5.5 Woorden 3TL

5.5 Woorden
Lesdoelen:
- betekenis van (nieuwe) woorden noemen en gebruiken
- variëren in woordgebruik

Programma:
- aanwezigen 5m.
- voorkennis 5m.
- uitleg 5 m.
- opdrachten 25 m.
- stil lezen 20 m. (14.40 uur)
- evaluatie 10 m. (15.00 uur)
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

5.5 Woorden
Lesdoelen:
- betekenis van (nieuwe) woorden noemen en gebruiken
- variëren in woordgebruik

Programma:
- aanwezigen 5m.
- voorkennis 5m.
- uitleg 5 m.
- opdrachten 25 m.
- stil lezen 20 m. (14.40 uur)
- evaluatie 10 m. (15.00 uur)

Slide 1 - Tekstslide

voorkennis
Betekenis van moeilijke woorden in een tekst raden/opzoeken:

- synoniem in de tekst: Wat is een synoniem?
- tegenstelling in de tekst
- voorbeeld in de tekst
- omschrijving in de tekst

Slide 2 - Tekstslide

Wat is een synoniem voor doeltreffend?
timer
0:20
A
praktisch
B
effectief
C
maximaa;
D
uniek

Slide 3 - Quizvraag

Wat is de tegenstelling van psychisch?
timer
0:20
A
mentaal
B
geestelijk
C
sociaal
D
lichamelijk

Slide 4 - Quizvraag

Welke omschrijving past bij het woord citeren?
timer
0:20
A
iets onder woorden brengen
B
een omschrijving geven
C
iets letterlijk uit een tekst overnemen
D
iets op een andere manier zeggen

Slide 5 - Quizvraag

Uitleg 5.5 Woorden
Een van de lesdoelen: variëren in taalgebruik

variëren = afwisselen

synoniemen = 2 (of meer) woorden met dezelfde betekenis.
Bijvoorbeeld: vriendelijk - aardig

Doelen van variëren: 
- het maakt je tekst minder saai;
- taalgebruik aanpassen aan de doelgroep;
- eerder gebruikt woord uitleggen.

Slide 6 - Tekstslide

Uitleg 5.5 Woorden

taalgebruik aanpassen aan de doelgroep:
- formeel
- informeel
- leeftijd
- interesse
- tekst- of spreekdoel

Slide 7 - Tekstslide

Opdrachten
Maak 5.5 opdracht 2 t/m 7, 10, 13 t/m 15

Thuis: online
Op school: werkboek B blz. 211 - 221

Eerder klaar? Maak online 5.3 opdracht 17 t/m 22

Slide 8 - Tekstslide

Wat betekent het initiatief?
A
situatie waarin je iets snel en makkelijk kunt doen
B
voorstel waarmee je iets begint
C
demonstratie
D
uitdaging

Slide 9 - Quizvraag

Noem één van de doelen van variëren met taalgebruik

Slide 10 - Open vraag

Einde van de les
- Noteer in je mapje in een paar zinnen wat je hebt gelezen.

- Geef met 1 beoordelingswoord aan wat je van je leesboek vindt. Noteer dit op het briefje.
Verboden woorden: leuk, saai

Slide 11 - Tekstslide