T3 Gerund Ch 1 I
1 / 25
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Welke woordsoort is het woord "cycling" in deze zin?
"I am [cycling] to my work."
"I am [cycling] to my work."
A
zelfstandig naamwoord
B
werkwoord
C
persoonlijk voornaamwoord
D
bijvoeglijk naamwoord
Slide 2 - Quizvraag
Welke woordsoort is het woord "cycling" in deze zin?
"[Cycling] is my favourite hobby."
"[Cycling] is my favourite hobby."
A
zelfstandig naamwoord
B
werkwoord
C
persoonlijk voornaamwoord
D
bijvoeglijk naamwoord
Slide 3 - Quizvraag
Slide 4 - Video
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Een gerund is een..
A
..zelfstandig naamwoord dat gebruikt wordt als een werkwoord.
B
..werkwoord dat gebruikt wordt als een zelfstandig naamwoord.
Slide 7 - Quizvraag
Gerund of normaal werkwoord?
"He hates [eating] cold food."
"He hates [eating] cold food."
A
Gerund
B
Normaal werkwoord
C
No idea.
Slide 8 - Quizvraag
Slide 9 - Tekstslide
Gerund of normaal werkwoord?
"[Eating] vegetables is good for your health."
"[Eating] vegetables is good for your health."
A
Gerund
B
Normaal werkwoord
C
No idea.
Slide 10 - Quizvraag
Slide 11 - Tekstslide
Anna is [eating] her sandwiches in the kitchen.
A
Gerund
B
Werkwoord
C
No idea.
Slide 12 - Quizvraag
Slide 13 - Tekstslide
I don't like .... books.
A
to read
B
reading
Slide 14 - Quizvraag
He wants ... some pizza next.
A
to eat
B
eating
Slide 15 - Quizvraag
I expect ... home at 9 pm.
A
to be
B
being
Slide 16 - Quizvraag
She enjoys ... a bath before bed.
A
to have
B
having
Slide 17 - Quizvraag
We like ... our homework during the lesson.
A
to do
B
doing
Slide 18 - Quizvraag
I understand this grammar item
