werd middels de guillotine.
A
Onbedoeld gevolg
B
Bedoeld gevolg

Slide 13 - Quizvraag

Gebruik de drie zinnen (A-C) en geef bij elke zin aan of er oorzaak of gevolg hoort te staan.

A. Domeinen waren zelfvoorzienend is een oorzaak/gevolg van dat handel en steden verdwenen bijna in West-Europa.
B. Edelen bouwden kastelen en stelden legers samen is een oorzaak/gevolg van dat Europa minder veilig werd
C. Europa werd minder veilig is een oorzaak/gevolg van dat Vikingen invallen deden in Europa
A
Oorzaak, Oorzaak, Gevolg
B
Gevolg, Gevolg, Oorzaak
C
Oorzaak, Gevolg, Oorzaak
D
Gevolg, Oorzaak, Gevolg

Slide 14 - Quizvraag